De maaltijd is voor de Italiaan heel belangrijk. Er worden erg hoge eisen aan gesteld en het is een perfecte weg om uitdrukking te geven aan gevoelens van gastvrijheid. Tegelijk is het vaak een informele familiebijeenkomst.

 

In Italië ontbijt men met weinig meer dan koffie en een klein croissantje (cornetto) in de bar. Het is overigens hoogst ongebruikelijk om na 11 uur ’s ochtends nog een cappuccino te bestellen. Dat doen alleen rare buitenlanders.

De lunch, il pranzo zo rond half twee, is een warme maaltijd waarbij wel meerdere gangen worden verorberd. Datzelfde gebeurt bij de avondmaaltijd, la cena, rond 20.30 uur.

 

De Italiaanse maaltijd is uitgebreider dan de gemiddelde Nederlandse. De samenstelling is als regel: Antipasto (voorgerecht): ham, gemengd vlees, vis, garnalen e.d.

Primo piatto (eerste gerecht): pasta, zoals maccheroni, spaghetti, lasagne, tortellini etc, of risotto.

Secondo piatto (tweede gerecht, hoofdschotel): vlees- of visschotel, waarbij de groenten (contorni) apart moeten worden bijbesteld.

Dolci (dessert): kaas en/of gebak, ijs etc.

Bij elke maaltijd wordt brood (pane) geserveerd.

 

De pizza valt buiten deze indeling. Overigens is het voor Italianen heel ongebruikelijk om een pizza bij de lunch te nemen, die hoort voor hen bij de avondmaaltijd. De traditionele ronde vorm van tegenwoordig werd in de 17e eeuw in Napels ontwikkeld.

 

In een restaurant streeft men ernaar om de schotels op het juiste moment qua smaak en temperatuur op te dienen. Niet alle prsonen aan een tafel hoeven dus ongeveer tegelijkertijd bediend te worden. Het respect voor het eten is dan net even groter dan dat voor het gezelschap. Op de rekening (conto) staat altijd een bedrag voor ‘pane e coperto’, brood en gebruik van servies en linnen.