Haut-Périgord

De Haut-Périgord, het noordelijk deel van het departement Dordogne, kan in twee gebieden verdeeld worden: de groene Périgord en de witte Périgord. De namen zijn geënt op het uiterlijk van het landschap. De groene Périgord is vochtig en de lichtgolvende heuvels zijn dan ook rijkelijk begroeid met bomen en struiken. In de valleien stromen rivieren als de Bandiat, de Belle, de Tardoire, de Dronne, de Isle en de Auvézère. Op de oevers staan imponerende kastelen. Ten zuiden van de groene Périgord, in het centrum van het departement, ligt de witte Périgord. De witte Périgord is vernoemd naar de kalksteenplateaus die hier het uiterlijk van het landschap bepalen. Het is het gebied waar truffels, walnoten, kastanjes en aardbeien veelvuldig op het menu staan. Tussen de kalksteenplateaus stromen de rivieren de Isle, de Manoire en de Auvézère.

Lees meer

De paragraaf betreffende de groene Périgord begint met beschrijvingen van het klooster van Brantôme en de kastelen van Bourdeilles, Richemont, Chapelle Faucher en Puyguilhem. Daarna volgen kennismakingen met de prehistorische rotstekeningen in de druipsteengrot van Villars en het middeleeuwse dorp Saint-Jean-de-Côle. Vervolgens wordt aandacht besteed aan Thiviers, het meer van Rouffiac, het kasteel van Jumilhac en de stadjes Nontron en Varaignes. Daarna volgen beschrijvingen van het kasteel van Mareuil, het laagveengebied rondom Vendoire en het stadje Ribérac.

De beschrijving van de witte Périgord begint met een schets van Périgueux, de hoofdstad van het departement Périgord. Daarna volgen impressies van de kloosters van Chancelade en Merlande. Het hoofdstuk besluit met beschrijvingen van het kasteel Les Bories en het kasteel van Hautefort, een van de fraaiste kastelen van Frankrijk.

Door zowel de groene als de witte Périgord is een rondrit samengesteld. Wilt u de beschreven dorpen, steden en bezienswaardigheden bezichtigen, dan is het beter om per dag slechts een deel van de rondrit te rijden.