Tanzania

Swipe

Opmerkelijke volkeren, leefwijze en geschiedenis

Het was de eerste president van de Verenigde Republiek van Tanzania, Julius Kambarage Nyerere die, als onderdeel van het bewustwordingsproces van de bevolking, erop aandrong het woord ‘stammen’ te vervangen door ‘volkeren’. Op zich was dat misschien geen verkeerde gedachte en taalkundig had hij waarschijnlijk voor een groot gedeelte gelijk, mensen die tot hetzelfde volk behoren hebben lang niet altijd één gezamenlijke ‘stam’vader. Hij kreeg lang niet iedereen achter zich, men sprak van één volk: Tanzanianen, opgebouwd uit vele volkeren. Dit onderdeel van het integratieproces is dan ook maar ten dele gelukt, de volkeren leven nog zeer gescheiden van elkaar, vermenging komt landinwaarts nauwelijks voor en men blijft hardnekkig beweren te behoren tot het …volk.

Voor zover bekend hebben 129 verschillende volkeren hun thuisland in Tanzania gevonden. Rekening houdend met afscheidingen binnen de volkeren komt men tot tenminste 260 etnische groepen. Een aantal ervan is onbetekenend, maar mogelijk zijn ze van grote betekenis geweest voor de geschiedenis van het land. Een ander gedeelte van de volkeren leeft ver teruggetrokken, door toeristen nimmer bezocht. Het zou natuurlijk te ver gaan om alle volkeren te beschrijven. Daarom is een selectie gemaakt, ruim voldoende om een goede indruk te krijgen van verschillen en zelfs tegenstellingen in culturen, muziek en dans. Hoe leven ze, wat vinden ze belangrijk, hoe moet je ermee omgaan. Volkeren die hun eigen kijk hebben op geboorte, huwelijk en dood, die vasthouden aan hun eigen rituelen en feesten.

In grote lijnen komen de volkeren uit vier verschillende richtingen. De oudste groep (en tevens de kleinste) spreekt Khoisan, wij noemen het ‘kliktaal’. Deze wordt ook gesproken door het Sanvolk in zuidelijk Afrika, wellicht beter bekend als Hottentotten. Als u iemand de taal hoort spreken dan herkent u het Khoisan onmiddellijk.

Het Cushitisch is meegebracht door de volkeren die uit Ethiopië en Somalië naar Tanzania trokken. Dat gebeurde in de duizend jaar die aan onze jaartelling voorafging.

Verreweg het grootste gedeelte van de volkeren die in Tanzania leven hebben een Bantoe afkomst. Aanvankelijk, gedurende de eerste zes eeuwen van onze jaartelling, kwamen ze uit West-Afrika. Vanaf ongeveer het jaar 1100 kwam er een nieuwe stroom immigranten en die intocht duurde wel zo’n zes tot zeven eeuwen. Ze kwamen uit het noorden en vermengden zich met de aanwezige Bantoe volkeren. Over hun afkomst is niet zoveel bekend, maar duidelijk is dat sommigen al een bantoe verleden hadden. Ook vestigden zich weer volkeren die Cushitisch spraken.

Anderen, afkomstig uit de Nijlvallei, werden Niloten genoemd. Slechts een kleine minderheid van deze volkeren heeft de eigen identiteit geheel bewaard. Vroege bewoners uit de Nijlvallei worden ook wel Paraniloten genoemd. Tot hen behoren de Maasai. Hoewel de Bantoes sommige gebruiken van de nieuwkomers overnamen, de meeste nieuw aangekomen volkeren gingen leven en werken zoals de Bantoes dat al eeuwen deden, waarbij in sommige gevallen een deel van hun oude gewoonten en gebruiken gehandhaafd bleef. De Bantoe taal is overheersend geworden, zij het dat er verscheidene dialecten zijn.

De meeste inwoners van Tanzania (98%) zijn van Afrikaanse origine, de overige 2% komt uit Europa, Azië of heeft Arabische voorouders. De helft van de totale bevolking komt voort uit 12% van de volkeren. Het Sukumavolk is het grootst, ruim 2 miljoen. De overgrote meerderheid van de bevolking leeft in de kustgebieden, in de omgeving van het Tanganyikameer en op de vruchtbare hoogvlakten. Grote delen van het land zijn ontvolkt als gevolg van de aanwezigheid van de tseetseevliegen, veroorzakers van de slaapziekte die, bij niet tijdige behandeling, dodelijk is.

Zoals gezegd, de meeste volkeren spreken hun eigen taal of dialect, maar inmiddels spreekt 95% van de bevolking in meerdere of mindere mate Swahili, de officiële taal van Tanzania, door de inwoners zelf Kiswahili genoemd. Aan de kust is Swahili de belangrijkste taal, meer landinwaarts wordt het als tweede taal gesproken naast de veelal sterk verschillende taal van het betreffende volk. Hoe verschillend de talen en dialecten ook mogen zijn, de meest opvallende taal blijft echter het Khoisan, de zogenaamde kliktaal, gesproken door het Hi-, Sandawe- en het Hadzapi volk in het noordelijke gedeelte van het land nabij Lake Manyara en Lake Nyasi en door het Iraqw volk (als tweede taal).

Bij een bezoek aan de verscheidene volkeren is enige basiskennis van hun leefwijze onontbeerlijk. Daarin probeert deze site te voorzien, zonder te pretenderen volledig te zijn.

Noo(d)t van de auteur: ik heb niet gepoogd om de namen te ‘vernederlandsen’, dat is vrijwel onbegonnen werk en in de meeste gevallen bovendien fout. Daarom wordt gesproken over (bijvoorbeeld): ‘het Chagga volk’, terwijl de mensen die tot het volk behoren kortweg aangeduid worden als ‘de Chagga of Chagga’. Opgemerkt dient verder te worden dat de namen aangehouden zijn waarmee de volkeren officieel te boek staan. Vaak zijn er verschillende namen bekend en het komt voor dat zelfs het volk zich anders noemt, dát heeft weer met de clan te maken.

10 prachtige bestemmingen in Tanzania