Guatemala

Swipe

Rigoberta Menchú, Nobelprijswinnares 1992

Op 16 oktober 1992, in het ‘Columbus-jaar’ kreeg de Indiaanse Rigoberta Menchú Tum de Nobelprijs voor de vrede uitgereikt vanwege haar ‘inspanningen voor de sociale gerechtigheid en de verzoening van verschillende etnische groepen in haar land’.

Rigoberta werd in 1959 in het gehucht Chimel bij San Miguel de Ospatan in het departement El Quiché geboren in een arm Quiché-gezin. Haar ouders moesten met het hele gezin als katoen- en koffieplukkers op plantages aan de zuidkust gaan werken, waar twee van haar broers stierven als gevolg van ziekte en vergiftiging door pesticiden die over het land verspreid werden terwijl de Indiaanse arbeiders er aan het werk waren.

Haar vader Vicente was catecheet in de katholieke traditie en raakte in conflict met een grootgrondbezitter over zijn eigen kleine stukje grond. Hij was leider van de gemeenschap en richtte een boerencomité op, het CUC. Omdat hij geen Spaans sprak, liep hij in het conflict over het grondbezit juridisch vast en belandde in de gevangenis, waar hij meer dan een jaar verbleef. Daarna werd hij gemarteld door de lijfwachten van de grootgrondbezitter en moest in een ziekenhuis worden opgenomen. In 1977 belandde hij weer in de gevangenis, maar na demonstraties van boeren, studenten, vakbondsleden en enkele priesters kwam hij weer vrij. Een broer van Rigoberta ‘verdween’, werd gemarteld en ten slotte in het openbaar verbrand. Op haar 19e jaar werd Rigoberta lid van het CUC en later ging ze werken als bediende bij een rijke familie in Guatemala Ciudad.

In 1980 werd haar vader gedood bij een bestorming door veiligheidstroepen van het Spaanse consulaat, dat hij met anderen had bezet uit protest tegen de toenmalige militaire dictatuur. Drie maanden later werd haar moeder met een paar kinderen ontvoerd, gemarteld en vermoord. Twee van haar zussen zijn actief in de URNG. Rigoberta heeft in de strijd tegen onrechtvaardigheid, onderdrukking en uitbuiting bijna haar hele familie verloren. Deze indrukwekkende en vreselijke gebeurtenissen beschrijft ze in haar boek ‘Rigoberta Menchú’ (zie Literatuur, blz. 90).

In gezelschap van tienduizend landgenoten vluchtte Rigoberta in 1981 naar Mexico, maar halverwege 1994 keerde ze terug naar Guatemala. Sinds 1982 is ze diplomate van de Verenigde Naties; in deze functie komt ze op voor de Indiaanse bevolking en stelt ze de schendingen van de mensenrechten in haar land scherp aan de kaak. Het leger ziet haar als symbool van verzet en beschuldigt haar van terroristische activiteiten.

Door de Nobelprijs in ze in staat om af en toe onder zware bewaking naar Guatemala terug te gaan, maar ze keert pas definitief terug als de situatie in haar land verbeterd is. De Nobelprijsmedaille en de oorkonde heeft ze dan ook tot die tijd in een kogelvrije urn in bewaring gegeven in het Aztekenmuseum in Mexico-Stad. Van de twee miljoen gulden die bij de Nobelprijs inbegrepen is, heeft Rigoberta de Stichting Vicente, genoemd naar haar vermoorde vader, opgericht om het onderwijs in Guatemala te verbeteren.

Ze wil niet alleen het levende symbool van de onderdrukte Indianen van Latijns-Amerika zijn, maar concrete toezeggingen en hulp bewerkstelligen.

In 1994 financierde de Stichting Menchú de Nationale Campagne voor Staatsburgerschap om in verband met de verkiezingen de bevolking te stimuleren naar de stembus te gaan.

De Amerikaanse antropoloog David Stoll verklaarde eind 1998 dat enige feiten uit de autobiografie van Rigoberta Menchú niet overeenstemden met de werkelijkheid. Rigoberta verweerde zich door te zeggen ‘niet alle feiten zijn misschien exact juist, maar ik heb recht op mijn eigen herinneringen’. Stoll reageerde met ‘ze heeft haar eigen ervaringen ingebed in die van anderen om het hele verhaal van de Maya’s te vertellen’.

In dit jaar verscheen ook het vervolg op de eerste autobiografie getiteld ‘Rigoberta, kleindochter van de Maya’s’. (zie Literatuur, blz. 90).

In 2007 richtte ze de beweging ‘Winaq’ (integraal persoon) op waaruit de eerste volwaardige politieke partij van inheemsen moet ontstaan. Haar motto is: ‘het is tijd om van verzet over te stappen naar macht’. Ze zag de verkiezingen van 2007 als een eerste oefening en mikt nu op de verkiezingen van 2012, het magische jaar dat volgens Maya-profetieën een nieuw tijdperk inluidt in de wereldgeschiedenis. In de slangenkuil van de politiek moet je volgens haar de dans met de slang uitvoeren. Deze rituele dans voeren de Maya’s in tijden van grote droogte op als de maïsoogst dreigt te mislukken. De slang is het symbool van vruchtbaarheid maar door zijn dodelijke beet ook van de dood. Rigoberta’s deelname in de politieke arena ziet zij als ‘een levensnoodzakelijke dans, die grote behendigheid en een rotsvast vertrouwen vraagt’. Zal zij straks de president zijn die de nieuwe tijd werkelijk gestalte zal geven?

10 prachtige bestemmingen in Guatemala