Zuid-Servië

Swipe

Leskovac en Kuršumlija

Zeker sinds de onafhankelijkheid van Kosovo is alles ten zuiden van Niš echt een uithoek van het land geworden. Het is één van de armste streken van Servië, maar wel een streek waar erg veel moois te zien is. Dankzij de kloof van de Južna Morava tussen Leskovac en Vranje, het Byzantijnse Cariningrad, het “natuurwonder” Duivelsstad en de gemoedelijke maar toch uitbundige sfeer – met of zonder trubace – in Vladicin han, Vranje of Bujanovac zult u geen spijt hebben van een expeditie naar het zuiden. De snelweg richting Skopje en Athene leidt u naar plaatsen als Leškovac en Vranje, de hoofdweg naar Sofia brengt u naar Pirot en via de weg richting Pristina komt u bij Kuršumlija.

Leskovac

Tot voor kort was Leskovac vooral bekend om de textielindustrie, maar deze is de laatste decennia volledig ingezakt. De andere lokale trots is wel overeind gebleven: roštilj. Leskovac staat in heel Servië bekend als de hoofdstad van het gegrilde vlees. Hoewel niet alle restaurants evenveel sfeer hebben, u kunt er zeker van zijn dat het vlees hier goed is. Tijdens de Bulgaarse bezetting in de Tweede Balkanoorlog en in beide wereldoorlogen, is de stad zwaar toegetakeld. De oude bebouwing heeft plaatsgemaakt voor socialistische architectuur. Twee konaks hebben de tand des tijds overleefd: het Bora Dimitrijevic-Piksla-huis en het Šop-Ðokic-huis. De oudste kerk in de stad stamt uit de tijd van de Servische opstand. Op de heuvel Hisar staat een monument voor de onbekende soldaat. Als u op de weg richting Vucje ten zuiden van Leskovac twee keer links afslaat, dan stuit u op een kerkje, dat volgens de richtingaanwijzer uit de vijfde eeuw stamt.

Caricin grad

Als u vanaf Leskovac hoofdweg 9 richting Pristina neemt, arriveert u na een kilometer of vijfentwintig in het dorp Lebane. Vanaf hier is het nog maar een klein stukje naar de Byzantijnse opgraving Caricin grad. Rijdt richting Slišana en passeer twee bruggen. Bij de Y-splitsing houdt u rechts aan en rijdt dus omhoog. U passeert een dorp zonder naambord (het heet Prekocelica). Ongeveer 1400 meter na het einde van het dorp wijst een bordje naar links richting Caricingrad. Vanaf daar is het nog ongeveer 500 meter.

Caricingrad betekent de stad van de keizer en verwijst waarschijnlijk naar de Byzantijnse keizer Justinianus I, die de stad stichtte. Hij wilde een nieuwe metropool bouwen vlakbij zijn geboortedorp Tauresium. De stad werd aangelegd in 530, maar bleek geen lang leven beschoren. Nog geen eeuw later vernietigden binnenvallende Slaven en Avaren het project van Justinianus. Het complex lijkt nog niet helemaal te zijn opgegraven. Wie even met zijn voet over het zand veegt, kan al stuiten op een prachtige mozaïek. De opgraving ligt in een mooi gebied en lijkt volledig in harmonie met de natuur te zijn. De kans dat u andere bezoekers tegenkomt is buitengewoon klein, want Caricingrad is een nog behoorlijk onondekte attractie.

Kuršumlija

Op de plek waar het riviertje Banjska in de Toplica uitmondt ligt Kuršumlija. Op deze plek was vroeger de Romeinse vesting Ad Fines, die de handels-route tussen Naissus (Niš) en Ulpiana (bij Pristina) bewaakte. In de twaalfde eeuw was het onder de naam Toplica een residentie van Stefan Nemanja. De koning stichtte hier twee kerken. De witte Nicolaaskerk is één van de vroege voorbeelden van de Raška-stijl. In de omgeving zijn resten van enkele middeleeuwse forten terug te vinden. Onder de Marina kula liggen de fundamenten van een vroegchristelijke basiliek uit de vierde eeuw.

Ðavolja varoš

De Duivelsstad is een bijzonder natuurverschijnselDe Duivelsstad is een bijzonder natuurverschijnsel, dat in 2010 behoorlijk gehyped werd, omdat de Servische autoriteiten het genomineerd hadden als natuurlijk wereldwonder. Overigens deden de Bulgaren aan dezelfde verkiezing mee met een zeer vergelijkbaar fenomeen aan hun kant van de grens. In twee grote valleien staan honderden pilaren van versteende grond, zogenaamde hoodoo’s. De hoogsten zijn bijna twintig meter. Op de top van bijna elke pilaar ligt een dunne platte rots, die iets breder is dan de zuil zelf. Naast de Ðavolja varoš zijn twee sterke minerale bronnen. Veel griezelige volksverhalen zijn verbonden aan dit gebied, niet alleen vanwege de het mysterieuze gezicht van de stenen pilaren, maar ook omdat het proces van de vorming van Ðavolja varoš nog niet is afgerond: In de loop der tijd storten oude pilaren in en maken ruimte voor nieuwe. Dit wekt de suggestie dat er donkere, mysterieuze krachten aan het werk zijn.

Ðavolja varoš ligt vlakbij de weg richting Pristina. Zestien kilometer vanaf Kuršumlija dient u linksaf te slaan. Vanaf daar staat de juiste richting duidelijk aangegeven. Heeft u geen eigen vervoer, dan kunt u een bus nemen naar Prolom Banja. De mensen in het dorp kunnen u vertellen hoe u de Duivelsstad bereikt. Het is ongeveer anderhalf uur lopen, maar de weg is niet al te makkelijk te vinden. Na dit avontuur komt u bij Ðavolja varoš weer in de “bewoonde wereld”, want de toeristische attractie wordt behoorlijk uitgebuit. Er zijn allerlei standjes met souvenirs, een restaurant en een grote parkeerplaats.

Rondreizen

Groepsrondreis Balkan

Dit is een afwisselende reis door 4 verschillende landen; Servië, Bosnië-Herzegovina, Montenegro en Kroatië. Deze landen maakten deel uit van het voormalig...

v.a. 1449.00 p.p.

10 prachtige bestemmingen in Leskovac en Kuršumlija en Servië