Het noordoosten

Swipe

De Rouw van Kalavrita

Akrata – Trapeza – Kalavrita – Klitoria – Spilia – Likouria – Archea Pheneos – Seliana – Egira – Akrata (circa 100 km)

Startpunt is de charmante badplaats Akrata, die met Paralia Akratas en Paralia Porovitsis een mooie strandvakantie mogelijk maakt. Er zijn de nodige faciliteiten en het achterland is voor een dagtrip bijzonder boeiend. Vanaf de westelijker gelegen kustplaats Diakofto loopt de beroemde tandradbaan naar Kalavrita door de Vouraikos-kloof. De toerist wordt tijdens de rit geconfronteerd met een overweldigende natuur, terwijl zijn bewondering voor de bouwers van de spoorlijn, die over 23 km een stijging van 700 m vertoont (tot 28%) met een aantal tunnels, nauwe doorgangen en adembenemende bruggen, steeds groter wordt. Een Italiaanse firma heeft de baan omstreeks 1890 gebouwd. Tickets zijn verkrijgbaar in Diakofto (station). Er is onderweg één halteplaats: Zachlorou om het beroemde klooster Mega Spilaeon te bezoeken. Enthousiaste wandelaars lopen de afstand Diakofto-Zachlorou (circa 13 km, ruim vier uur gaans), wat niet zonder risico’s is, aangezien er op enkele plaatsen geen ruimte is voor trein en wandelaar samen. Loop dus achter een zojuist vertrokken trein aan om van de rotsformaties en de woeste natuur te genieten!

Vanuit Zachlorou is het klooster Mega Spilaeon (= Grote grot) in een uur lopen te bereiken. Het wordt druk bezocht om de wonderbaarlijke, fluisterende Maria-icoon, die in 362 in de grot bij het klooster zou zijn gevonden door twee kluizenaars, Simon en Theodoros en de herderin Euphrosyne, wier naam door de icoon werd gefluisterd. De Maria-icoon zou vervaardigd zijn door Lucas de Evangelist en heeft vele wonderen bewerkstelligd. Het klooster, dat in een uitholling van de rotsen is gebouwd, is wellicht al gesticht in de 8e eeuw en is een van de rijkste kloosters van Griekenland geweest. Het is in 1400, 1640 en 1934 door brand geteisterd, maar als belangrijk pelgrimsoord steeds weer herbouwd.

De miraculeuze icoon bevindt zich in de grotkerk en wordt ‘de Madonna in de gouden grot’ genoemd. Ook kloostermuseum/ schatkamer/bibliotheek zijn de moeite waard: het bevat oude manuscripten, een zilveren reliekschrijn met de schedel van de H. Euphrosyne, de schedels van beide heremieten en andere religieuze voorwerpen. In de 17e-eeuwse vloer ziet men de Byzantijnse keizersadelaar en het uitspansel.

Kalavrita is een van de meest dramatische dorpen van de Peloponnesos. Herinneringen aan gebeurtenissen in deze omgeving tijdens W.O.II spelen nog steeds een grote rol.

Kalavrita, dat door de nazi’s was platgebrand, is in oude stijl herbouwd met enkele schaduwrijke terrassen achter de dorpskerk, een aantal kleine winkels en hotels die de gezonde lucht van dit ‘Luftkurort’ aanbevelen.

In de naaste omgeving van dit dorp ligt het klooster Agia Lavra, dat een plaats heeft in het hart van elke Griek. Hier werd namelijk op 25 maart 1821 de onafhankelijkheid van het land uitgeroepen door bisschop Germanos van Patra. Hij hees de Griekse vlag en riep op tot strijd tegen de Turken die een onrechtvaardig bewind voerden. Feitelijk was de verdrijving van de Turken al eerder begonnen, maar 25 maart is en blijft de nationale bevrijdingsdag van het land.

Het klooster uit 961 is meermalen in de as gelegd, het laatst door de Duitsers in 1943. Het is herbouwd bij de ongeschonden gebleven kerk uit 1600, waar in 1821 de opstand werd geproclameerd. Via een binnenplaats komt u in het klooster met een fraaie bibliotheek (handschriften uit de 11e eeuw, iconen en herinneringen aan de onafhankelijkheidsoorlog zoals het befaamde vaandel van bisschop Germanos, dat werd gehesen tijdens zijn oproep).

Vanuit Kalavrita in het noorden of vanuit Klitoria in het zuiden is in het binnenland Kastria bereikbaar met de Spilio Limnon (grotmeren), grotten die door een onderaardse rivier van water worden voorzien, waardoor meer dan tien meren zijn ontstaan. Er is een rondleiding van drie kwartier mogelijk langs alle mogelijke druipsteenformaties (openingstijden: 09.30-16.30 uur).

Een klein centrum is Klitoria, zonder bezienswaardigheden, maar met een enorm dorpsplein met op elke hoek een kiosk ter wille van de concurrentie. Ten zuiden van het dorp ligt op een tiental kilometers Spilia met de bronnen van de Ladonas-rivier, die naar het zuiden kronkelend in het Ladonmeer uitmondt, dat een grote stuwdam rijk is.

Via vervaarlijke kronkelwegen door een schitterend berglandschap bereikt men Likouria met schamele resten uit de oudheid. Dan komt Archea Pheneos in zicht, eens een belangrijke stad. Nu resten slechts delen van de ommuring en van het Asklepeion. In de buurt het klooster Ag. Georgiou Pheneou (1693) met mooie fresco’s in de kloosterkerk. Tijdens de Turkse overheersing werd hier les in Grieks en Griekse geschiedenis gegeven in een geheime ruimte. Na Mesino voert de weg naar het noorden naar Zarouchli en Egira.

De route gaat feitelijk om het Chelmos-gebergte (2338 m) heen. Er zijn diverse mogelijkheden om deze bergen te voet en soms per auto te verkennen en enkele, vaak alleen in de zomer bewoonde, dorpjes te bezoeken.

Vanuit Pheneos kan men via een bergroute naar Zarouchli en verder naar Solos trekken. Vandaar volgt een zware voettocht richting Krathis-rivier. Ten zuiden van Solos stort in de Mavroneri-kloof een waterval (Styx) van zwarte rotsen, wat het neerstortende water een tweede naam heeft gegeven: Mavroneri (zwart water). De Styx is de mythologische naam voor de rivier van de onderwereld, die de ziel van de ter aarde bestelde overledene moest oversteken met hulp van de god Hermes en de veerschipper Charon. Ook andere rivieren in Griekenland werden als ‘dodenrivier’ beschouwd.

Van Akrata via een duizelingwekkende bergroute naar Agridi en Solos.

Ook Kato Lousi, Planitero en Kerasova zijn startplaatsen voor voettochten naar de top van het gebergte, waar ook mogelijkheden tot skiën zijn.

10 prachtige bestemmingen in De Rouw van Kalavrita en Peloponnesos