Nepal ligt in het overgangsgebied tussen Zuid- en Centraal-Azië; geografisch uitgedrukt tussen 80º15’ en 88º15’ oosterlengte en 26º20’ en 30º10’ noorderbreedte. Het land grenst in het westen, zuiden en oosten aan India. Tot 1959 werd Nepal in het noorden begrensd door het zelf-standige Tibet. In dat jaar vielen de Chinezen Tibet binnen. De dalai lama en vele tienduizenden Tibetanen vluchtten naar Nepal en India, en Tibet werd een autonome provincie binnen de Volksrepubliek China. Sindsdien is China de noorderbuur van Nepal. Aldus is Nepal een buffer geworden tussen de twee Aziatische grootmachten China en India. De lengte van Nepal bedraagt van west naar oost 880 kilometer; de breedte, van zuid naar noord, varieert van 144 tot 240 kilometer. Het land heeft een oppervlakte van ongeveer 147.000 km2 (circa tweemaal zo groot als Nederland en België samen). De hoogteverschillen in Nepal zijn enorm: de zuidelijke Terai ligt op een hoogte van 150 meter terwijl de tot Nepal behorende top van de Mount Everest, de hoogste berg ter wereld, een hoogte heeft van 8848 meter. Een dergelijk hoogteverschil wordt nergens ter wereld geÎvenaard. Meer dan 80% van het Nepalese grondgebied ligt boven de 1200 meter.