Peru, van La Paz naar Cusco

Swipe

Valle Sagrado

De heilige vallei loopt van het plaatsje Pisac naar Ollantaytambo en de Río Urubamba of Río Vilcanota stroomt hierdoorheen. De vruchtbare vallei met ontelbare landbouwterrassen met vooral maïs en aardappelen heeft een aangenaam klimaat en was daardoor een geliefd gebied bij de Inca’s. Pisac, 30 km van Cusco, staat bekend om zijn inheemse markt die op dinsdag, donderdag en zondag (de grootste) wordt gehouden. Buiten het dorp, op een berg ligt El Parque Arqueológico de Pisac. Dit grote Inca-archeologische complex ligt op een berg, boven het stadje Pisac en bestaat uit diverse woon- en tempelcomplexen. Een asfaltweg van 8 km leidt naar een splitsing: rechtdoor gaat naar de hoofdentree vanwaar de belangrijkste bezienswaardigheid, de Intihuatana (bindplaats van de zon) bezocht kan worden (30 minuten lopen). Vanaf de hogergelegen entree kan je een schitterende wandeling maken van 3 uur, via een origineel Incapad, waarbij je langs Andenes (enorme landbouwterrassen), observatieposten en een zeer groot Incakerkhof komt en een Incatunnel doorkruist. Daarna komt het pad bij het religieuze complex uit met de Intihuatana en de Chakana (het Andeskruis). Vanaf hier is het nog een uur afdalen naar Pisac via qollqas (opslagplaatsen) en landbouwterrassen.

Chinchero (3800 meter), 30 km van Cusco en is bekend om zijn boeiende indianenmarkt op zondagochtend, wanneer de nog traditioneel geklede inheemse bevolking uit de omgeving hier haar waren aanbiedt, ruilhandel drijft of elkaar simpelweg ontmoet. Het dorpje zelf is ook interessant want het heeft een zeer mooie kerk, waarvan de binnenmuren prachtig zijn beschilderd. Op de plaza verkopen vele lokalen hun kleurrijke weefsels, er is een museum en er zijn zelfs Incaruïnes achter de kerk. Moray is een indrukwekkende archeologische plaats met boven elkaar liggende, cirkelvormige landbouwterrassen. Hier werden landbouwexperimenten gehouden waarbij de Inca’s gewassen lieten aanpassen aan verschillende hoogtes. Zo konden maïs en cocaplanten, die oorspronkelijk uit de tropische gebieden komen, in de bergen groeien. Salineras bevindt zich in een nauwe vallei boven de Río Urubamba en bestaat uit precolumbiaanse zoutterassen, waarvan de witte kleur spectaculair afsteekt tegen de omgeving. Sinds precolumbiaanse tijden wordt hier zout gewonnen. Een rivier voert zout water aan uit de bergen en wordt via een ingewikkeld irrigatiesysteem verdeeld over de talrijke terrassen. In het droge seizoen verdampt het water en blijft het zout over. Vanaf de ingang van Salineras daalt een pad af, door de zoutterrassen, naar de Río Urubamba en de hoofdweg.

Ollantaytambo

Dit is een nog een deels intact gebleven Incastadje aan het einde van de Valle Sagrado. Het is de moeite waard om door de schilderachtige straatjes te lopen achter de plaza, waar de schitterende muren en deuropeningen van de originele Incapaleizen nog staan. In het indrukwekkende Ollantaytambo archeologisch complex is een mooie wandeling van 1,5 uur aan te bevelen, via de grote hoeveelheid treden die door de landbouwterrassen naar het religieuze complex leiden met de onvoltooide Templo del Sol (Zonnetempel), die bestaat uit zes, 60 ton wegende monolieten met afbeeldingen van de Chakana (Andeskruis). Vanaf de zonnetempel is een mooi uitzicht over Ollantaytambo en de berg aan de overkant, Cerro Pinkuylluna, waar duidelijk het hoofd te onderscheiden valt van de Incagod met baard, Wiracocha. Bovendien liggen op die berghelling qollqas, opslagplaatsen voor voedsel, wapens, goederen en kleding. De route daalt via een ander pad af. Het loont de moeite om beneden aangekomen naar links te lopen om rituele baden te zien, de resten van tempels, altaren, nissen en stenen uitsteeksels die dienden als een agrarische kalender (de zon en de schaduw). Richting de uitgang liggen enige ceremoniële fonteinen, waaronder de bekendste de Baño de la Ñusta is, die zich in een gebouw bevindt.

Er zijn diverse hotels en restaurants in het plaatsje. Een heel aangenaam hotel is El Albergue, 984-204014, www.elalbergue.com, dat aan het treinstation ligt, (US$58-74). Vanaf het treinstation zijn er directe bussen naar Cusco, wanneer de trein uit Machu Picchu aankomt of taxi’s. Er vertrekken diverse bussen en taxi’s vanaf het station naar Cusco. Vanaf Ollantaytambo gaat de trein verder naar Agua Calientes (1,5 uur). Zie www.perurail.com voor vertrektijden en prijzen maar koop het treinticket wel van tevoren in Cusco.

Agua Calientes, ook wel Machu Picchu Pueblo genoemd, ligt aan de Río Urubamba en vormt de toegangspoort tot Machu Picchu. Het plaatsje bevat veel hotels, restaurants en souvenirstalletjes en er zijn bovendien heetwaterbronnen aan het einde van de hoofdstraat Pachacutec. Deze zijn open van 05 tot 21 uur met kleedkamers en opbergkastjes. Het is een aanrader om de berg Putukusi (2581 m) te beklimmen (1,5-2 uur), vanwaar een spectaculair uitzicht is op Machu Picchu. De wandeling is aangegeven en begint 300 meter voorbij het oude treinstation in Agua Calientes, langs de treinrails. Het pad loopt eerst door tropisch bos en stijgt voortdurend. Hier zijn diverse houten ladders, de hoogste 60 m, die steil omhooggaan en men moet geen hoogtevrees hebben! Op de helft van de 550 meter hoge beklimming eindigt het bos en begint een steil stijgend, maar goed te lopen wandelpad.

10 prachtige bestemmingen in Valle Sagrado en Bolivia