Tussen Douro en Taag

Swipe

Batalha

Batalha was een Portugees gehucht waarvan er in de 14e eeuw dertien in een dozijn gingen. Niets bijzonders dus. Totdat koning João I uit dankbaarheid voor zijn overwinning op Castilië tijdens de batalha (veldslag) bij Aljubarrota (14 aug. 1385) er een abdij liet bouwen.

Zo had hij het aan Maria beloofd, toen zij aan de vooravond van de veldslag in een droom aan hem was verscheen. En belofte maakt schuld. Het moest een dominicanenklooster worden waarin ook plaats was voor een koninklijk pantheon, een grafkamer voor de Aviz-dynastie.

Vanaf 1388 verrees langzaam maar gestaag het kalkstenen (en daarom nu nogal verweerde) Mosteiro de Santa Maria da Vitória. Er zou onder zes koningen bijna 200 jaar aan worden gebouwd. In 1533 was het nog niet klaar, maar de toenmalige koning João III wilde er geen geld meer in steken en de bouw werd stilgelegd.

‘Batalha’, zoals het klooster in de volksmond wordt genoemd, heeft daarna een belangrijke rol gespeeld als school voor bouwmeesters en glazeniers. Halverwege de 19e eeuw werd de abdij, die toen al niet meer als klooster in gebruik was, tot nationaal monument verklaard en belandde op de werelderfgoedlijst van de UNESCO.

Ondanks dat het nooit is afgebouwd, wordt Batalha als een van de belangrijkste gotische monumenten van Europa beschouwd.

De abdij staat pal naast de snelweg N/IC2, 13 km ten zuiden van Leiria. Niet te missen, dus. De kloosterkerk ligt aan een ruim bemeten mozaïekplein met in het midden een groot ruiterstandbeeld van veldheer Àlvares Pereira, de man die de Spanjaarden bij Aljubarrota op de vlucht dreef en daarmee de onafhankelijkheid van Portugal veilig stelde.

De ingang bevindt zich aan de westzijde. Na het passeren van het portaal waarin de twaalf apostelen een plaatsje hebben gekregen, betreed je het 80 meter lange, sober gehouden middenschip van de kloosterkerk. Met dit gedeelte is bouwmeester Afonso Domingues in 1388 begonnen. Zijn werk werd in de loop van de 15e eeuw overgenomen door Huguet die aan de kerk bouwde tot 1438.

Direct rechts van de ingang is de Capela do Fundador (Kapel van de Stichter). Deze kapel was oorspronkelijk niet op deze plaats gepland en is door koning João I in 1426 tegen de kerk aangebouwd. In het midden van de kapel staan de tombes van koning João I en zijn Engelse gemalin Philipa of Lancaster; langs de wanden de tombes van vier van hun zonen, onder wie Hendrik de Zeevaarder.

Lopend door het middenschip met zijn 18 machtige pilaren, is links een doorgang naar het gotische Claustro Real, het koninklijke kloosterhof. Hier verraden de prachtige filigreinversieringen en de ranke, gedraaide pilasters Moorse invloeden.

In de hoek links staat een bijzonder fraaie fontein. Rechts ligt de vierkante Sala do Capitulo (Kapittelzaal). Deze wordt overwelfd door een enorme vrijhangende zeskante kap. Het is een stoutmoedig architectonisch kunststukje van meester Domingues die in een hoek van de zaal terecht zijn laatste plaats heeft gekregen.

Bij de bouw is het gewelf tot twee maal toe naar beneden gekomen, maar uiteindelijk is men er in geslaagd een solide overspanning te maken zonder zuilen. De bouw van de overkapping vond men destijds zo gevaarlijk, dat alleen ter dood veroordeelden er aan mochten werken.

In deze zaal bevindt zich ook het graf van de onbekende soldaat uit WO I waarin Portugal meevocht tegen de Duitse keizer. In het graf liggen twee soldaten en er is een permanente erewacht. Let hier ook op het schitterende glazenierswerk; het grote ronde gebrandschilderde raam dateert uit 1514.

Terug in het kloosterhof bevindt zich bij de fontein de toegang tot wat oorspronkelijk de refter is geweest; nu is er een klein oorlogsmuseum ingericht. Vanaf de fontein recht doorlopend, ligt rechts een diepe gang waar zich vroeger de cellen van de monniken hebben bevonden.

Daarachter ligt het Claustro Afonso V, een kloosterhof dat in de oorspronkelijke plannen van bouwmeester Domingues niet was opgenomen. Het is laat in de 15e eeuw aangebouwd door Fernão de Évora in opdracht van koning Alfonso V. Om dit hof heen bevinden zich de voormalige woonvertrekken van de monniken.

Wanneer je het hof aan de oostzijde verlaat, kom je uit aan de achterzijde van de kerk. Wanneer je daarna rechts om het gebouw loopt, sta je oog in oog met misschien wel het meest opmerkelijke deel van Batalha, de Capelas Imperfeitas (Onvoltooide Kapellen).

Via een gotisch voorportaal en een prachtig in renaissance- en manuelstijl gedecoreerde doorgang, sta je in een enorme open ruimte, een kapel zonder dak. Het was oorspronkelijk bedoeld als pantheon voor koning Eduardo.

Bouwmeester Huguet begon met de bouw halverwege de jaren dertig van de 15e eeuw. Maar 100 jaar later was de kapel nog steeds niet afgebouwd. De imposante pilarenbundels die het gewelf moesten dragen waren intussen gereed, maar daarbij is het gebleven. Door de lange bouwtijd zijn de renaissance-invloeden goed te zien.

Evenementen

Elk jaar op 14 en 15 augustus vinden er in Batalha religieuze festiviteiten plaats ter ere van de stichting van het klooster.

10 prachtige bestemmingen in Batalha en Portugal