De eerste, goed gedocumenteerde landing vond plaats in 1764 bij Port Louis op Oost-Falkland door een kleine Franse expeditie, geleid door Louis de Bougainville. Kort daarop landde ook de eerste Britse expeditie, die onder leiding stond van John Strong. De eerste Britse nederzetting werd in 1765 gesticht bij Port Egmont op Saunders, waarvan de ruïnes heden ten dage nog te zien zijn. Men leefde in die eerste tijd van de veehouderij, hoofdzakelijk schapen die meegenomen werden vanuit Engeland. Tussen 1774 en 1850 vormde de walvisvangst tevens een belangrijke bron van inkomsten.

Van 1780 tot 1820 was de eilandengroep in Spaanse handen, overgenomen van de Fransen. Alleen in de Spaanse naam voor de Falklandeilanden, Islas Malvinas, is nog iets van de Franse schippers van Saint Malo, de Malouines, te herkennen.

Permanente Britse bewoning vond voor het eerst plaats in 1833 bij Port Louis op Oost-Falkland. Men leefde toen voornamelijk van de export naar Engeland van bont van pelsrobben en zeeleeuwen en de traan van pinguïns. Als gevolg van de intensieve jacht waren deze dieren in de tweede helft van de 19e eeuw vrijwel geheel uitgeroeid.

Toen in 1844 Stanley werd gesticht, verhuisden op gezag van de Engelse overheid de gouvernementszetel en alle overheidsinstellingen naar deze nieuwe hoofdstad. Stanley is gebouwd aan de meer beschutte haven van Port Jackson, nu Stanley Harbour genoemd.

Door de ‘Battle of the Falklands’ (8 december 1914) kon een Duitse bezetting van de Falklandeilanden tijdens de Eerste Wereldoorlog voorkomen worden. Ieder jaar wordt deze slag herdacht met onder andere een parade naar het tegenover het Government House liggende oorlogsmonument.

Sinds de Tweede Wereldoorlog maakt Argentinië aanspraak op de Falklandeilanden. Vanaf 1965 zijn, binnen de Verenigde Naties, Groot-Brittannië en Argentinië hierover met elkaar in gesprek. In 1982 was Argentinië het praten zat en viel de Falklandeilanden binnen. Na een bezetting van zes weken heroverde Groot-Brittannië de eilanden.

Sindsdien zijn de banden tussen de eilandbewoners en Groot-Brittannië aangetrokken. Als gevolg daarvan is er nu tweemaal per week een militaire vlucht vanuit Brize Norton in Engeland, waarop ook een beperkt aantal burgers wordt toegelaten.

Mede door de wekelijkse vluchten vanuit Punta Arenas in Chili beginnen de eilanden nu langzaam uit hun isolement te komen. De toeristische belangstelling vanuit de gehele wereld begint te groeien. Sinds 2007 is het een enkele maal per seizoen mogelijk om met LanChile vanuit Rio Gallegos in Argentinië naar Mount Pleasant te vliegen.