Innsbruck
Ongeacht wanneer je Tirol bezoekt, Innsbruck moet bezocht worden. De herkomst van de naam zal duidelijk zijn, zoals Rotterdam ontstond toen er een dam in de Rotte werd aangelegd, zo kreeg de stad zijn naam nadat er een brug in de Inn tot stand kwam. De naam Insprucke wordt in geschriften uit 1187 voor het eerst vermeld. De stad is van grote economische betekenis, niet in de laatste plaats vanwege haar ligging op een kruising van wegen, waarvan vooral de verbinding tussen Duitsland en Italië via de Brennerpas zeer belangrijk is. Aan het begin van de 15e eeuw werd Innsbruck door keizer Maximiliaan I aangewezen als hoofdstad van zijn toekomstige wereldrijk. Innsbruck organiseerde tweemaal de Olympische Winterspelen: in 1964 en in 1976. De omgeving van de stad leent zich er bij uitstek voor en dankzij de Spelen is de outillage die daarvoor verlangd wordt nog steeds in zeer goede staat.
Toeristenorganisatie
Touristinformation Innsbruck
Burggraben 3
A-6020 Innsbruck
Tel.: +43 (0)512 5356 0
www.innnsbruck.info/nl/service
e-mail: [email protected]
dagelijks geopend van 09.00 - 18.00 uur
Innsbruck staat vooral bekend als toeristenstad, waarbij het oude hart, de Altstadt, een trekpleister van betekenis is. De binnenstad wordt omsloten door de Marktgraben, de Herzog Otto Strasse (langs het water), de Herrengasse en de Burggraben. Op een klein oppervlak ligt de hele historie voor het oprapen. Het is er gezellig en altijd druk.
Als je vanaf de rivier het oude centrum inloopt dan kom je door het korte gedeelte van de Herzog Friedrich Strasse. Aan je rechterhand zie je de Ottoburg, gebouwd op de restanten van een vroegere stadstoren. Ertegenover kun je nog wat restanten terugvinden van de verdedigingswerken waar die oude toren ooit deel van uitmaakte. Kom je via de Maria Theresien Strasse dan komje ook in de Herzog Friedrich Strasse echter in het lange gedeelte. Je kunt misschien van de gelegenheid gebruik maken om bij het toeristenbureau, Burggraben 3, aan de rechterzijde voordat je de Herzog Friedrich Strasse inwandelt, een Innsbruck Card te kopen. Met deze kaart krijg je gratis toegang tot musea, je kunt gebruik maken van het openbare vervoer, je kunt er mee naar de dierentuin enzovoort, het beproefde concept dus. Sommige hotels geven de kaart (of een afgeleide daarvan) gratis bij een overnachting. De kaart is maximaal drie dagen geldig, maar ze zijn ook te koop voor een dag of voor twee dagen.
Onze rondwandeling begint voor het Goldenes Dachl, middelpunt van de nooit aflatende, gezellige drukte, in de hoek van de Herzog Friedrich Strasse. Het werd aangelegd als afdekking van de ereloge die in 1494 werd gebouwd ter gelegenheid van het huwelijk van keizer Maximiliaan I. Het werd in 1500 voltooid door Niklas Türing en het bestaat uit 2.657 (hoewel er diverse andere aantallen genoemd worden) vergulde koperen plaatjes. De schilderingen op de meest gefotografeerde gevel van Oostenrijk stelt de keizerlijke familie voor en werd vervaardigd door hofschilder Jörg Kölderer. De zes zandsteenreliëfs aan de balustraden vertegenwoordigen dansende Moren en in het midden staat de keizer met zijn eerste echtgenote Maria van Bourgondië en zijn tweede echtgenote Maria Bianca Sforza. Rechts daarvan staat nog een afbeelding van de keizer geflankeerd door zijn voorganger: Sigismund de Muntrijke en een hofnar. In het gebouw is een museum gevestigd waar je alles te weten kunt komen over de keizer en over zijn betekenis voor Oostenrijk.
Op nummer 10 bevindt zich het prachtige, laatgotische en maar liefst 5 verdiepingen tellende Helblinghaus met bijna overdadig stucwerk. Het werd er in 1730 op aangebracht.
Schuin links achter je bevindt zich het oudste hotel van de stad, ooit als herberg opgezet, de Goldene Adler. Er logeerden vele beroemde mensen zoals Goethe en Metternich. Op 2 november 1809 riep de Oostenrijkse patriot Andreas Hofer vanuit een der ramen van de herberg de Oostenrijkse bevolking op om in verzet te komen tegen de Beierse en Franse overheersing.
Schuin rechts achter je, op nummer 21, zie je het prachtige 14e eeuwse Rathaus met de uit 1440 stammende 56 meter hoge Stadtturm. Wil je een aardig uitzicht hebben over Innsbruck en de omliggende bergen: je kunt gedurende het zomerseizoen de toren beklimmen.
Je gaat nu rechtsaf de Hofgasse in en let even op de bijzondere huizen die zich boven de vele winkels en terrasjes verheffen. Het meest opmerkelijk is ongetwijfeld het roze van het Burgriesen Haus op nummer 12. Het werd gebouwd in 1487. De Hofgasse voert je naar de Hofburg met prachtige zalen en schitterend bewerkte plafonds. Mocht je je afvragen wie de welgeschapen dame met de vele kinderen is: je kijkt naar Maria Theresia die, tijdens haar drukke bestaan met de bewindvoering over Oostenrijk, ook nog eens tijd vond om 16 kinderen ter wereld te brengen. De Hofburg is een ontwerp van de stadsbouwmeesters Gummps die gedurende generaties vele mooie bouwwerken voor Oostenrijk ontwierpen. In de jaren tussen 1600 en 1765 tekenden ze onder andere ook voor de Mariahilfkirche, de Spitalskirche en diverse paleizen aan de Maria Theresien Strasse, het Altes Landhaus en vele andere gebouwen zowel in als buiten Innsbruck, zoals het stift van Stams.
Schuin tegenover de Hofburg, vind je aan de Universitäts Strasse de Hofkirche. De kerk behoort tot de fraaisten van Oostenrijk en is na het Goldenes Dachl het meest bezochte object van Innsbruck. Op zon- en feestdagen hoef je niet te betalen voor de entree, maar laat je je daardoor niet weerhouden de kerk te bezoeken. De keizer wilde voor alles vookomen dat hij niet uitsluitend een wereldlijk geschiedkundige figuur zou worden en gaf daarom opdracht tot de bouw van de kerk (ook wel Franziskanerkirche genoemd), waarmee in 1553 begonnen werd. Het opmerkelijkst aan (of in) de kerk is het praalgraf van keizer Maximiliaan I, door hem zelf ontworpen en gebouwd in de jaren 1560. De 28 ‘Schwartzer Männer’ stellen de voorouders van Maximiliaan voor, dat lijkt op geschiedvervalsing, enkele van de mannen komen in geen enkel opzicht zelfs maar in de verre familie van de Habsburgers voor. Overigens, onder de 28 ‘mannen’ bevinden zich 8 vrouwen. Het zijn allemaal kunstwerken op zich, nét zoals het siersmeedijzeren hek dat zich rond de sarcofaag van Maximiliaan bevindt. Hoewel het slechts een detail is: Maximiliaan I ligt begraven in Wiener Neustadt.
Naast de kerk bevindt zich het het Tiroler Volkskunstmuseum, ooit gebouwd als klooster, eveneens in opdracht van keizer Maximiliaan I. Het museum met zijn prachtige gevel toont de Tirolers en hun dagelijkse beslommeringen door de eeuwen heen. Wilt u meer over de geschiedenis van Tirol weten dan bent u aangewezen op het Tiroler Landesmusem Ferdinandeum aan de Museum Strasse, als het ware achter de Hofkirche. In dit museum gaat de geschiedenis van Tirol terug tot in de prehistorie.
Als je vanaf het Goldenes Dachl de rechts ervan gelegen straat uitwandelt dan kom je bij de Domkirche St.Jakob, in barokke stijl verbouwd in de jaren 1717 tot 1724. De oorspronkelijke kerk dateerde uit de 12e eeuw. De kerk moet vooral bezichtigd worden vanwege de mooie fresco’s, het stucwerk en het hoofdaltaar waarop een genadebeeld van Lukas Granach. Ook het praalgraf van aartsbisschop Maximiliaan (de Duitsmeester) behoort tot de vele pronkstukken die zich in de kerk bevinden. Iets verderop, aan de overzijde van de Rennweg bevinden zich de vroegere keizerlijke tuinen, de Hofgarten. Het is er goed toeven en de dorstige wandelaar kan terecht in het Hofgartencafé.
In Innsbruck worden diverse markten gehouden. Op de eerste en de derde zaterdag van de maand is er een rommelmarkt op de binnenplaats van het Rathaus. Op de Franziskanerplatz vindt op elke donderdagochtend de boerenmarkt plaats, je kunt er echter niet alleen producten van het platteland kopen. Op dezelfde plaats wordt op zaterdagochtend een antiekmarkt georganiseerd. De kerstmarkt van Innsbruck is een belevenis op zich. Vanaf eind november tot na de kerst kun je in de Altstadt op tal van plaatsen de meest uiteenlopende zaken die aan het kerstfeest gerelateerd zijn kopen.
Weg uit de Altstadt
Nu we de binnenstad bekeken hebben maken we nog even een rondje over de Maria Theresien Strasse die we, vanuit de Herzog Friedrichstrasse met het Goldenes Dachl achter ons, naar rechts ingaan. Aan je rechterhand zie je de Spitalskirche ooit behorend tot het plaatselijke ziekenhuis. Wat verderop, in het midden van de straat zie je, naar velen menen, Maria Theresia, de moeder van Oostenrijk vanaf een hoge sokkel op haar volk neerkijken. Dat heeft ze overigens nooit gedaan, in de figuurlijke betekenis van het woord, ze heeft heel veel voor het Oostenrijkse volk, juist voor het ‘gewone’ volk, betekend. Het is echter de zogenaamde ‘Annasäule’, een gedenkzuil opgericht ter nagedachtenis aan de Tiroolse bevrijding van de Beierse overheerser in 1703 op de naamdag van St.Anna. Aan weerszijden van de straat bevinden zich vele huizen en paleizen uit de 17e en de 18e eeuw.
Een stukje verder, ongeveer halverwege de straat op nummer 43, is in het Alte Landhaus, de Tiroolse regering gevestigd. Het gebouw behoort tot de belangrijkste barokke bouwwerken in Tirol en het is te bezichtigen, mits je daarvoor een afspraak maakt. Vooral het stucwerk en het plafondfresco van Cosmas Damian Asam verdienen bijzondere aandacht.
Aan het einde van de Maria Theresien Strasse bevindt zich de Triumphpforte, gebouwd in 1765 ter gelegenheid van het bezoek dat Maria Theresia en haar man aan Innsbruck brachten om daar het huwelijk van een zoon van Maria Theresia met de Spaanse prinses Mari Ludovika bij te wonen. Omdat de keizer tijdens het trouwfeest overleed vind je in de afwerking van de poort ook nog afbeeldingen die aan de keizer herinneren. Voor de aanleg van de poort werd gebruik gemaakt van stenen van de wachttorens en van de stadspoort die men sloopte om er deze poort voor in de plaats te zetten, de oude poort bood onvoldoende doorgang voor de koetsen van de gasten.
Als je de Innbrücke oversteekt ter hoogte van het korte gedeelte van de Herzog Friedrichs Strasse dan heb je een prachtig uitzicht op de Mariahilf Strasse met de vele pastelkleurige huizen uit de 15e en de 16e eeuw. Daar bevindt zich ook de Mariahilfkirche, voltooid in 1647 en gelegen in de gelijknamige wijk
Vlakbij de Olympiabrücke bevindt zich het Glockenmuseum, ook heel leuk voor de kinderen. Het museum is ontstaan door schenkingen van een oud klokkengieters geslacht. In het museum is een klankzaal waar de tonen van allerlei verschillende klokken ‘gedemonstreerd’ wordt en je kunt zien hoe men klokken giet en bewerkt. Mocht je veronderstellen dat het uitsluitend om gegoten klokken gaat dan heb je het mis, tot de collectie van het museum behoren tal van antieke klokken in vele stijlen.
Met de in 1906 aangelegde Hungerbergbahn in het noorden van Innsbruck kom je op de 860 meter hoge Hungerberg. Je vertrekt vanaf het dalstation bij het Riesenrundgemälde nabij de Kettenbrücke. Vanaf de Hungerberg kun je met behulp van stoeltjesliften, de Nordkettenbahn, naar de Seegrube op een hoogte van 1.905 meter. De gebouwen die tot deze bergbaan behoren staan onder beheer van monumentenzorg en zijn ontworpen door de uit Innsbruck afkomstige architect Franz Baumann. Vanaf de Seegrube kun je nog verder omhoog naar de Hafelekar en je bevindt je dan op een hoogte van 2.256 meter. Een schitterend uitzicht op Innsbruck is je beloning.
Even buiten de wijk Ambras ligt het gelijknamige kasteel. Schloss Ambras ligt in een mooi, gratis toegankelijk park. Het werd in 1563 door aartshertog Ferdinand II gebouwd voor zijn echtgenote Philippine Welser. Laatstgenoemde behoorde niet tot de adel en op bevel van de keizer werd het huwelijk geheim gehouden. Er kwamen evenwel kinderen van maar die werden, zo vertelt het verhaal, in de tuin gevonden. Schloss Ambras bevat een zeer fraaie verzameling wapenuitrustingen uit de riddertijd. Je kunt er het beroemde reuzenharnas bewonderen, een harnas dat speciaal werd vervaardigd voor een van de bedienden die maar niet ophield met groeien en uiteindelijk op een lengte van ruim 2,60 meter overleed aan een hersentumor. Ferdinand II legde dus de basis voor de zogenaamde Ambrasser Sammlung, waartoe ook tal van curiosa en rariteiten behoren, kijk maar in de ‘kunst- en wonderkamer’. De portrettengalerij behoort tot de indrukwekkendste van Oostenrijk, de Spaanse zaal is een schoolvoorbeeld van de renaissancestijl.
In de wijk Wilten, zuidelijk van het centrum en nooit meer te vergeten als je ooit op de Bergisel aan de top van de skischans hebt gestaan met het uitzicht op het kerkhof van de wijk, dan heb je ook de Wiener Basiliek gezien. De basiliek werd gebouwd tussen 1751 en 1755 en bevat een fraai hoofdaltaar met een schitterend baldakijn. Ook de fresco’s en de plafondschilderingen zijn zeer de moeite van het bekijken waard.
Ook voor wat betreft het buitengebeuren heeft Innsbruck wel wat te bieden. Zo kun je een bezoek brengen aan de Alpenzoo, overal in de stad door middel van borden aangegeven. Je vindt er een unieke verzameling dieren die in de Alpen voorkomen. Er zijn meer dan 2.000 exemplaren ondergebracht, afkomstig uit zo’n 150 verschillende rassen. In het aquarium bevinden zich in hoofdzaak inheemse vissoorten waaronder zeer zeldzame.
Achter de wijk Hötting, waar zich o.a. de Mariahilfkirche bevindt, zijn de botanische tuinen gevestigd. Natuurlijk vind je er alle soorten alpenbloemen (je hoeft dus geen halsbrekende toeren te verrichten om edelweiss of stengelloze gentianen te fotograferen). De tuin is dagelijks geopend, maar wil je ook een kijkje in de broeikassen nemen, dan moet je er op donderdagmiddag heen.