Er zijn verschillende soorten treinen: stoptreinen (osobní) en sneltreinen (rychlik). Een kaartje voor een sneltrein is duurder. U dient hier speciaal om te vragen. Deze kaartjes zijn meestal voorzien van een rode streep. Een retourtje bestaat meestal uit twee kaartjes. Op het kaartje staat niet altijd uw eindbestemming maar soms een plaats die op eenzelfde afstand ligt. In langeafstandstreinen kunt u ook eerste klas reizen. Dit is ongeveer anderhalf keer zo duur dan de tweede klas, maar beduidend comfortabeler en naar onze begrippen nog steeds goedkoop.

Kleine stations hebben geen aparte perrons. Aangezien veel trajecten enkelspoors zijn, komen op zulke stations treinen uit twee richtingen tegelijkertijd aan. Dit kan wat verwarrend zijn.