Rusland

Swipe

Kunst en cultuur

Godsdienstige invloeden

Sinds de overgang tot het christendom in 988 vormde de godsdienst de grondslag voor kunstuitingen. De vruchten van eeuwenlange culturele uitingen zijn de kerken en kloosters, waarin kronieken werden geschreven, mozaïeken aangelegd en iconen geschilderd. Wereldlijke kunst ontwikkelde zich in Rusland veel later dan in West-Europa. Pas tijdens Pjotr I komt het verschijnsel van individualistische kunstuitingen naar het oosten. Hij nam van zijn reizen veel schilderijen mee naar Rusland. Jekaterina stimuleerde daarna op allerlei gebieden de ontwikkelingen. Zij richtte de Academie der Schone Kunsten op en nodigde eveneens westerse schrijvers en filosofen uit als Voltaire en Diderot. Daardoor kwam in de 19e eeuw de kunst van eigen bodem op allerlei vlakken tot ontwikkeling. De belangstelling voor kunst in zijn algemeenheid bleef voor 1917 toch beperkt tot een zeer klein deel van de Russische bevolking, minder dan een half procent van de miljoenen Russen. Veel schilderkunst uit het westen werd door rijke industriëlen ook aangekocht voor hun privégenot. Na de revolutie liepen de musea vol met deze inmiddels geconfisceerde verzamelingen.

Kunst na de Revolutie

De revolutie van 1917 maakte een abrupt einde aan moderne kunstuitingen, die ‘door de massa toch niet begrepen of genoten konden worden’. Schrijvers, componisten en schilders verlieten het arbeidersparadijs omdat er strenge eisen werden gesteld aan hun producten. De kunstenaar moest gestalte geven aan stralende jonge vrouwen, krachtige arbeiders en blije kinderen. Ook moest arbeid in de fabriek en op het land verheerlijkt worden. Hoogtepunt van deze kunstvorm is het beeld `De arbeider en de kolchozboerin´ van Vera Moechina, dat in 1937 voor de wereldtentoonstelling in Parijs in roestvrij staal is gegoten. De richtlijn van voor arbeiders herkenbare kunst was een hoge drempel voor de individuele kunstenaarsgeest. De ‘concrete voorstelling van de werkelijkheid in haar revolutionaire ontwikkeling in de geest van het Socialisme’ was trouwens niet de enige norm, ook de wispelturige geest van Stalin kon openbaring van het kunstwerk verhinderen. Velen wilden niet aan de normen van het socialistisch realisme voldoen en namen de wijk. Chagall, Kandinski, Stravinski en Nabokov kwamen in het westen tot grote bekendheid en prestaties. Sommigen van hen, zoals Maxim Gorki en Sergei Prokofjev, keerden na verloop van tijd terug naar de Sovjet-Unie. Anderen bleven en pasten zich aan, zoals Sjostakovitsj, Pasternak, Sjolochov en Boelgakov, maar konden ook niet altijd een conflict met de autoriteiten vermijden. Een filmer als Sergei Eisenstein werd lange tijd gewaardeerd (voor monumentale verfilmingen als Potjomkin, Oktjabr en Aleksandr Nevski), maar ook de vertoning van zijn Ivan Grozny uit 1945 werd lange tijd verboden vanwege het veronderstelde verhulde commentaar op Stalin.

10 prachtige bestemmingen in Rusland