Het landschap is golvend en de vegetatie uitbundig. Aan de kust overheersen de mangrovebossen, landinwaarts treft u massa’s kokospalmen aan. Men beweert dat Zanzibar hét gebied is voor de teelt van kruidnagels, op Pemba oogst men driemaal zoveel. Heel bijzonder zijn de vennetjes op Pemba, waarin veel waterplanten en -bloemen voorkomen.

Hoewel Pemba sinds 1822 één rijk vormde met Zanzibar, wijkt de geschiedenis van de periode daarvoor totaal af van die van het grotere eiland. Er leefden Bantoe volkeren, er vestigden zich veel Perzen en later Portugezen. Er zijn natuurlijk ook Arabische invloeden merkbaar, maar in geen geval overheersende. Dat neemt niet weg dat ook op Pemba de islam door meer dan 95% van de bevolking wordt aangehangen. Bij een bezoek aan Pemba dient daar rekening mee gehouden te worden. De tolerantie ten opzichte van andere godsdiensten is echter opvallend groot.

Er zijn maar weinig plaatsen op de wereld waar nog stierengevechten gehouden worden. Eén ervan is Pemba. Het is waarschijnlijk meegebracht door de Portugezen en de gevechten vinden plaats van december tot februari. Het verloopt allemaal minder bloedig dan u zou verwachten. De matador heeft geen wapens en de stier wordt niet gedood.

Geïnteresseerden in de historie van het eiland vinden er diverse ruïnes. De best bewaarde ligt noordwestelijk van de hoofdstad Chake Chake op het schiereiland bij Ras Mkumbuu, de bekendste ligt nabij Pujini in het zuidoosten. Het zijn de overblijfselen van een fortificatie die ooit toebehoorde aan Muhammed bin Abdulrahman, de wreedste heerser die het eiland ooit heeft gekend. De Portugezen maakten het in 1520 met de grond gelijk.

Pemba heeft verschillende interessante ruïnes, het probleem is vaak hoe er te komen. Een taxi kan altijd, een lokale bus (dalla dalla) soms. Veel ruïnes van historisch interessante gebouwen zijn, door gebrek aan belangstelling en onderhoud, veranderd in puinhopen.

De koraalriffen vormen de grootste attractie van het eiland. Zowel voor snorkelaars als voor duikers zijn er op het eiland prima mogelijkheden. Duikers kunnen tot een diepte van 60 meter afdalen en zwemmen vaak oog in oog met zeeschildpadden van grote omvang, roggen en rifhaaien.

Nabij het voor de westkust gelegen eilandje Mesali (onbewoond en dus uitrusting meenemen) liggen eveneens schitterende koraalriffen. Dit eiland is ook om andere redenen beroemd. Algemeen wordt aangenomen dat piraten hier hun schatten begroeven, het wordt door de bevolking van Pemba ‘Captain’s Kid Island’ genoemd, naar de beruchte piratenkapitein die de wateren voor India gedurende vele jaren onveilig maakte.

Ook diepzeevissen behoort tot de mogelijkheden. Het Pemba Kanaal, het water tussen Pemba en de kust van het vasteland geldt als een van de beste viswateren ter wereld. In diep water wordt vooral op barracuda en marlijn gevist. De schrijver en Nobelprijswinnaar Hemingway schijnt ooit gezegd te hebben (en hij kon erover oordelen) dat dit gebied het beste ter wereld was om de marlijn te bevissen.

Accommodatie is op het eiland geen enkel probleem en de prijzen zijn redelijk. In iedere stad van enige betekenis (Chake Chake, Mkoani en Wete) zijn hotels. Het eiland is zowel door de lucht (vanuit Tanga met Air Tanzania of met Air Zanzibar vanaf Zanzibar) als over water te bereiken. Dit laatste ligt het meest voor de hand en is verreweg het goedkoopst, zeker als u een dhow chartert in Tanga. Meer reguliere veerdiensten vertrekken eveneens uit Tanga (meestal naar Wete), uit Dar es Salaam en vanaf Zanzibar (naar Mkoani). Het vliegveld bevindt zich in de nabijheid van Chake Chake. Vervoer is eenvoudig te regelen vanuit elk der genoemde plaatsen al moet u er rekening mee houden dat het enige dagen kan duren alvorens u de oversteek kunt maken.