Provincie Piacenza

Swipe

Provincie Piacenza

Piacenza

Piacenza is de meest westelijke grote stad in de regio Emilia. De vroegere Romeinse havenstad aan de Po heeft een kleine historische kern met bakstenen gebouwen. De oude binnenstad is makkelijk te belopen en goed te bereiken. Door de relatieve onbekendheid is het een rustige provinciestad waar de Italiaanse sfeer overheerst bij gebrek aan grote aantallen toeristen. Piacenza is de stad van de hertogen uit de familie Farnese die zijn vereeuwigd in ‘cavalli’, ruiterstandbeelden. De belangrijkste monumenten van de geboortestad van Giorgio Armani zijn de Duomo en het stadhuis.

Geschiedenis en stadsontwikkeling

Placentia is een van de oudste Romeinse kolonies in Noordoost-Italië, gesticht in 218 v.C. door 6000 kolonisten uit Latium als voorpost in het toen nog door Kelten bewoonde gebied. Het rechthoekige stratenpatroon uit de Romeinse tijd bestaat nog: de cardo (noord-zuid-as) is de huidige Corso Cavour, de decumanus maximus (de oost-west-as) is nu de Via Borghetto en Via Roma. Deze straten waren onderdeel van de Romeinse hoofdweg ‘Via Aemilia’ die van Piacenza naar Rimini liep en vanaf 187 v.C. is aangelegd. In de 12e/13e eeuw vormde zich, dankzij het scheepvaartverkeer, een bloeiende commune, een autonome stad, die zich uitbreidde buiten de Romeinse omwalling. Daarvan werd in 1290 de koopman Alberto Scotti gekozen tot ‘signore e capitano’. In de 14e en 15e eeuw was Piacenza onderworpen aan de Visconti en de Sforza uit Milaan en in 1521 viel de stad toe aan de Kerkelijke staat. In 1545 stichtte paus Paulus III Farnese voor zijn zoon Pier Luigi het hertogdom Parma en Piacenza. In Piacenza kwam een nieuwe ommuring en een citadel. Na het uitsterven van de Farneses in 1731 bleef Piacenza in de schaduw van Parma. In 1860 werd de stad opgenomen in het nieuwe koninkrijk Italië. Pas na 1955 werd de stad buiten de nog steeds bestaande muren uitgebreid.

Bezienswaardigheden

Het centrum van de stad is de Piazza dei Cavalli die wordt beheerst door het stadhuis, bijgenaamd Palazzo Gotico. Dit gotische Palazzo Comunale is een prachtig voorbeeld van burgerlijke architectuur uit het einde van de 13e eeuw. De rijk versierde baksteengevel rijst op boven een diepe loggia. Voor het gebouw staan twee barokke ruiterstandbeelden van Francesco Mochi uit 1625, ‘I Cavalli’. Het linkerstandbeeld stelt hertog Alessandro Farnese voor (1545-1592), legeraanvoerder bij koning Felipe II van Spanje en in de Nederlandse geschiedenisboekjes bekend als de bekwame veldheer ‘Parma’. Rechts staat zijn zoon Ranuccio I (1592-1622).

Schuin tegenover het stadhuis staat aan een klein plein de kerk San Francesco uit 1278 . Naast de kerk in de hoek aan de zijkant van het stadhuis is architectuur uit de fascistische periode te zien met de kenmerkende marmerplaten en vierkante arcadenbogen.

De van oorsprong romaanse Duomo aan de Via XX Settembre heeft latere gotische delen en is gebouwd tussen 1122 en 1233. De hoge façade is van marmer en baksteen en wordt door pilaren in drieën gedeeld, met protiren, loggia’s en een roosvenster. In de portalen zijn reliëfs uit de 12e eeuw. De brede toren, 70 m hoog, stamt uit 1333.

De Sant’Antonio, twee blokken van het centrale plein, is een romaanse basiliek, gesticht in de 4e eeuw en vergroot in de 14e eeuw. Het bakstenen uiterlijk wordt alleen doorbroken door een marmerportaal uit 1172. De achtkantige toren is de oudste van die vorm in Italië. In het linkertransept bevindt zich een slank gotisch atrium uit 1350, genaamd ‘Il Paradiso’, met reliëfs uit de 12e eeuw. Er is tevens een laat-14e-eeuwse kloostergang.

In 1558 is men in het noorden van de stad begonnen met de bouw van het Palazzo Farnese, doch het is nooit afgebouwd. Links zijn de resten van de 13e-eeuwse Rocca Viscontea nog te zien. Naast de staatsievertrekken zijn in het laatrenaissancistische gebouw vele musea gehuisvest.

De kerk San Savino aan de oostkant van de stad is een romaanse basiliek, ingewijd in 1107. Hier wordt het reliek van de heilige Savino bewaard, de stadspatroon, die in 420 stierf. De voorgevel is verborgen achter een portico die is opgenomen in de 18e-eeuwse gevelrij van het plein. Een romaans houten crucifix dateert uit de 12e eeuw. In de crypte ligt een mooie mozaïekvloer uit dezelfde eeuw.

Omgeving van Piacenza

Op een dagtocht ten oosten van Piacenza is een aantal schilderachtige dorpen met interessante plekken te bezoeken. Begin de tocht in Velleia in de gemeente Lugagnano Val d’Arda. Velleia was een bloeiende Romeinse stad die in de 18e eeuw is opgegraven na de vondst van een oud Romeins document, de ‘tabula alimentaria traianea’. Omdat daarin precies werd vermeld, waar de antiek-Romeinse stad Velleia lag, gaf hertog Filippo de Bourbon-Parma, evenals zijn broer koning Carlo van Napels een hartstochtelijk archeoloog, in 1747 opdracht tot de opgravingen. Het archeologische gebied omvat het forum, de basilica, resten van de thermen en van huizen uit de 1e eeuw.

Iets noordelijk hiervan ligt het dorp Castell’Arquato tegen een helling aan. Nauwe straatjes lopen omhoog naar het stadsplein Piazza Municipio. Het is een klimmetje van 5 minuten maar dan wordt u beloond met een heel leuk middeleeuws plein met stadhuis, kasteel en kerk plus uitzicht over het groene dal van de Arda. Het stadhuis Palazzo Pretorio met kantelen werd in 1293 in gotische stijl gebouwd. De buitentrap en de loggia dateren uit de 15e eeuw. De Collegiata-kerk is een romaans gebouw uit de 12e eeuw met mooie apsis en aan de linkerflank een 14e-eeuwse portico met een romaans portaal. Binnen zijn kapitelen en beelden uit de 12e eeuw en een 8e-eeuws doopvont uit één steen. De Rocca uit 1300, versterkt door Luchino Visconti in 1342, is een machtig bouwwerk.

In het dorp Vigolo Marchese, 7 km ten noordwesten bevindt zich de romaanse kerk San Giovanni uit de 11e eeuw. Het ronde baptisterium uit dezelfde periode heeft drie halfronde apsissen.

Vigoleno, 18 km naar het oosten, is een middeleeuws dorp, dat goed bewaard gebleven tussen de muren van de vesting uit de 12e eeuw.

Terug in de Povlakte ligt Chiaravalle della Colomba. Dit is een door de cisterciënzers van Clairvaux (Chiaravalle) in 1135 gesticht klooster. De abdij had tot de 15e eeuw grote betekenis voor de streek. De kerk uit de 12e/13e eeuw, verbouwd in de 17e eeuw, heeft een atrium. Naast het romaanse portaal staat een gotische tombe van de markies Oberto Pallavicino, weldoener van het klooster, die stierf in 1148.

Even ten noorden van de A1 ligt Cortemaggiore. De regelmatig aangelegde oude kern van Cortemaggiore is een plan uit de 15e eeuw van Gianludovico Pallavicino. Het mausoleum van deze familie bevindt zich in de Santa Maria delle Grazie. Van het Convento dei Franciscani zijn de fraaie kloostergang en de kerk bewaard.

Het middeleeuwse dorp Sarmato, 16 km westelijk van Piacenza, werd door restauratie gered van verval door de graven Zanardi-Landi. Het versterkte dorp bezit nog zijn stadsmuren, het oude vierkante fort en het U-vormige kasteel uit de 15e eeuw.

In het dal van de Nure liet begin 20e eeuw graaf Visconti di Modrone het middeleeuwse versterkte stadje Grazzano Visconti reconstrueren, dat rond zijn kasteel lag. Het ligt 15 km ten zuiden van Piacenza. Alles hier, beelden, fonteinen, fresco’s, gevels, zelfs de straten en winkels, ademt de sfeer van weleer.

Het schilderachtige dorp Bobbio ligt 45 km zuidwestelijk van Piacenza in de uitlopers van de Apennijnen.

De Ierse monnik Columbanus stichtte in 614, met steun van de Longobardische koning Agilulf, een klooster in het Trebbiadal, de Abbazia di San Colombano. De Benedictijner abdij werd in de middeleeuwen een belangrijk cultureel centrum. De kerk is verbouwd in de 15e/16e eeuw, de romaanse toren stamt uit de 9e eeuw. In de crypte bevindt zich de sarcofaag van San Colombano uit 1480; ook zijn daar resten van een mozaïekvloer uit de 12e eeuw, een 9e-eeuws koorhek en een smeedijzeren hek uit de 12e eeuw. De romaanse Duomo (11e/13e eeuw), omringd door middeleeuwse huizen, is dikwijls verbouwd en heeft een 15e-eeuwse gevel. De brug die er naar toe leidt, Ponte Gobbo, dateert uit de 7e eeuw en heeft Romeinse en middeleeuwse delen. Daardoor zorgen de 11 bogen voor een asymmetrisch uiterlijk. Volgens de overlevering is de brug gebouwd door de duivel, waarbij hij de ruggen van zijn demonen gebruikte. De heilige Colombano geloofde, dat de eerste die de brug passeerde zijn ziel aan de duivel zou verliezen. Hij stuurde daarom een oude beer, die zijn ploeg had getrokken, waardoor de ban werd opgeheven.

Het kasteel Rocca di Bobbio dateert uit het begin van de 14e eeuw. Het was eigendom van de familie Malaspina en werd in de 16e eeuw als woonvilla ingericht.

10 prachtige bestemmingen in Provincie Piacenza en Emilia-Romagna