China

Swipe

De Zijderoute

Zijde werd in China rond 2600 v.Chr. voor het eerst vervaardigd, maar het zou twee-en-een-half millennium duren voordat ze zich naar het Westen verbreidde. De Romeinen kwamen voor het eerst met het materiaal in aanraking toen ze in 53 v.Chr. tegen de Parthen streden en te horen -kregen dat het van een geheimzinnige stam in het oosten kwam. Er werden Romeinse agenten op uitgestuurd, er werden goederen verhandeld en de Romeinse kant van de “Zijderoute” ontstond.

De Chinezen kenden al eeuwen handelsroutes die via de Taklamakan-woestijn naar het westen gingen, maar deze routes werden pas belangrijk toen keizer Wudi van de Han-dynastie bondgenootschappen met stammen in het westen sloot tegen de noordelijke nomaden, China’s oude vijand.

In 138 v.Chr. werd Zhang Qian, een hoffunctionaris, naar het westen gestuurd om met de Kushan-stam te onderhandelen. He-laas werd hij door de noordelijke nomaden gevangengenomen en meer dan tien jaar lang vastgehouden. Toen hij uiteindelijk ontsnapte, ontdekte hij dat de Kushans naar het noorden van India waren verhuisd en een niet-gewelddadige manier van leven hadden aanvaard. Zhang Qian maakte zijn diplomatieke mislukking goed door met onschatbare informatie over de gebieden ten westen van het rijk terug te keren, en de keizer, nieuwsgierig geworden, zond er nog meer verkenningsmissies op uit.

Deze diplomatieke gezantschappen leidden al snel tot meer handel, en zo ontstond de Zijderoute. Deze zou uiteindelijk een uitgestrekt kanaal voor de uitwisseling van goederen en informatie worden, dat zich over drie continenten en duizenden kilometers uitstrekte van Chang’an (de hoofdstad van de Han-dynastie) naar Dunhuang, via Turpan, Kashgar naar wat nu Afghanistan is, Perzië en Syrië met verdere takken naar het Romeinse Rijk en de Zwarte Zee. De meeste karavanen legden slechts een klein deel van de route af; via een keten van tussenpersonen gingen de goederen van China via Centraal-Azië naar Europa.

Maar belangrijker dan de uitwisseling van goederen was de uitwisseling van ideeën. Uit India kwam het boeddhisme via de Ka-rakorum-pas China binnen en werd verbreid door kooplui van de Zijderoute. De Oostelijke Han-keizers toonden al tekenen van belangstelling voor dit nieuwe geloof, maar het was tijdens de Noordelijke Wei-dynastie dat de regering het tot staatsreligie verhief. Veel van de plaatselijke etnische groepen die langs de Zijderoute woonden bekeerden zich tot het boeddhisme, en de bijzonder vrome gelovigen hakten langs de route grote monumenten uit.

Het was tijdens de Tang-dynastie dat de Zijderoute haar hoogtijdagen beleefde; de monnik Xuan Zang maakte zijn epische reis naar India op zoek naar boeddhistische geschriften; Chang’an (het moderne Xi’an), de kosmopolitische hoofdstad, telde meer dan 5000 buitenlandse handelaren en elk jaar gingen er tonnen zijde en specerijen door de stadspoorten. Maar met het einde van de Tang-dynastie kwam ook een eind aan de handel. In de 10e eeuw raakte de Zijderoute ten slotte in onbruik door de ontdekking van snellere en gemakkelijker zeeroutes.

In de 19e eeuw leefde de belangstelling voor de Zijderoute opnieuw op, en het was in die tijd dat de naam voor het eerst opdook. Schatjagers en archeologen bestormden de Zijderoute en namen alle schatten mee die ze konden vervoeren. Deze relieken vullen thans musea over de hele wereld, terwijl talloze schatten nog in het zand begraven liggen en de mystiek en romantiek van de Zijderoute levend houden.

10 prachtige bestemmingen in China