Naast hun historische betekenis zijn de eilanden ook van waarde vanwege de aanwezigheid van zeldzame ebbenbomen. Deze variant komt bijna nergens meer voor maar hout van dergelijke bomen is nog terug te vinden in antieke Hollandse meubels van ‘de Kaap’ (Zuid-Afrika).

Hollandse monumenten van Vieux Grand Port

Aan de noordkant van de baai, zes kilometer van Mahébourg begon de kolonisatie van Mauritius. De Hollanders gingen bij Vieux Grand Port aan land in 1598 en richtten er een verfrissingsstation in voor VOC-schepen. De baai waaraan het lag noemden ze Warwijckbaai, naar hun commandant. Aan de rand van de mangroves ten zuiden van Vieux Grand Port (bij Ferney) is het landingspunt van de Hollanders gemarkeerd met een verwaarloosd obeliskje met daarop een portretje van admiraal Van Warwijck. Op de Ferney-plantage zijn nog een paar andere monumentjes verstopt: een ter herdenking aan de introductie van het suikerriet en het javahert en een voor Adriaan van der Stel, een van de eerste Hollandse gouverneurs.

Frederik Hendrik Museum

Op het terrein van het Frederik Hendrik Museum staan de restanten van een Frans fort met daarin nog de omtrekken van een bakkerij, keuken, het verblijf van de commandant en een gevangenis. Dit was het Franse regeringscentrum voordat het verhuisde naar Port Louis. Het fort werd gebouwd op de ruïnes van het Hollandse Fort Frederik Hendrik uit 1638. Nog steeds spreekt men van het Hollandse fort.

In 1998 werd de boel opgeknapt ter ere van het vierhonderdjarig bestaan van de relatie Mauritius-Nederland; een jaar later werd het museum geopend. Tegenover de ingang staat een plaquette, onthuld door prins Maurits en prinses Marilène ter herinnering aan dit heugelijke feit. Zij brachten een deel van hun huwelijksreis op Mauritius door.

In het museumpje is veel aandacht voor de Hollandse periode. De collectie bevat opgravingen uit de VOC-tijd, waaronder Hollandse ijsselsteentjes, pijpen van klei en andere gebruiksvoorwerpen. Archeologen van de Universiteit van Amsterdam haalden deze zaken in 1997 naar boven. Wie wil kan een (Franstalige) video laten draaien met achtergrondinformatie over de VOC en Nederland in de Gouden Eeuw.

Veel belangstelling krijgt het museum niet, de kans is groot dat je de enige bezoeker bent. Het Frederik Henderik Museum, tel. 634 4319; www.mauritiusmuseums.com bevindt zich een paar kilometer ten noorden van het dorp, als je uit Mahébourg komt aan de rechterkant van de weg. Iets lager ligt een parkeerterrein. Geopend: ma. t/m za. 9-16 uur behalve woensdag; zo. 9-12 uur, gratis toegang.

Grand Port 1810

Ter ere van de herdenking van de slag om Grand Port in 1810 bouwt Mauritius aan een nieuwe toeristische attractie, tegenover de plek waar de slag plaatsvond Er wordt een historisch dorp nagebouwd met huizen, werkplaatsen en militaire gebouwen, interactieve musea (waaronder een dodomuseum) en een piratengrot voor de kinderen. Mauritianen gekleed in kostuums van toen geven demonstraties van oude ambachten, er zijn 3D-video’s met animaties van de zeeslag en het is mogelijk met een elektrische catamaran een historische tocht op zee te maken. Hierbij wordt ook Île aux Fouquet aangedaan waar de oude vuurtoren nieuw leven is ingeblazen.

Ook ‘s avonds is het dorp te bezoeken. Er zijn dan klank- en lichtvoorstellingen in het amfitheater. Snackbars en een goed (biologisch) restaurant mogen uiteraard ook niet ontbreken en accommodatie is er voor ‘commodores’ (luxe) en ‘sailors’ (middenklasse). Het streven is om van Grand Port 1810 een CO2-neutrale attractie te maken, met zonne- en windenergie en verantwoorde recycling. Een beeld van het dorp (in wording) wordt geschetst op www.prepamar.net.

Lion Mountain/Pic du Lion

Wandelaars trekken graag een dag uit voor het beklimmen van deze berg (480 m) die vanaf zee doet denken aan een liggende leeuw. Het is een pittige tocht over de ‘rug’ maar de magnifieke uitzichten vanaf de ‘kop’ van de leeuw op de oceaan en de groene Montagne Bambous zijn de welverdiende beloning. Het is wat lastig om het begin van de route te vinden (via jeeptracks tussen de suikerrietvelden) dus je doet er goed aan een gids mee te nemen of advies te vragen in het dorp Vieux Grand Port, bijvoorbeeld bij het politiebureau. Bij nat weer is het pad glibberig en niet ongevaarlijk. De hele tocht heen en terug duurt circa drie tot vier uur.

Rose Belle

Het bedrijvige stadje Rose Belle halverwege Mahébourg en Curepipe is in een paar jaar tijd uitgegroeid van eenvoudig busknooppunt tot een belangrijk handelscentrum voor het zuidoosten. Dit bracht ook de opening van twee casino’s met zich mee, waar veel inwoners minder blij mee zijn. Er zijn een paar winkelcentra en een grote markt op woensdag en zondag (verswaren en kleding). Leuk om even te bekijken is de felgekleurde Indiase Tamiltempel en de katholieke kerk.

Vanuit Rose Belle kun je verder rijden in noordwestelijke richting naar Nouvelle France voor een bezoek aan Domaine des 7 Vallées of de theeplantages van Bois Chéri. Daarna kun je kiezen: langs suikervelden naar Souillac aan de zuidkust of in westelijke richting naar het heilige meer Grand Bassin. Deze weg voert weer door een heel ander landschap, met bamboe, varens en pandanuspalmen.

Blue Bay en Pointe d’Esny

De kustweg ten zuiden van Mahébourg leidt via het strand van Pointe d’Esny langs een aaneenschakeling van bungalows en vakantiewoningen naar Blue Bay, een ondiepe baai die met een krachtige blauwe kleur zijn naam eer aan doet. Stranden liggen er gunstig ten opzichte van het vliegveld, daarom verblijft er veel luchtvaartpersoneel.

Maar ook de eilanders komen er graag. In het weekend stromen zij massaal toe en installeren zich onder de bomen bij het openbare strand voor een uitgebreide picknick met de hele familie. Ze laten zich niet verstoren door de regelmatig overvliegende vliegtuigen. Ook op andere dagen heerst er een gezellige vakantiestemming, met drukbezochte eettentjes, souvenirverkopers en aanbieders van bootexcursies. Rustzoekers hoeven niet te wanhopen: stille stukjes strand liggen een korte wandeling verderop.

De onderwaterwereld van Blue Bay, door een smalle opening verbonden met open zee, was lang een van de meest ongerepte van Mauritius. Er kwamen zeker vijftig koraalsoorten voor en de riffen hadden een ongewone biodiversiteit. Of dat nog steeds het geval is, is de vraag. In 1997 riep de regering een deel van Blue Bay uit tot beschermd onderwaterpark maar van daadwerkelijke bescherming en beheer kwam vooralsnog weinig terecht. Ongehinderde bouw van bungalows en hotels rond de baai en de vele speedboten in het water eisten hun tol: de kwaliteit van de riffen ging zienderogen achteruit.

Natuurbeschermingsorganisaties, vissers en bewoners van Blue Bay protesteerden en nu lijkt het wat beter te gaan. Er is minder verkeer op het water en een officieel Marene Park Visitors Centre geeft informatie. Dit centrum ligt schuin tegenover het Blue Lagoon Beach Hotel bij het openbare strand. Blue Bay is nog steeds een goede plek om te snorkelen. Daarvoor moet je wel eerst met een boot naar het rif varen want langs de kust is niet veel te zien.

Vlak voor de kust ligt het eilandje Deux Cocos. Dit is eigendom van een hotelketen die het kleinood verhuurt aan de rijken der aarde en gebruikt voor incentives en dergelijke.