Marokko

Swipe

De Almohaden

De leider van deze beweging was de Amazigh (Berber) moslimgeleerde Ibn Toumart, die in Cordoba en Bagdad gestudeerd had. Hij predikte overal tegen het decadente leven van de heersende elite in de grote steden, was tegen het drinken van wijn en het ongesluierd lopen van vrouwen op straat. Hierdoor moest hij Marrakech verlaten en vestigde hij zich in 1125 in Tin Mal in de Hoge Atlas. Daar riep hij zichzelf uit tot Mahdi, de in de koran genoemde Verlosser. In zijn interpretatie van de moslimreligie ging het om de eenheid en onstoffelijkheid van Allah. Dit dogma werd in het Arabisch tawhied genoemd.

In Algerije had hij Abd el-Moumen (1130-1163) ontmoet, die eerst zijn volgeling werd en later zijn opvolger en de eerste vorst van een nieuwe dynastie de Almohaden. Hij werd de leider der gelovigen en wist tijdens zijn regering van 1130 tot 1163 het grootste westelijke moslimrijk te vestigen. In 1145 veroverde hij Fez, een jaar later Marrakech en de steden van het westelijke gedeelte van Al Andalus in Spanje. Hij kreeg steun van de grote Arabische dynastieën, stichtte universiteiten, en wist een centraal gezag te organiseren gesteund door het leger en gefinancierd vanuit belastingen.

Van 1151 tot 1152 veroverde hij een groot deel van Algerije en daarna bezette hij Ifriqiyya (Tunesië) waar de Normandische koningen de belangrijkste havensteden geannexeerd hadden. Rond 1160 hadden de Almohaden geheel Noord-Afrika onder hun gezag. In 1162 riep Abd el-Moumen zichzelf uit tot kalief. Het bleek moeilijk voor de tweede vorst van deze dynastie Abou Yacoub Yussef (1163-1183) om dit grote rijk te handhaven. Vooral in het oostelijk deel begonnen spanningen te komen.

Toch bereikte het Almohadische rijk zijn hoogtepunt tijdens de regering van zijn opvolger Yacoub el-Mansour, de ‘Overwin-naar’(1184-1199). Deze titel kreeg hij in de oorlog tegen de christelijke vorsten in Spanje. Toen deze zich gingen verenigen in de Reconquista was het einde van de islamitische macht in Spanje in zicht. Yacoub el Mansour stierf in 1199. In 1228 riep Tunis de onafhankelijkheid uit en in 1236 bij de val van Cordoba en in 1248 bij die van Sevilla was het bijna bekeken. Alleen het vorstendom Granada van de Nasriden bleef nog tot 1492 bestaan.

Het ging zoals de historicus Ibn Khaldoen het beschreef: ‘Een dynastie bestaat gemiddeld 120 jaar, waarbij eenvoudige nomaden de macht overnemen van corrupte stedelingen, die zelf later weer ten val worden gebracht’. Het rijk van de Almohaden was een hoogtepunt in de geschiedenis van Marokko, waarin het intellectuele leven bloeide als nooit tevoren evenals de handel en welvaart.

10 prachtige bestemmingen in Marokko