Palawan
Het langgerekte Palawan is het minst ontsloten van de grotere eilanden in de Filippijnse archipel. De in de lengterichting over het eiland lopende bergrug is plaatselijk nog rijk bebost. De gemiddelde bevolkingsdichtheid bedraagt slechts ca. 55 inwoners per km2. Het grootste deel van de bevolking leeft in enkele laaglandzones langs de oostkust. Teruggetrokken in de moeilijk toegankelijke berggebieden van het binnenland leven vertegenwoordigers van de oorspronkelijke eilandbewoners, zoals de Batak en Pala’wan, onder nog primitieve omstandigheden. Het wegennet op Palawan is nog erg slecht ontwikkeld. De belangrijkste verbindingsroute is de Palawan Highway, een ten dele nog ongeplaveide weg welke in de lengterichting over het eiland loopt, min of meer parallel aan de oostkust. Het bus- en jeepneyverkeer over deze ‘highway’ is niet erg frequent. Dat geldt in nog sterkere mate voor de weinige dwarswegen die voeren naar kleine kustplaatsjes aan de westkant van Palawan. Behalve het hoofdeiland behoren tot de provincie Palawan meer dan 1750 kleinere eilanden. De belangrijkste daarvan zijn in het noorden Busuanga, Culion, Coron, Cuyo en Dumaran Island en in het zuiden Balabac en Bugsuk Island. Palawan oefent vooral aantrekkingskracht uit op toeristen die houden van mooie landschappen met een nog grotendeels oorspronkelijk karakter en een relatief ongerepte natuur. Een nadelig aspect van de nog betrekkelijk ongeschonden staat van de plaatselijke natuur is het feit dat malaria nog algemeen in het gebied voorkomt. De ziekte is vooral wijdverbreid in het zuidelijk deel van het eiland. De meeste kans op infectie heeft men tijdens de regenperiode omdat dan de muggen het talrijkst zijn. Het gebruik van antimalariatabletten en muskietennetten is beslist noodzakelijk.
Puerto Princesa is de provinciehoofdplaats van Palawan. De circa 165000 inwoners tellende stad ligt op een klein schiereiland dat aan de westkant begrensd wordt door de met mangrovebestanden omzoomde Puerto Princesa Bay. Een karakteristiek herkenningspunt vormen de twee witte torenspitsen van de kathedraal welke uitsteken boven de omringende bebouwing. De circa 3 km lange Rizal Avenue vormt de verbinding tussen het vliegveld en de eigenlijke stadskern. Min of meer centraal in de stad ligt tegenover het Mendoza Park het Palawan Museum. In dit kleine museum vindt men informatie over de geschiedenis en de bevolking van het eiland en tevens is er een collectie lokaal gevonden schelpen en Chinees aardewerk te bewonderen. De openingstijden zijn 9.00-12.00 uur en 14.00-17.00 uur van maandag t/m zaterdag en 9.00 -11.30 uur op zondag. Op woensdag is het museum gesloten. Niet ver vanaf het Mendoza Park ligt de overdekte markt, waarbij zich ook de bus- en jeepneyterminals bevinden. Voor het personenvervoer binnen de stad maakt men grotendeels gebruik van tricycles. Vanaf de werf aan de westkant van de stad kijkt men uit over de baai. Langs de oever, zuidelijk van de werf, ligt een schilderachtige visserswijk met paalwoningen. Het beste strand in de directe omgeving van de stad is White Beach, ongeveer 2,5 km zuidoostelijk van het centrum. Puerto Princesa heeft verscheidene goede hotels en pensions, waar men vaak bruikbare informatie kan verkrijgen voor het maken van excursies. In verscheidene hotels (o.a. Duchess Pension, Puerto Pension en Trattoria Inn) heeft men in het gastenverblijf een hoekje ingericht met foto- en kaartmateriaal van interessante locaties op Palawan. Ook kan men informatie verstrekken over de huurprijzen van pumpboats, jeepneys en tricycles. Aanvullende gegevens kan men verkrijgen in het City Tourist Office bij de luchthaven (vooral gericht op de stad en de directe omgeving) en in het Provincial Tourist Office in het Provincial Capitol Building (excursiedoelen in de hele provincie). Vaak is het mogelijk met enkele andere vakantiegangers gezamenlijk een excursie te organiseren, waardoor de kosten van bijvoorbeeld boothuur aanzienlijk lager uitkomen.