Bas-Périgord

Swipe

De zwarte Périgord

Montignac

Kaartverkoop Lascaux II

Het stadje Montignac (3000 inwoners) is een van de bekendste nederzettingen van Frankrijk. In de omgeving ligt het grottencomplex van Lascaux, een van de beroemdste prehistorische vindplaatsen in de wereld (zie aldaar). Iedereen die Lascaux II en het prehistorisch museum Le Thot in de maanden juli en augustus wil bezoeken moet eerst een bezoek brengen aan Montignac. Het verkooppunt bij het Toeristen-informatiekantoor in Montignac is namelijk de enige plek waar u kaartjes voor het grottencomplex kunt krijgen. Er zijn dus bij de grotten geen toegangsbewijzen verkrijgbaar! Het is in de zomer van belang om vroeg (voor 9 u.) bij dit Toeristen-informatiekantoor te zijn, gezien de grote drukte in Montignac en de lange rijen wachtenden voor het kaartjesloket. Een lange wachttijd in de brandende zon is geen pretje; bovendien laat men per dag maar 2000 bezoekers toe.

In het huidige Montignac is het met name zomers druk, daarom is het moeilijk om nog van de oorspronkelijke sfeer van het stadje te genieten. Toch bezit Montignac nog enkele bezienswaardige gebouwen uit de 17de en de 18de eeuw. Tijdens de Godsdienstoorlogen vluchtten de graven van de Périgord naar het toenmalige Montignac-le-Comte. Een vierkante kasteeltoren (Tour du Château) die boven het stadje uitsteekt is de enige getuige van hun aanwezigheid.

Museum Eugène le Roy

Montignac had een aantal beroemde inwoners, waaronder de schrijvers Pierre Lachambeaudie en Eugène Le Roy, de auteur van Jacquou le Croquant. Eugène werd in 1836 in het kasteel van Hautefort geboren en stierf in 1907 in Montignac. Het museum behandelt het leven en werk van Eugène en de tijd waarin hij en de door hem beschreven personages leefden. Het museum is, evenals het Toeristen-informatiekantoor, gehuisvest in het 14de-eeuwse ziekenhuis Saint-Jean l'Evangéliste.

Museum Eugène le Roy geopend: juli-aug. dgls. 9.30-12 u. en 14-17.30 u; de rest van het jaar ma.-za. 9.30-12 u. en 14.30-17.30 u.; in jan. gesloten.

Toeristen-informatiekantoor: Place Bertran-de-Born (vernoemd naar een 12de-eeuwse troubadour), op de 1ste etage van het 14de-eeuwse ziekenhuis Saint-Jean l'Evangéliste.

Kanoverhuur en kanotochten: F.F.C.K., Place Salle des Fêtes (tevens een goede en meestal vrije parkeerplaats), bij de brug. U kunt de volgende kanotochten maken: Montignac-Thonac 8 km, 2 u.; Montignac-St.-Leon/Vézère 12 km, 3 u.; Montignac-La Roque St.-Christophe 18 km, 4 u.; Montignac-Les Eyzies 30 km, 7 u. Tevens verhuur van kayaks.

Markt: wo. en za. (ochtenden).

Lascaux I en II

Lascauz I

Op 12 september 1940 speelden vier jongens met hun hond in de omgeving van Montignac. Plotseling viel de hond in een rotsspleet. Toen bleek dat de hond niet meer uit zichzelf terug kwam besloten zij om de hond te gaan halen. Toen zij zich met een parafinelamp door de spleet lieten zakken kwamen zij in een grot terecht. De wanden van deze grot waren bedekt met prachtige prehistorische schilderingen: zij hadden een van de beroemdste prehistorische vindplaatsen in de wereld ontdekt. De schilderingen stammen uit het Magdalenien en zijn ongeveer 17.000 jaar oud. Het realisme waarmee de schilderingen zijn gemaakt getuigen van het hoge artistieke peil van deze zogenoemde Cro-Magnonmensen. In lichaamsbouw, aanleg en intelligentie verschilden zij niet veel van ons. De schilderingen waren prachtig bewaard gebleven, omdat er tijdens een overstroming boven de kalkstenen grot een laagje vette klei was afgezet. Dankzij deze ondoordringbare kleilaag stroomde er geen water de grot in.

In 1948 opende men de grot voor het grote publiek. Binnen 15 jaar waren er al een miljoen bezoekers geteld, en met desastreuze gevolgen. De adem van de bezoekers (koolzuur en vocht) tastte de schilderingen aan. De rotswanden van kalksteen brokkelden af, er was kalkvorming op de afbeeldingen (la malade blanche) en algen en schimmels knaagden aan de schilderingen (la malade verte). Er was maar een oplossing: de grot werd in 1963 gesloten voor het grote publiek. Slechts enkele wetenschappers worden bij uitzondering nog in de grot toegelaten.

Lascaux II

Vervolgens begon men op 200 m van de oorspronkelijke grot aan de bouw van een exacte kopie van de oorspronkelijke grot in een voormalige steengroeve. Iedere vierkante centimeter van de oorspronkelijke grot werd gefotografeerd. Vervolgens maakte men aan de hand van deze foto's een geraamte van staal en beton. Daarna smeerde men de wanden met een speciaal mortel in. Het resultaat was een grot die tot op 5 mm nauwkeurig gereproduceerd werd! Zelfs de atmosfeer werd gekopieerd: de temperatuur in de grot is constant 14%C. Toen was het de beurt aan de schilderes Monique Peytral om in totaal 90% van alle schilderingen nauwgezet te kopiëren. Zij gebruikte daarvoor dezelfde materialen en methoden als de prehistorische schilders. Het resultaat is verbluffend: de echte (Lascaux I) en de nagemaakte grot (Lascaux II) zijn nauwelijks van elkaar te onderscheiden!

De bezoekers kunnen in groepen van 40 personen tegelijk de grot in. Eerst komt u in twee voorhallen: de eerste hal bevat een uitleg over het ontstaan van deze grot en de ziektes die de oorspronkelijke schilderingen aantastten; de tweede hal bevat foto's, tekeningen en voorwerpen die men in de grot vond. Men gaat in op de 450 verschillende symbolen die op de wanden zijn aangebracht en waar men de betekenis niet van kent. Het doel van de grot en de schilderingen zijn dan ook onbekend, al heeft men wel hypothesen opgesteld (zie hoofdstuk Geschiedenis). De gebruikte kleurstoffen (geel, zwart, rood, bruin, oker) zijn anorganisch en dus niet te dateren. Gelukkig vond men op de grond niet minder dan 140 lampjes die de prehistorische schilders gebruikten om hun werkzaamheden bij te lichten. De lampjes hadden een lont van mos en brandden op berenvet en rendiervet. Op deze organische stoffen paste men de C-14 methode toe en aldus kon men de schilderingen dateren: ze bleken 17.000 jaar oud en stamden uit het Magdalenien. Op enkele lampjes waren symbolen aangebracht. Ook vond men op de bodem holle rendierbotjes die de schilders gebruikten om kleurstoffen op de wanden te blazen.

De eerste zaal noemt men de stierenzaal (Salle des Taureaux). In deze `zaal' zijn prachtige schilderingen van paarden (Przewalski's), pony's, rendieren, herten, wilde koeien (bizons), zwarte stieren en symbolen aangebracht. Verder is er een tweehoornig fantasiedier met de snuit van een beer en het lichaam van een neushoorn. Opmerkelijk is dat de geschilderde dieren naar verhouding grote lichamen en kleine koppen en benen hebben; de dieren volgen fraai het natuurlijk reliëf van de rotswanden.

De tweede zaal noemt men de Axial-Diverticulum groep. Het plafond en de wanden van deze langwerpige en steeds smaller wordende zaal zijn beschilderd met afbeeldingen van paarden, herten, pony's, zwarte stieren, oerossen en steenbokken. Sinds de opening zijn er meer dan 3 miljoen bezoekers geteld.

Lascaux II geopend: juli-aug. dgls. 9.30-19 u., vertrek iedere 10 min, laatste rondleiding 18.45 u., kaartjes zijn alleen verkrijgbaar bij het Toeristen-informatiekantoor in Montignac! (zie aldaar); sept.-dec. en 7 febr.-juni di.-zo. 10-12 u. en 14-17.30 u. In het laagseizoen kunt u de kaartjes kopen bij Lascaux II.

Algemeen: Er worden alleen gecombineerde kaartjes verkocht voor Lascaux II en het prehistorisch museum Le Thot (Thonac). Op de kaartjes voor Lascaux II staat een specifieke tijd vermeld; Le Thot kunt u bezoeken wanneer u wilt (eventueel ook op een andere dag). De temperatuur in de grot is het 14%C. Neem dus een trui mee!

Le Thot

Prehistorische museum Le Thot

Op 8 km ten zuiden van Montignac (richting Thonac) ligt het prehistorische museum Le Thot (Espace Cro-Magnon). Het museum bestaat uit twee delen: het overdekte museum en het openluchtmuseum. In het overdekte museum is een overzichtstentoonstelling van de grotten, schilderingen en gravures die tot op heden gevonden zijn. Verder is er een audiovisuele presentatie over de schilderingen in Frankrijk en draait men een interessante film (Engels ondertiteld) over de totstandkoming van de kunstmatige grot Lascaux II.

In het openluchtmuseum laat men zien hoe de Cro-Magnonmens jaagde en leefde. Dieren die toen leefden, maar ook nu nog als soort bestaan, zoals bizons en paarden, lopen in het park. Er zijn een levensgrote, bewegende replica van een mammoet en een kopie van een langharige neushoorn. Verder zijn er levensgrote afbeeldingen van de prehistorische Cro-Magnonmens in zijn toenmalige leefomgeving. Opvallend zijn de gereconstrueerde tenten en hutten.

In koude tijden bestond 90% van de dierenbevolking uit rendieren die door de Cro-Magnonmens voor allerlei doeleinden werden gebruikt: de botten voor wapens; de huid voor kleding; het vet voor lampjes; enzovoort. Opvallend in de grotten is dat er verhoudingsgewijs weinig afbeeldingen van rendieren zijn. In warmere perioden werden de rendieren schaars en werd hun plaats ingenomen door herten.

Prehistorisch museum le Thot geopend: dezelfde openingstijden als Lascaux II.

Château de Losse

Op een afstand van 500 m van het prehistorisch museum Le Thot staat het kasteel van Losse uit 1576. Het kasteel, een voormalig lustoord, bouwde men op de oever van de rivier de Vézère. Het monument is gebouwd in de stijl van de renaissance met een omringende gracht, een groot terras en een fraai aangelegde tuin. In het hoofdgebouw hangen Vlaamse wandtapijten en staat 16de- en 17de-eeuws meubilair.

Château De Losse geopend: 15 juni-15 sept. dgls. 10-19 u.; 15 april-14 juni en 15-30 sept. dgls. 11-17 u.

Sergeac

Castel-Merle

Bij het gehucht Sergeac ligt de prehistorische vindplaats Castel-Merle. Verscheidene schuilplaatsen (abris) in de klifwand dragen sporen van bewoning en rotskunst. In de Abri Reverdit en de Abri de la Souquette zijn sporen van de Cro-Magnonmens; de doorsneden in de wanden tonen de lange bewoningsgeschiedenis van Castel-Merle. Andere schuilplaatsen zijn de Abri Roc d'Acier, de Abri Labattut en de Habitats Troglodytiques. In het museum staan enkele gevonden voorwerpen tentoongesteld; veel is verdwenen naar andere musea in Frankrijk.

Stroomopwaarts is het Fort des Anglais, een schuilplaats met zicht op de rivier de Vézère die de Engelsen gebruikten tijdens de Honderdjarige Oorlog. Dit soort observatieposten legde men op verscheidene plaatsen langs de rivier de Vézère aan.

Castel-Merle geopend: juli-aug. dgls. 10-19 u.; pasen-juni en sept. do.-di. 10-12 u. en 14-17.30 u.

St.-Léon-sur-Vézère

Romaanse kerk

Het dorp St.-Léon-sur-Vézère ligt in een flauwe bocht van de rivier de Vézère. Op de oever van de rivier staat een bijzondere 12de-eeuwse benedictijner kloosterkerk. Het eenvoudige kerkje met zijn ronde straalkapellen is een goed voorbeeld van romaanse bouwkunst. Vlakbij de kerk staat een herenhuis met een 14de-eeuwse toren. Vanaf de kerk kunt u de torentjes van het Château de Clérans boven het dorp zien uitsteken. Het 15de-eeuwse kasteeltje ligt op een afstand van 150 m van de kerk en ligt eveneens op de oever van de Vézère.

Le Conquil

Op de andere oever ligt een kalkstenen rotswand, waarin rotswoningen zijn uitgehakt. Deze schuilplaatsen zijn ongeveer 2000 jaar oud. Vanaf de rotswoningen heeft u een fraai uitzicht op St.-Léon-sur-Vézère.

Le Conquil geopend: mei-sept. dgls. 10-19 u.; mrt.-apr. en okt.-nov. dgls. 10-17 u.

Le Moustier

De naam Le Moustier is onverbrekelijk verbonden met het tijdperk Moustérien in het midden van de het Oudere Steentijdperk. In een van de prehistorische schuilplaatsen in de omgeving vond men op 10 april 1908 een 1,60 m groot skelet van een Neandertaler (voorloper van de homo sapiens sapiens ofwel de Cro-Magnonmens die rond 35.000 jaar geleden in Europa verscheen) uit deze periode, omringd door stenen werktuigen. De vondst was zo belangrijk dat men een heel tijdperk naar deze vindplaats vernoemde: het Moustérien. Ook dit dorp ligt op de oever van de Vézère. In de parochiekerk staat een 17de-eeuwse biechtstoel met fraai houtsnijwerk. Sinds kort kunt u in Le Moustier een fossielententoonstelling bezichtigen.

De rots Saint-Cristophe

Een lange en hoge kalkstenen rotswand domineert de overzijde van rivier. Deze rotswand werd over een lengte van 900 m bewoond; niet minder dan vijf verdiepingen rotswoningen zijn in de rotsen uitgehakt. Het is goed te zien dat de holbewoners gebruik maakten van de zachtere lagen afgezette kalk. Momenteel kunt u de ongeveer 100 rotswoningen bezichtigen die de sporen dragen van 55.000 jaar bewoning, beginnende in het midden van het Oudere Steentijdperk tot in de middeleeuwen. In totaal konden hier 3000 mensen wonen. De rotswoningen zijn vooral bezienswaardig, omdat u hier inzicht krijgt in de levenswijze van de mens in de deze omgeving over een zeer lange periode. De eerste bewoners waren de holbewoners uit het Moustérien, zo'n 55.000 jaar geleden. Na hen verbleven hier Galliërs en Romeinen. In 976 deed het dienst als vestingwerk om aanvallen van de Noormannen te kunnen weerstaan. Tussen 1401 en 1416 zwaaiden de Engelsen hier met de scepter. In 1580 waakten de protestantse hugenoten over de vestingwerken, in 1588 gevolgd door de ridders van de koning.

De rots Saint-Cristophe geopend: mrt.-apr. 10-18 u.; mei-juni en 15 sept.-11 nov. 10-18.30 u.; juli-15 sept. 10-19 u.; 11 nov.-dec. en febr. 11-17 u.

Het Prehisto Park

Op een afstand van 2 km van de Rots Saint-Christophe heeft men het Prehisto Park gebouwd. Met gebruikmaking van levensgrote figuren van mensen en dieren krijgt u een goed en duidelijk beeld van het leven en de jachtmethoden van de prehistorische mens, waaronder de Neandertalers en de Cro-Magnonmensen. De reconstructies zijn gebaseerd op antropologisch onderzoek.

Prehisto Park geopend: mrt.-juni 10-18.30 u.; juli-sept. 9.30-19 u.; okt.-11 nov. 10-18 u.

Fleurac

Château de Fleurac

Halverwege Les Eyzies en Rouffignac ligt het Château de Fleurac. Het kasteel stamt oorspronkelijk uit de 13de eeuw toen de familie Exupery het liet bouwen. Zij bleven tot de 17de eeuw het kasteel bewonen. In de 19de eeuw werd het kasteel omgebouwd tot een aantrekkelijk buitenhuis, gelegen temidden van een 20 ha groot park. De woon- en slaapkamers staan vol antieke meubelen en zijn te bezichtigen.

Op het kasteelterrein kunt u het Musée de l'Automobile vinden. De verzameling omvat 50 oude auto's. Het Parc Animalier fungeert als een dierentuintje.

Château de Fleurac geopend: pasen-15 juni zo. en feestd. 14.30-18 u.; 15 juni-13 juli en 1-15 sept. dgls. 14.30-18 u.; 14 juli-aug. dgls. 10.30-19 u.; 15 sept.-15 okt. zo. 14.30-18 u.

Rouffignac

Het dorp Rouffignac werd in 1944 platgebrand door Duitse troepen; gelukkig bleef de kerk gespaard. Het godshuis is in de 16de eeuw gebouwd in de flamboyant-gotische stijl en heeft een voorportaal met invloeden van de stijl van de renaissance.

De Grot van de Honderd Mammoeten

De belangrijkste reden om Rouffignac te bezoeken is de aanwezigheid van de Grot van de Honderd Mammoeten (La Grotte aux Cent Mammouts). De 10 km lange grot ligt op 4 km ten zuiden van het dorp Rouffignac. 4 km van het gangenstelsel is opengesteld voor het publiek en kan met een elektrisch treintje bezocht worden. Er kunnen slechts 30 personen in het treintje; het is dus in de zomermaanden van belang om vroeg bij de grot te zijn, anders moet u rekening houden met lange wachttijden.

In de grot zijn in het tijdperk Magdalenien (circa 13.000 jaar geleden) 250 schilderingen en graveringen aangebracht door de Cro-Magnonmensen. Het zijn afbeeldingen van meer dan 100 mammoeten (vandaar de naam van de grot), neushoorns, paarden, bizons en steenbokken. Vroegere bezoekers hebben hun namen in de wanden gekrast: de grot wordt al sinds de 15de eeuw bezocht. Het treintje rijdt allereerst naar enkele afbeeldingen van neushoorns en mammoeten. Vervolgens rijdt het treintje naar het eindpunt van de rit waar allerlei dieren op het plafond zijn getekend en geschilderd. Er zijn bijna geen druipsteenformaties in het grottenstelsel.

De Grot van de Honderd Mammoeten geopend: 9 april-juni en sept.-okt. dgls. 10-11.30 u. en 14-17 u.; juli-aug. dgls. 9-11.30 u. en 14-18 u. Het is 13%C in de grot; neem dus een trui of jas mee!

Toeristen-informatiekantoor: Rouffignac, St.-Cernin-de-Reilh.

Les Eyzies

Les Eyzies (Les-Eyzies-de-Tayac) kan zonder overdrijven de hoofdstad van de prehistorische mens genoemd worden: nergens in de wereld zijn er zoveel prehistorische vondsten gedaan als in de directe omgeving van Les Eyzies, gelegen aan de oever van de rivier de Vézère. De prehistorische mens woonde in grotten en onder overhangende kalksteenlagen in de rotswanden die waren uitgesleten door de rivier Vézère. Opmerkelijk is dat de regio rondom Les Eyzies en de vallei van de Vézère vanaf 400.000 geleden tot op heden bewoond is geweest, zonder grote onderbrekingen! Een van deze prehistorische mensen is door de beeldhouwer Dardé in 1930 uit steen gehouwen. Zijn beeltenis staat op een kalksteenlaag in de rotswand bij het Nationaal Museum van de Prehistorie en domineert het centrum van Les Eyzies.

Musée National de Préhistoire

In het voormalige 16de-eeuwse kasteel van Beynac, hoog boven het centrum van Les Eyzies, is het Nationale Museum van de Prehistorie ingericht. Op het terras staat het eerder vermelde beeld van de prehistorische mens van Dardé. Veel van de prehistorische voorwerpen die men vond in de vallei van de Vézère staan in dit museum tentoongesteld. Er is een zaal met stenen voorwerpen uit het Oudere Steentijdperk (2.000.000-8.000 v.Chr.), zalen met gegraveerde afbeeldingen en schilderingen (30.000-12.000 v.Chr.); vitrines met gebruiksvoorwerpen van onder meer been en ivoor; een overzicht van de prehistorische dierenwereld; enzovoort. Het museum geeft een goed inzicht in het leven van de prehistorische mens in verschillende perioden.

Musée National de Préhistoire geopend: 15 mrt.-15 nov. wo.-ma. 9-12 u. en 14-18 u.; 16 nov.-14 mrt. wo.-ma. 9-12 u. en 14-17 u.

Abri Pataud

In Les Eyzies kunt u de resten vinden van een 9,25 m hoge woonlaag met resten van de Cro-Magnonmens uit de periode 33.000-18.000 v.Chr. De zogenoemde stratigrafische doorsnede zit onder een overhangende steenlaag die de Cro-Magnonmens beschutting gaf. In deze schuilplaats vond men het skelet van een 16 jaar oud meisje. De botten en een reconstructie van haar lichaam van de kunstenaar E. Granqvist staan in het Musée de la Site tentoongesteld. Veel van de gevonden voorwerpen uit het opgravingsgebied zijn hier te bezichtigen. Verder draait men een film over Abri Pataud.

Abri Pataus geopend: juli-aug. dgls. 9.30-19 u.; febr.-juni en sept.-dec. di.-zo. 10-12 u. en 14-17.30 u.

Musée de la Spéléologie

Op 1 km ten noorden van Les Eyzies (richting Pétigueux) ligt het Museum van Speleologie. Het museum staat hoog boven het dal van de Vézè_e en biedt een fraai uitzicht op het dal. Speleologie is de studie van onderaardse holen, kortweg het grottenonderzoek. In het museum behandelt men de geschiedenis van de onderaardse ontdekkingstochten en de pioniers die de grotten onderzochten, waaronder Casteret, Martel en de Joly. Verder besteed men aandacht aan gebruikte technieken en verschillende randwetenschappen, zoals de geologie, de fysische geografie, de biospeleologie en de archeologie.

Musée de la Spéléologie geopend: juli-aug. dgls. 11-18 u.

Grot van Font-de-Gaume

Op 1 km ten oosten van Les Eyzies (richting Sarlat) strekt zich de vallei van de Beune uit, met in de rotswand de Grot van Font-de-Gaume. Een 400 m lang pad klimt tegen de rotswand op naar de ingang van de grot. De 120 m diepe grot werd in 1901 ontdekt en bevat meer dan 200 symbolen en schilderingen van 84 bizons, paarden, mammoeten, rendieren, beren, neushoorns, herten en katachtigen. De schilderingen stammen uit het Magdalenien, de laatste periode van het Oudere Steentijdperk (circa 15.000 v.Chr.). Mocht u geen tijd hebben om Lascaux II te bezichtigen, dan vormt deze grot een goed alternatief.

Grot van Font-de-Gaume geopend: april-sept. wo.-ma. 9-12 u. en 14-18 u.; mrt. en okt. wo.-ma. 9.30-12 u. en 14-17.30 u.; nov.-febr. wo.-ma. 10-12 u. en 14-17 u. Het is verstandig om van tevoren te reserveren.

Grot van Combarelles

Op een afstand van 3 km ten noordoosten van Les Eyzies ligt de Grotte des Combarelles, vernoemd naar de vallei van de rivier de Combarelles. De gevonden schilderingen en graveringen stammen uit het Magdalenien (circa 15.000 v.Chr.). 30 van de meer dan 600 graveringen zijn van goede kwaliteit en omvatten leeuwen, paarden, bizons, neushoorns, oerossen, een vos, een vis en een slang. Op veel schilderingen is kalk afgezet. Zorg dat u op tijd bij de grot arriveert: een groep bestaat uit maximaal 6 personen!

Grot van Combarelles geopend: april-sept. do.-di. 9-12 u. en 14-18 u.; mrt. en okt. do.-di. 9.30-12 u. en 14-17.30 u.; nov.-febr. do.-di. 10-12 u. en 14-17 u. Het is verstandig om van te voren te reserveren.

Cap Blanc

Op 7 km ten oosten van Les Eyzies, tegenover het kasteel van Commarque, ligt in de vallei van de Beune de prehistorische schuilplaats Cap Blanc. Hier kunt u prehistorisch beeldhouwwerk bezichtigen dat uniek in de wereld is. Veel van de afgebeelde paarden, bizons en rendieren zijn in een meer dan 20 cm diep reliëf uitgehouwen in de kalkstenen rotswand. Sommige afbeeldingen zijn ruim 2 m lang. Bijzonder is het 14 m lange gebeeldhouwde fries van paarden. In een van de oudste archeologische lagen vond men het graf van een Cro-Magnonmens.

In een tentoonstellingsruimte staan veel van de hier gevonden voorwerpen; een muurschildering en andere afbeeldingen beelden het leven van de prehistorische kunstenaars uit.

Cap Blanc geopend: juli-aug. dgls. 9.30-19 u.; april-juni en sept.-okt. dgls. 10-12 u. en 14-18 u.

Village de la Madeleine

Op 8 km ten noorden van Les Eyzies ligt het prehistorische holbewonersdorp La Madeleine. Om Village de Madeleine te bezichtigen rijdt u richting Tursac en steekt aldaar de brug Pont de Lespinasse over. Het opgravingsgebied ligt in een landschappelijk aantrekkelijk gebied bij een meander van de Vézère. De gevonden resten waren van dermate groot belang dat men een heel tijdperk naar deze plek vernoemde: het Magdalenien. De Cro-Magnonmens leefde hier van 12.000 tot 8.000 v.Chr. Op de oever van de rivier, aan de voet van de kalkstenen rotswand, vond men pijlpunten, harpoenen, krabbers, botten, kunstvoorwerpen (met een prachtige afbeelding van een bizon die zijn flank likt) en begraafplaatsen.

Hoog boven deze plaats, halverwege de rotswand, liggen de overblijfselen van rotswoningen die vanaf de middeleeuwen tot in het begin van de 20ste eeuw bewoond waren. Zoals overal in de Dordogne maakten de middeleeuwse bouwers gebruik van een relatief zachte kalksteenlaag in de uit horizontale lagen bestaande rotswand. U kunt hier de resten van een uitkijkpost, een drinkbak, ovens en stallen bewonderen. Bijzonder is de 15de-eeuwse kapel Sainte-Madeleine die in en tegen de rotswand hangt. Aan deze kapel danken het opgravingsgebied en het tijdperk Magdalenien hun naam. Bovenop de rotswand kunt u de resten bezichtigen van een kasteel uit de 16de eeuw.

Village de la Madeleine geopend: juli-7 sept. dgls. 9-12 u. en 14-19 u.; 8 sept.-15 okt. en april-juni wo.-ma. 9.30-12 u. en 14-18 u.; 14 febr.-mrt. en 16 okt.-nov. wo.-ma. 10-12 u. en 14-17 u.

Grot du Grand Roc

Op 1,5 km van Les Eyzies (richting Périgueux) ligt de druipsteengrot Le Grand Roc. De grot is niet lang (40 m) en de stalagmieten en stalactieten zijn niet groot. Toch is de grot bijzonder, omdat u hier een grote verscheidenheid aan kristalvormen en afzettingsvormen van kalk kunt vinden. De afwisseling van vormen maakt op iedere bezoeker een grote indruk. Vanaf de grot heeft u een goed uitzicht op de vallei van de Vézère.

Grot du Grand Roc geopend: juni-15 sept. wo.-ma. 9-19 u.; 16 sept.-mei wo.-ma. 9.30-18 u.

De prehistorische verblijven van Laugerie Basse

Op enkele tientallen meters van de Grand Roc vindt u aan de voet van de rotswand Laugerie Basse de resten van de prehistorische vindplaats. De prehistorische verblijven van Laugerie Basse waren in de periode 12.000 tot 10.000 v.Chr. (aan het einde van het Magdalenien) bewoond door de Cro-Magnonmens.

De plek was echter ook in latere tijdperken zeer in trek als vestigingsplek. Er zijn resten uit het Jongste Steentijdperk, van de Gallo-Romeinen en uit de middeleeuwen. Ook tegenwoordig wonen er enkele gezinnen in de beschutting van de rotswand. Deze huizen zien er van voren gewoon uit, maar de achterzijde wordt gevormd door de kalkstenen rotswand. De schoorstenen laten zwarte roetplekken in de rotswand achter.

Ongeveer 500 m voorbij Laugerie Basse ligt Laugerie Haute, eveneens een prehistorische vindplaats uit Magdalenien. Op 2 km afstand van Laugerie Haute (richting Périgueux) ligt Manaurie waar u de druipsteengrot Carpe-Diem kunt bezichtigen.

De prehistorische verblijven van Laugerie Basse geopend: juni-15 sept. wo.-ma. 9-19 u.; 16 sept.-mei wo. ma. 9.30-18 u.

Toeristen-informatiekantoor: Place de la Mairie, Les Eyzies(-de-Tayac). In het Toeristen-informatiekantoor staat een grootbeeldtelevisie en een videocollectie. U kunt zelf een video uitzoeken en afspelen. Op deze manier kunt u een indruk krijgen van de prehistorische bezienswaardigheden in Les Eyzies en omgeving. Verder hebben zij veel documentatiemateriaal en wisselen zij geld, verhuren fietsen en verkopen wandelkaarten.

Kanoverhuur en kanotochten: F.F.C.K., Pont Routier (bij de brug), route de Périgueux. U kunt de volgende tochten maken (als u niet in Les Eyzies start, brengt men u naar de vertrekplaats): Le Bout du Monde-Les Eyzies 4 km, 1 u.; La Madeleine-Les Eyzies 8 km, 2 u.; La Roque St.-Christophe 12 km, 3 u.; Les Eyzies-Le Bugue 12 km, 3 u.; St.-Leon-sur-Vézère 18 km, 4 u. Tevens verhuur van kayaks.

Trein: Het treinstation S.N.C.F. heeft een directe treinverbinding met Parijs.

Le Bugue

Ten zuidwesten van Les Eyzies ligt het dorp Le Bugue op de oever van de Vézère. In het dorp kunt u een bezoek brengen aan een 17de-eeuwse molen (Le Moulin Bas), gelegen bij de samenstroming van de Doux en de Vézère. In het centrum op het Place de la Volaille, tegenover het postkantoor, is het Musée de Paléontologie. Tijdens de wandeling passeert u het Maison de la Vie Sauvage.

Musée de la Paléontologie

In het Musée de la Paléontologie zijn niet minder dan 3400 fossielen samengebracht die voor het grootste deel uit de kalkstenen rotswanden van de Périgord zijn gehakt. Het museum biedt aan de hand van deze fossielen een overzicht van 600 miljoen jaar geschiedenis.

Musée de la Paléontologie geopend: juli-aug. dgls. 10-19 u.; april-juni en sept-okt. dgls. 10-12.30 u. en 14.30-19 u. (in okt. ma. gesl.); nov.-mrt. di.-zo. 10-12 u. en 14.30-18 u.

Het Aquarium van de zwarte Périgord

Als u vanaf het Place de la Volaille de rivier de Vézère volgt (houdt de rivier aan uw rechterhand), dan ziet u na enkele minuten lopen het Aquarium van de Zwarte Périgord liggen. Het privé-aquarium met zijn watervallen en grote bassins is zonder twijfel een van de fraaiste van Frankrijk.

Het Aquarium van de zwarte Périgord geopend: mei-sept. dgls. 9-19 u. (in juli-aug. sluit men di., do. en za. om 22 u.); 5 febr.-april dgls. 9-12 u. en 14-18 u.; okt.-12 nov. dgls. 10-12 u. en 14-18 u.

Le Village du Bournat

In het openluchtmuseum Le Village du Bournat op de oever van de Vézère kunt u kennismaken met het leven in de Périgord rond de eeuwwisseling. Er zijn woningen, werkplaatsen, een boerderij en een school. LE VILLAGE DU BOURNAT geopend: mei-sept. dgls. 10-19 u.; okt.-3 jan. en 9 febr.-april dgls. 10-17 u.

Druipsteengrot Gouffre de Proumeyssac

Op ruim 3 km ten zuidwesten van Le Bugue ligt de druipsteengrot Gouffre de Proumeyssac. De grot was al sinds de middeleeuwen bij de bewoners van de streek bekend, maar volgens de overlevering was het de woonplaats van de duivel en dus waagde niemand zich in de buurt van de grot. In 1907 begon men de grot te onderzoeken en snel daarna stelde men de grot open voor het publiek. De grot was slechts toegankelijk door middel van een mandje dat men in de 52 m diepe grot liet zakken. Er konden dan ook nooit meer dan 3 mensen tegelijk de grot betreden. In 1956 groef men een tunnel en konden meer mensen tegelijk genieten van de prachtige druipsteenformaties. Het eerste wat opvalt bij het betreden van de grot zijn de fraaie pegels van kalksteen die vanaf het plafond naar beneden hangen, en de kalksteenkolommen die uit de vloer omhoog rijzen.

Deze pegels worden stalactieten genoemd en de kolommen stalagmieten. Zij zijn ontstaan door het regelmatig druppelen van het kalkhoudende water uit de bovenkant van de grot; elke keer dat er een druppel valt, wordt er boven in de grot een beetje kalk afgezet. Op de plek waar het water valt, komt ook water terecht. Met elke druppel wordt de afzetting iets groter en zo ontstaan na duizenden tot miljoenen jaren uit deze kalkafzettingen stalactieten en stalagmieten. Een gemiddelde stalactiet of stalagmiet groeit met ca. 0,2 millimeter per jaar. De aldus ontstane druipsteengrot Gouffre de Proumeyssac is 15 miljoen jaar oud en wordt jaarlijks door ruim 120.000 mensen bezocht. In de grot voert men een klank- en lichtspel op. In de buitenlucht is het Espace Geologique, een soort geologische tuin waarin men de geologische geschiedenis van dit gebied en zijn grotten uitlegt.

Druipsteengrot Gouffre de Proumeyssac geopend: juni-aug. dgls. 9-19 u.; april-mei en sept. dgls. 9.30-12 u. en 14-17.30 u.; febr.-mrt. en okt.-dec. dgls. 10-12 u. en 14-17 u.; rondleiding: 45 min.

Grot van Bara-Bahau

Op 1 km ten westen van Le Bugue ligt de 100 m lange Grot van Bara-Bahau. Op het plafond van deze grot ontdekten Norbert Casteret en zijn dochter Maud afbeeldingen van paarden, bizons, beren, oerossen, rendieren, handen en symbolen. Onderzoek wees uit dat zij circa 17.000 jaar geleden in het Magdalenien werden gemaakt. De afbeeldingen behoren tot de oudste vormen van rotskunst die men heeft ontdekt, maar zijn niet erg scherp.

Grot van Bara-Bahau geopend: juli-aug. dgls. 9-19 u.; laatste zo. van mrt.-juni en sept.-nov. dgls. 10-11.30 u. en 14-17 u.; rondleiding: 35 min.

Toeristen-informatiekantoor: Place de l'Hôtel de Ville.

Château de Puymartin

Hoog boven de vallei van de Petite Beune, halverwege de weg die Les Eyzies met Sarlat verbindt (D47), troont het 14de-eeuwse kasteel van Puymartin. Sinds 1450 wordt het kasteel bewoond door leden van dezelfde adellijke familie. In de zalen van het kasteel staan meubels uit de 16de, 17de en 18de eeuw; aan de wanden hangen 17de- en 18de-eeuwse tapijten uit Vlaanderen (Trojaanse oorlog) en Aubusson. In het kasteel is een Chambre d'Hôtes.

Château de Puymartin geopend: april-nov. dgls. 10-12 u. en 14-18.30 u.

Les Cabanes du Breuil

Ten noorden van het kasteel van Puymartin kunt u Les Cabanes du Breuil vinden, een unieke groep stenen huisjes die vroeger door schaapherders bewoond werden. De huisjes of bories in het gehucht Breuil zijn te bezichtigen.

Les Cabanes du Breuil geopend: juli-aug. dgls 10-19 u.; pasen-juni en sept.-okt. dgls. 10-112 u. en 14-18 u.

10 prachtige bestemmingen in De zwarte Périgord en Dordogne en Lot