Van de oudchristelijke kunst zijn vooral van belang: het baptisterium van San Giovanni in Fonte, de catacomben van San Gennaro in Napels en de kerk S. Maria Maggiore bij Nocera. Lombardische monumenten treft men aan in Capua en Benevento (S. Sofia). De 11e tot de 13e eeuw was de bloeitijd van de bouwkunst in Campanië; een groot aantal prachtige kerken en kathedralen werd toen gebouwd. De bouw en decoratie vertoonde elementen uit de Romaanse, Byzantijnse, Lombardische en Arabo-Normandische stijlen. Fraai beeldhouwwerk ziet men aan preekstoelen, altaren en bronzen deuren. De Normandische overheersing vanaf de 12e eeuw leverde het Castel dell’Ovo en het Castello Capuano in Napels op. Onder de Angevins werden eind 13e eeuw in Napels het Castel Nuovo, het klooster San Martino, de kathedraal en de Santa Chiarakerk gebouwd. De renaissance en de barok hebben in Napels veel uitbundige architectuur opgeleverd. Uit de 18e eeuw dateren het Capodimonte-paleis in Napels en het enorme koninklijke paleis in Caserta.