Stadswandeling 2
Op de hoek van de 2 Calle Oriente en 2 Avenida Norte vind je de ruïnes van het klooster Las Capuchinas. De kapucijnenorde, verwant aan de franciscanenorde, werd in 1725 in Guatemala gesticht door bisschop Juan Bautista Alvarez de Toledo, die vijf kapucijner nonnen uit Madrid liet komen. Het klooster werd in 1736 geopend en was het vijfde en laatste nonnenklooster in Antigua.
Ondanks het feit dat in dit klooster vrouwen zonder gift opgenomen mochten worden en hier dus weinig bemiddelde vrouwen woonden, was de inrichting van het klooster bijzonder luxueus: iedere non had haar eigen toilet en er was stromend water en een ventilatiesysteem. Tijdens de aardbeving van 1751 liep het klooster enige schade op, maar deze werd hersteld. De aardbeving van 1773 veranderde het in een ruïne.
De inrichting van het klooster was bijzonder luxueus: elke non had haar eigen toilet en stromend water en een ventilatiesysteem verdreef de rook van kaarsen die in de nissen voor de heiligenbeelden brandden. De afzonderlijke gebouwen worden verbonden door gangen en patio’s waar groenten, vruchten en kruiden verbouwd werden. De machtige muren worden gedragen door bijzonder gedrongen zuilen en het klooster bestaat uit twee verdiepingen. Een ronde patio wordt omringd door 18 cellen die zich op twee verdiepingen bevinden, de bovenste voor de nonnen en de onderste voor de novicen. In deze orde kenden de 25 tot 33 zusters een streng kloosterleven.
In de tuin te midden van deze patio staat de mysterieuze ‘Torre del Retiro’ waarin iedere non zich waarschijnlijk eenmaal per jaar in afzondering moest terugtrekken. De ronde toren werd ook wel de ‘Torre del Martirio’ (marteltoren) genoemd omdat er verhalen de ronde deden dat de zusters daar gemarteld werden, wat echter nooit bewezen is. Een gewelf onder de toren gaf ook aanleiding tot allerlei speculaties, terwijl deze waarschijnlijk als wijnkelder dienstdeed. Over de inrichting van de kerk is weinig bekend; er is ook niet veel van overgebleven. Het dagelijks werk van de zusters bestond uit het onderhouden van de tuinen en de was doen voor de priesters van Santiago. De ‘pila’ (wasbak) vind je op de eerste verdieping.
Toen Antigua in 1943 400 jaar bestond, begon men met de restauratie van dit klooster. In dit gebouw bevindt zich het bureau van het orgaan dat deze werkzaamheden coördineert, de Consejo Nacional para la Protección de La Antigua Guatemala. Dit aparte gebouw heeft een heel eigen sfeer en is zeker een bezoek waard! De openingstijden zijn: dagelijks van 9.00-17.00 uur; de entree bedraagt Q10.
Loop nu drie blokken verder in de 2 Calle Oriente en sla dan rechtsaf de 5 Avenida Norte in die door de boog van de Santa Catalina wordt overspannen (zie Stadswandeling 3). De 5 Avenida Norte komt uit in de 1 Calle Poniente waar zich de grotendeels gerestau-reerde Nuestra Señora de la Merced bevindt. In 1534 kwam de broederschap van de mercedarische orde als een van de eerste katholieke ordes naar Guatemala. Men moest een forse strijd leveren met de franciscanen en jezuïeten om een imposant kerk-kloostercomplex te kunnen bouwen. Dit complex kwam in 1760 gereed en dankzij de stevige bouw overleefde de kerk de aardbevingen in 1773, maar het klooster werd verwoest. Tussen de ruïnes staat in de patio een grote gerestaureerde fontein die destijds heel beroemd was. Deze ‘Fuente de los Pescados’ (vissenfontein) is zo genoemd omdat de broeders hierin vis kweekten. De rode verf van de toentertijd kleurige fontein is nog goed zichtbaar. In 1944 is deze fontein gedeeltelijk gerestaureerd.
De façade van de kerk is een mooi voorbeeld van de elegante Churriguerrastijl; zij is versierd met witte guirlandes van gepleisterde bloemen en wijnranken die op de gele achtergrond een soort kantachtig patroon vormen. Verder bevat de façade 7 nissen met heiligenbeelden en boven de hoofdingang bevindt zich het beeld van de Nuestra Señora de la Merced. Twee brede met engelen gedecoreerde torens flankeren de kerk en de koepel draagt vergulde leeuwen. Het interieur van de kerk vertoont eveneens de Churriguerrastijl in de vorm van vergulde altaren en beelden die de 6 kapellen aan beide kanten van het langschip sieren. Vele beelden en kunstwerken zijn overgebracht naar de nieuwe kerk La Merced in Guatemala Ciudad. Boven het altaar staat het beeld de Nuestra Señora de la Merced, die een gouden met juwelen versierde kroon draagt. Dit beeld is waarschijnlijk gemaakt door een Spaanse kunstenaar en in 1628 naar Antigua gebracht. De openingstijden van het klooster zijn: dagelijks van 9.00 tot 18.00 uur; de entree bedraagt Q10. Rechts van de kerk staat een fontein die oorspronkelijk afkomstig is uit het klooster van San Francisco. Het midden van deze fontein bestaat uit een buste van Bartolomé de las Casas, de verdediger van de Indianen. De plaza hieromheen heeft schaduwrijke bomen en je kunt er heerlijk rustig zitten lezen.
Loop in de 1 Calle Poniente twee blokken verder; aan je linkerhand bevindt zich de San Jerónimo op de hoek van de 1 Calle Poniente en de Alameda de Santa Lucía. Dit complex bestaat uit een school en een klooster die in 1757 gebouwd werden door de mercedariërs, aangezien de franciscanen en dominicanen ook hun eigen school hadden. Een paar jaar later werd de school gesloten omdat er nooit een bouwvergunning was verleend. Vanaf 1765 werd het gebouw als koninklijk douanekantoor gebruikt. De ruïne laat nog steeds de schitterende constructie van het gebouw zien. Het klooster met dubbele bogen omsluit een prachtige achthoekige fontein. De overblijfselen van de keuken van de school zijn nog te zien evenals die van het originele dak. Het geheel is goed onderhouden en ziet er indrukwekkend uit. De openingstijden zijn: dagelijks van 8.00-17.00 uur; de entree bedraagt Q10.
Verderop in deze straat op nr. 51 ligt het Textielmuseum AgregArte (Asociación Gremial Guatemalteca de Artensanos), een particu-lier museum dat een mooi overzicht geeft van de diverse textielmotieven en stijlen van de inheemse volkeren van Guatemala. Het is ook een manier voor de 600 aangesloten leden om hun producten tegen een redelijke prijs te verkopen. Je kunt een weefster ter plekke bekijken en in het winkeltje zijn mooie stukken te koop. Dit museum is een bezoek zeker waard. De entree is Q10.
Als je de 1 Calle Poniente verder uitloopt, stuit je op de ruïnes van La Recolección. Door de omgevallen pilaren, muren en bogen die groteske formaties vormen, hangt hier een surrealistische sfeer. Je krijgt een goede indruk van wat een aardbeving allemaal teweeg kan brengen. De omgeving van de kerk en het klooster is een van de mooiste in Antigua. De kerk werd gesticht aan het begin van de 18e eeuw aan de rand van de stad, aangezien Santiago al vrij vol gebouwd was. Het stadsbestuur verzette zich tegen de bouw van al weer een kerk, maar met behulp van een koninklijk decreet begon men in 1701 toch met de bouw. Antonio Margil de Jesús was de stichter van de kerk en het klooster. Hij kwam als franciscaner monnik naar Guatemala, waar hij de recollectie-orde stichtte. Samen met een ordebroeder reisde hij enige jaren door Guatemala waar hij de Indianen vreedzaam trachtte te bekeren. Als dank voor zijn hulp bij het voorkomen van een Indiaanse opstand mocht hij in Santiago een school stichten, die eerst in een grote hut gevestigd werd. Aan de succesvolle school werd later een drieschepige kerk toegevoegd waarvan de grote sacristie vele kunstwerken bevatte. Het bijbehorende, twee verdiepingen tellende klooster had vele ruimtes met onder meer een ziekenafdeling, een ruim gesorteerde bibliotheek en een groot archief. Antonio Margil was de eerste deken van dit klooster.
De grote aardbeving van 1773 veranderde de kerk en het klooster in een enorme ruïne. Eén machtige boog was boven de puinmassa overeind blijven staan en fungeerde als een soort omlijsting, deze viel echter aan de aardbeving van 1976 ten prooi. Je komt hem nog tegen op oude ansichtkaarten en in boeken omdat vele kunstenaars erdoor geïnspireerd werden. In 1908 werd er tussen de puinhopen een zwembad gebouwd, dat later werd verwijderd, maar waarvan je de omtrek in het oostelijk deel van het klooster nog kunt zien. Zorg dat je deze ruïnes niet overslaat, want ze vormen een van de indrukwekkendste monumenten van Guatemala. De openingstijden zijn: dagelijks van 8.00-17.00 uur; de entree bedraagt Q10. Ga hier niet alleen naartoe!
Je kunt nu nog naar het kerkhof lopen dat aan de rand van de stad ligt. Het is een heerlijke rustige plaats met goed onderhouden, spierwitte grafkapellen van de rijke families en eenvoudige kruizen voor de minder bevoorrechten. Voor de grafkapellen staan vaak sierboompjes in de vorm van dieren. Het is dagelijks geopend van 8.00-18.00 uur. Ga hier alleen met een groepje mensen naartoe of laat je begeleiden door de toeristenpolitie.
Loop via de Calle de la Polvora y Landívara nar de 8 Avenida Sur. Je loopt nu langs het busstation en de markt waar het leuk is om een kijkje te nemen vooral op maandag, donderdag en zaterdag.
Hier vlakbij staat het monument voor Rafael Landívar, de bekendste dichter van Guatemala in de koloniale periode, terwijl zijn voormalig woonhuis op de hoek van de 5 Calle Poniente te vinden is.
In deze straat bevindt zich ook de San Agustín op de hoek van de 7 Avenida Norte. Hier had oorspronkelijk het klooster van Santa Catalina de Martír gestaan dat door de augustijnen overgenomen werd. In 1615 bouwden zij een nieuwe kerk en een klooster die pas in 1657 gereedkwamen. De augustijner orde had een goede naam omdat er vele beroemde wetenschappers uit voortkwamen. Vanaf 1717 waren de gebouwen voortdurend het slachtoffer van aardbevingen en de augustijner orde was dan ook de eerste orde die Antigua verliet en naar de nieuwe hoofdstad vertrok.
Loop de 5 Calle Poniente verder in tot de 6 Avenida Sur en sla daar linksaf. Tussen de 3 en 4 Calle Poniente bevindt zich de Compañia de Jesús aan de 6 Avenida Norte. Deze werd gesticht door twee jezuïeten, die in 1582 uit Mexico kwamen. Het kerk-kloostercomplex kwam in 1626 gereed en de kerk was uitbundig versierd met gekleurde ornamenten en herbergde rijk vergulde altaren en vele schilderijen en beelden. Hier tegenover werd een school geopend waar vele latere intellectuelen hun opleiding volgden zoals de dichter Rafael Maria Landívar. Hij werd in 1731 in Guatemala geboren en verliet tijdens de uitbanning van de jezuïeten in 1767 het land en keerde nooit meer terug. Zijn bekendste werk ‘Rusticatio Mexicana’ schreef hij tijdens zijn ballingschap in Mexico. In 1949 kreeg hij alsnog een begrafenis in Guatemala.
Een monument ter nagedachtenis van deze schrijver staat in de buurt van de markt en het busstation. Het huis waar Landívar woon-de, is om de hoek van de 5 Calle Poniente. De jezuïeten moesten in 1767 het land verlaten vanwege een anti-jezuïetenbeweging in Spanje die door koning Karel III gesteund werd. Alle jezuïeten moesten het koninkrijk verlaten. Het complex Compañia de Jesús stond een tijd leeg en werd zwaar getroffen door de aardbeving van 1773. In deze eeuw verhuisde de markt van het Parque Central hiernaartoe. Na de aardbeving van 1976 kreeg de markt een eigen gebouw naast het busstation. Op het ogenblik wordt het complex gerestaureerd om er een cultureel centrum in te vestigen. Eromheen bevindt zich nu een markt met ambachtelijke producten. Je bent nu één blok verwijderd van het Parque Central waar deze tweede wandeling eindigt.
Als je tijd over hebt, kun je de onderstaande gebouwen nog een bezoek brengen.
Familiereizen
Tijdens deze avontuurlijke familiereis door Guatemala ontdekken jullie de prachtige, ongerepte natuur; de kleurrijke inwoners; de oude koloniale gebouwen en de Maya...
Rondreizen
Tijdens deze avontuurlijke rondreis door Mexico, Guatemala en Honduras bezoek je allerlei beroemde opgravingen en ga je op zoek naar diep in...
Rondreizen
Tijdens deze rondreis door Costa Rica, Nicaragua, El Salvador, Honduras, Belize en Guatemala beleef je de geheel eigen sfeer van zes landen...