Gerlostal
Het Gelostal is een zijdal van het Zillertal, waar je vanaf Zell am Ziller het Zillertal in kunt rijden. Als je het dal doorrijdt kom je via Heinzenberg en Gmünd bij Gerlos. Als je Gerlos voorbijrijdt dan kom je in het district Salzburg terecht. Je passeert op ongeveer 1500 meter hoogte de Gerlospas en het Gerlosplateau. Veel mensen, ook degenen die hun vakantie doorbrengen in Tirol, rijden deze route, want direct na de afdaling kom je bij de Krimmler Wasserfälle. Een uitstapje voor het hele gezin.
Hainzenberg
De oudste goudmijnen in Tirol liggen in het plaatsje Hainzenberg (910 m). Reeds in 1506 werd er melding gemaakt van goudvondsten. Zo'n 200 jaar werd er, met wisselend succes, goud gedolven. De goud- en zilvermijnen in het Zillertal trok de aandacht van naburige gebieden en dat leidde in 1630 tot schermutselingen tussen Salzburg en Tirol. Salzburg maakte aanspraken op een deel van de opbrengsten van de goud- en zilvermijnen waaromtrent in 1427 afspraken gemaakt waren. Het duurde tot 1803 voordat daar een einde aankwam. De vorsten van Tirol conformeerden zich niet aan de overeenkomsten die onder heel andere regimes gemaakt waren. Bovendien liepen de opbrengsten van de mijnen in hoog tempo terug, wat in 1870 leidde tot sluiting van de mijnen. Er is daarna nog wel geprobeerd om een rendabele herstart te maken maar dat liep op niets uit. In 1930 werden de pogingen dan ook gestaakt. Vanaf 1996 is de oude mijn een toeristische attractie. Tegenwoordig bestaan de inwoners van Hainzenberg in hoofdzaak van het toerisme en van de landbouw. Neem een kijkje in de Maria Rastkerk waar prachtige muurschilderingen te bewonderen zijn. Gerlos
De saltus Gerlaise (Gerlospas) werd in 1154 voor het eerst in de analen vermeld. Het was toen niet meer dat een overgang in de Kitzbuhler Alpen. Het gehele Zillertal stond onder bestuur van het bisdom Salzburg. Dat bleef in feite zo totdat de Tiroolse Vrijheidsstrijd daar in 1809 een einde aan maakte, maar het Salzburgse gezag werd al gedurende een paar eeuwen bestreden. De Gerlospas speelde in economisch opzicht ook in die jaren een belangrijke rol, maar de toestand van de weg kwam de doorstroming van het verkeer niet ten goede. Mede als gevolg van de Tiroolse Vrijheidsstrijd kwam men in 1816 overeen dat het hoogste punt van de Gerlosstrasse de officiële grens tussen Tirol en Salzburg zou vormen. De Gerlosstrasse werd overigens eerst zo genoemd in de jaren 1960 toen de pas echt ontsloten werd en het verkeer nauwelijks hinder meer ondervond. De beroemde Krimmler Wasserfälle werden daarmee bereikbaar vanuit het Zillertal en er werd aansluiting gevonden met het Salzachtal in het district Salzburg. Tegelijkertijd met de aanleg van de weg werd o.a. het stuwmeer Durlassboden aangelegd en aangesloten op de Gerlos krachtcentrale in Rohrberg. Iedereen kent Gerlos (1247 m) natuurlijk in de eerste plaats als wintersportgebied bij uitstek. Men is er bijzonder ingesteld op Nederlandse gasten en communicatie met de lokale bevolking vormt dan ook geen enkel probleem. Tot 2006 werd er op een betrekkelijk klein gebied geskied, op de zg. Fürstalm, Tegenwoordig maakt het skigebied deel uit van de Zillertal Arena waartoe ook de skigebieden Königsleiten en Zell am Ziller behoren wat het toerisme in Gerlos in belangrijke mate bevorderde.
De oudste goudmijnen in Tirol liggen in het plaatsje Hainzenberg (910 m). Reeds in 1506 werd er melding gemaakt van goudvondsten. Zo'n 200 jaar werd er, met wisselend succes, goud gedolven. De goud- en zilvermijnen in het Zillertal trok de aandacht van naburige gebieden en dat leidde in 1630 tot schermutselingen tussen Salzburg en Tirol. Salzburg maakte aanspraken op een deel van de opbrengsten van de goud- en zilvermijnen waaromtrent in 1427 afspraken gemaakt waren. Het duurde tot 1803 voordat daar een einde aankwam. De vorsten van Tirol conformeerden zich niet aan de overeenkomsten die onder heel andere regimes gemaakt waren. Bovendien liepen de opbrengsten van de mijnen in hoog tempo terug, wat in 1870 leidde tot sluiting van de mijnen. Er is daarna nog wel geprobeerd om een rendabele herstart te maken maar dat liep op niets uit. In 1930 werden de pogingen dan ook gestaakt. Vanaf 1996 is de oude mijn een toeristische attractie. Tegenwoordig bestaan de inwoners van Hainzenberg in hoofdzaak van het toerisme en van de landbouw. Neem een kijkje in de Maria Rastkerk waar prachtige muurschilderingen te bewonderen zijn. Gerlos
De saltus Gerlaise (Gerlospas) werd in 1154 voor het eerst in de analen vermeld. Het was toen niet meer dat een overgang in de Kitzbuhler Alpen. Het gehele Zillertal stond onder bestuur van het bisdom Salzburg. Dat bleef in feite zo totdat de Tiroolse Vrijheidsstrijd daar in 1809 een einde aan maakte, maar het Salzburgse gezag werd al gedurende een paar eeuwen bestreden. De Gerlospas speelde in economisch opzicht ook in die jaren een belangrijke rol, maar de toestand van de weg kwam de doorstroming van het verkeer niet ten goede. Mede als gevolg van de Tiroolse Vrijheidsstrijd kwam men in 1816 overeen dat het hoogste punt van de Gerlosstrasse de officiële grens tussen Tirol en Salzburg zou vormen. De Gerlosstrasse werd overigens eerst zo genoemd in de jaren 1960 toen de pas echt ontsloten werd en het verkeer nauwelijks hinder meer ondervond. De beroemde Krimmler Wasserfälle werden daarmee bereikbaar vanuit het Zillertal en er werd aansluiting gevonden met het Salzachtal in het district Salzburg. Tegelijkertijd met de aanleg van de weg werd o.a. het stuwmeer Durlassboden aangelegd en aangesloten op de Gerlos krachtcentrale in Rohrberg. Iedereen kent Gerlos (1247 m) natuurlijk in de eerste plaats als wintersportgebied bij uitstek. Men is er bijzonder ingesteld op Nederlandse gasten en communicatie met de lokale bevolking vormt dan ook geen enkel probleem. Tot 2006 werd er op een betrekkelijk klein gebied geskied, op de zg. Fürstalm, Tegenwoordig maakt het skigebied deel uit van de Zillertal Arena waartoe ook de skigebieden Königsleiten en Zell am Ziller behoren wat het toerisme in Gerlos in belangrijke mate bevorderde.