Gebiedsbeschrijving Chiloé
Ancud
Ancud, aan de gelijknamige baai gelegen, is de oude hoofdstad van het eiland. Hier werd in 1767 een fort gesticht ter verdediging van de koloniale belangen in de regio. De plaats was lange tijd een belangrijke haven, maar verloor die positie in 1912 aan Puerto Montt toen daar de spoorlijn arriveerde. Ook de positie als hoofdstad verloor Ancud in 1982 aan Castro. Ancud is nu een bedrijvige vissersplaats, met ongeveer 10.000 inwoners.Bezienswaardigheden Ancud
Iets ten noorden van het centrum liggen de ruïnes van het 18e-eeuwse fort: Fuerte San Antonio; Spanje’s laatste bolwerk in Chili ten tijde van de onafhankelijkheidsstrijd.
Op Calle Libertad bevindt zich het Complejo Cultural Chilotur, een opvallend gebouw met zeven replica-torens uit de koloniale tijd. In dit culturele complex bevinden zich een bibliotheek, kunstexpositie, Oficina de Turismo en het interessante Regionaal Museum Aurelio Bórquez Canobra, met uitgebreide en gevarieerde collecties op het gebied van historie, bevolking, kunst, architectuur (schaalmodellen van de Chilote-kerkjes) en natuur van Chiloé. Op de binnenplaats staat een replica van het zeilschip ‘Ancud’, dat in 1843 vanuit hier de provincie Magallanes in bezit nam; verder staan hier stenen beelden van enkele van Chiloé’s mythologische figuren: de zeemeermin ‘La Pincoya’ en de trolachtige ‘Trauco’. En verder worden er handwerkproducten verkocht in de torens van het gebouw.
Omgeving van Ancud
Vanuit Ancud is een uitstapje te maken naar Quemchi (asfaltweg, 23 km van Ancud), een vissershaventje met pittoreske straatjes, dat door een 500 m lange houten brug met het ‘bloemeneiland’ Aucar is verbonden. De monding van de Rio Chepu is vanuit Ancud te bereiken over een onverharde weg. Dit punt is de noordkant van het Parque Nacional de Chiloé, uitgangspunt voor een avontuurlijke trektocht langs de kust (zie pagina 385). In Puerto Anguay (aan het begin van de trektocht) biedt Enriqueta Córcomo onderdak, 909-5145690.Castro
Castro, Chiloé’s hoofdstad met 17.000 inwoners, ligt op een heuvel aan een diep estuarium van de Golf van Corcovado. Deze oudste stad van Chiloé, gesticht in 1567, behoort (met Santiago en La Serena) tot de oudste steden van Chili. Van het roemruchte koloniale verleden is door aardbevingen en overvallen door piraten niets meer over. Castro werd sinds 1982 de hoofdstad van Chiloé en is tegenwoordig het centrum voor de visserij, bosbouw en landbouw van het eiland en in de zomer een populair toeristenplaatsje, dat veel Chileense en Argentijnse toeristen trekt. Castro is met z’n vele goedkope residenciales een goede plek om te verblijven en van hieruit tochten te ondernemen naar de dorpen in de omgeving, de eilandjes of het Parque Nacional de Chiloé bij Cucao.Bezienswaardigheden Castro
De opvallendste attractie is de grote houten San Francisco kerk uit 1906 aan de Plaza de Armas, waarvan de zinken golfplaten die de buitenkant bedekken een tijd geleden in de bonte kleuren zalm/violet waren geschilderd. Kennelijk toch iets te bont, want inmiddels is de kerk weer in zachtgeel geschilderd met grijze torenspitsen en daken. Het interieur is soberder uitgevoerd. Rijen palafitos (paalwoningen) zijn te zien langs de noordelijke toegang tot Castro en bij de brug over de Rio Gamboa aan de zuidkant. In een cuadra ten oosten van de plaza op Calle Serrano bevindt zich een klein regionaal museum, over Chiloé’s historie, mythologie en kunstnijverheid; ma.-vr. geopend van 9.00-20.00 uur en op zaterdag van 8.30-13.00 uur. Vanaf de boulevard (Costanera del Puerto) vertrekken de passagiersboten naar de eilandjes en zijn enkele ‘palafitos cocinería’ (restaurants op palen) waar je kunt eten. Aan het zuideinde van de Costanera bevindt zich een feria artesanal (markt met kunstnijverheid), en producten als gedroogd zeewier en de rabarberachtige nalca. Op deze markt kun je ook lekker eten bij verschillende goedkope restaurantjes.Naar Dalcahue, Isla Quinchao en Acao
Het interressante vissersplaatsje Dalcahue, 20 km ten noorden van Castro, is genoemd naar de dalca, of kano’s die de inheemse Mapuche-indianen gebruikten op zee. Tijdens de aardbeving en de vloedgolf (tsunami) van 1960 werden de paalwoningen wegge-slagen, maar de mooie 19e-eeuwse kerk is bewaard gebleven. Dalcahue is het meest bekend vanwege Chiloé’s grootste ar-tesanía-markt op zondagmorgen aan de haven, waar mensen van de afgelegen kleine eilandjes naartoe komen om hun handwerk-producten te verkopen. Vooral manden, artikelen van handgesponnen wol, kleden en poncho’s. Dalcahue heeft een aantal goedkope residenciales en prima visrestaurants. Boten verbinden Dalcahue met het aan de overkant van de inham gelegen Isla Quinchao, met een busverbinding naar het dorp Acao, waar zich een van de oudste en mooiste kapellen van Chiloé bevindt (diverse goedkope residenciales).Chonchi en Isla Lemuy
Chonchi, 23 km ten zuiden van Castro, is bekend vanwege z’n 19e-eeuwse Iglesia San Carlos, met mooie bogen en een hoge klokkentoren (enigszins verwaarloosd). Chonchi heeft enkele goedkope residenciales, maar behalve de kerk is er echter niet veel te beleven. Onderdak in diverse prijsklassen biedt Esmeralda by the sea op Calle Irarrázaval, 965-671328. www.esmeraldabythesea.cl. Vanuit Chonchi vertrekken passagiersboten naar Isla Lemuy.Parque Nacional Chiloé
De gemakkelijkste toegang tot het nationale park is vanuit Castro langs Lago Huillinco en Lago Cucao naar de oceaankust. Al eeuwen lang voeren de Huilliche over deze meren naar de aan de kust gelegen nederzetting Cucao. Tegenwoordig voert een zijweg van de Panamericana door het bos langs de rand van de meren, via Huillinco (restaurantjes, oude kerk) naar Cucao en de ingang van het park (bereikbaar met Ocean Bus of Bus Arroyo vanuit Castro; 54 km, onverhard). Cucao is een kleine gemeenschap waarvan de bewoners nog afstammen van de vroegere Huilliche. De bevolking leeft van de veeteelt en de landbouw op kleine akkers op de kustvlakte en van de visserij. Er zijn enkele goedkope residenciales, kleine restaurantjes, een winkeltje met beperkte voorraden, en een in Chilote-stijl gebouwd huis dat is ingericht als Museo Regional. Over een hangbrug begint het park en daar is een CONAF-post, met een klein bezoekerscentrum met informatie over het nationale park (geopend van 9.00-17.30 uur). Kamperen kan hier op de CONAF-camping Changuin, 200 m voorbij de informatiepost. Vanaf de ingang beginnen enkele eenvoudige en korte wandelpaden naar het regenwoud of naar de baai van Cucao met prachtige zandduinen. Ook kan een langere wandeltocht naar de Rio Cole Cole worden gemaakt langs de kust en door het regenwoud (12 km). Hier en 8 km noordelijker bij het eindpunt Anay zijn CONAF-hutten waar gebruik van kan worden gemaakt. Een andere toegang tot het nationale park vormt Chepu aan de noordkant van het gebied (bereikbaar met de bus vanuit Ancud). Vanaf het eind van de weg is hier een 6 à 8 uur durende trektocht langs de noordkust van het park te maken, door onaangetast oerwoud, langs een imposante rotskust met een wilde branding, naar het strand en de baai van Tongoy. Onderweg moet per boot een rivier worden overgestoken en bij eb een stuk langs de kust worden afgelegd, en er is een (kleine) kans op het zien van het zeldzame pudu-hert. Op het eindpunt is een CONAF-post en refugio. Van daar weer via dezelfde route terug. Een andere mogelijkheid voor een avontuurlijke tocht is een trektocht dwars door de Cordillera de Piuche naar de kust: enkele kilometers ten noorden van Castro loopt een weg 12 km richting westen (geen bus). Van hieruit begint een pad dat in 12 uur dwars door het kustgebergte naar een prachtige baai aan zee loopt. Onderweg zijn bossen van alerce en cipressen (een stuk is helaas verbrand bij bosbranden in 1942) te zien en klimt het pad stukjes boven het bos uit. Het pad komt uit bij een prachtige baai, ideaal voor kamperen, vissen en het verzamelen van mosselen.Quellón
Aan het eind van de Ruta 5 door Chiloé bevindt zich het rustige vissersplaatsje Quellón, dat voor die reizigers van belang is die vanaf hier de ferry naar Chaiten of Puerto Chacabuco willen nemen. Quellón biedt accommodatie in verschillende categorieën. In de Calle Gomez García 260 bevindt zich verder een streekmuseum met archeologische vondsten, religieuze afbeeldingen en mythologische figuren (open van 9.00-18.00 uur). Vanuit Quellón is een bezoek te brengen aan het kleine dorp Yaldad, 7 km ten westen van Quellón, uniek omdat het de enige zuivere Huillichegemeenschap van Chiloé is, waar de indiaanse bevolking de oude tradities heeft bewaard. De gemeenschap van Yaldad staat onder leiding van een cacique (hoofdman), Carlos Lincoman. In de omgeving van Yaldad schijnen nog traditionele dalcas of kano’s van met vuur uitgeholde boomstammen in gebruik te zijn.
Ontdek met de Fly & Drive Evia hoe mooi dit schiereiland is in de Egeïsche Zee, het tweede eiland van Griekenland. Laat...
Rondreizen-Hotel
Deze vernieuwde rondreis naar Argentinië, Chili en Brazilië is er één van uitersten. We verblijven in het mondaine Buenos Aires met zijn...
Groepsreizen-Tweepersoonskamer
Een unieke combinatie van drie landen tijdens deze rondreis Peru, Bolivia en Chili. Weidse vergezichten over de altiplano, Quechua-indianen met kudden alpaca’s...