Kilimanjaro National Park
• Oppervlakte: 1.688 km²
• Te bereiken vanuit: Arusha, Marangu en Moshi
• Beste bezoektijd: november-februari
• Diersoorten o.a.: buffels, olifanten
• Vogelsoorten: ongeveer 400 soorten
• Landschap: bergachtig
• Verblijfsmogelijkheden: diverse hutten
• Bijzonderheden: verschillende klimaatzones.
• Te bereiken vanuit: Arusha, Marangu en Moshi
• Beste bezoektijd: november-februari
• Diersoorten o.a.: buffels, olifanten
• Vogelsoorten: ongeveer 400 soorten
• Landschap: bergachtig
• Verblijfsmogelijkheden: diverse hutten
• Bijzonderheden: verschillende klimaatzones.
De berg Kilimanjaro
Als berg heeft de Kilimanjaro (door de beklimmers liefkozend Kili genoemd) eigenlijk drie toppen die vroeger als kratermonden verantwoordelijk zijn geweest voor de totstandkoming ervan. De hoogste is de Kibo piek die met z’n 5895 meter tekent voor de hoogte van Mount Kilimanjaro. De Mawenzi piek is 5149 meter en de Shira piek haalt ‘slechts’ 3962 meter.
Deze drie vulkanen begonnen omstreeks 750.000 jaar geleden hun lava uit te spuwen over het toenmalige, min of meer golvende, landschap. Dit was het directe gevolg van bewegingen van de aardkorst die uiteindelijk zouden leiden tot de vorming van de Great Rift Valley. Na 250.000 jaar werd een hoogte van ongeveer 5000 meter bereikt. De Shira was toen uitgewerkt en zakte wat in. De Mawenzi en de Kibo bleven echter lava uitbraken totdat een hoogte bereikt werd van ongeveer 5500 meter, waarna ook de Mawenzi er de brui aan gaf. De Kibo krater kwam pas zo’n 360.000 jaar geleden tot rust, nadat een hoogte van ongeveer 6000 meter bereikt was. Daarna vonden er nog wel regelmatig, soms hevige, uitbarstingen plaats die onder andere de Shira krater met lava en as vulden. Nadat de Kibo geheel tot rust gekomen was kregen sneeuw en ijs in de vorm van gletsjers de gelegenheid om de Kilimanjaro te vormen. Dat gebeurde pas zo’n 100.000 jaar geleden en geologen praten dan ook over een zeer jonge berg.
In 1889, op 6 oktober werd de top van de berg voor het eerst bereikt door de Duitsers Hans Meijer en Ludwig Purtscheller. De naam die zij aan de Kibo gaven, Kaiser Wilhelm Spitze, heeft nooit internationale erkenning gekregen. Drie Franse wetenschappers landden op 11 maart 1962 per parachute op de top van de berg en vestigden daarmee het wereldrecord van de hoogste parachutelanding ooit. Zij onderzochten de reactie van het menselijk lichaam wanneer het zich plotseling op grote hoogte bevindt. Ze hebben maar één probleem gehad: hoe en waar vinden we een vliegtuig dat hoog genoeg vliegt om er onder ideale (luchtdruk) omstandigheden uit te kunnen springen.
De hellingen van de Kilimanjaro zijn dankzij de vulkanische ondergrond buitengewoon vruchtbaar en de hoogteverschillen maken het mogelijk om vele gewassen een plaats te geven. De meeste ervan groeien op hoogten tussen 900 en 1400 meter, maar op sommige hellingen gedijen ze tot wel 2400 meter en hoger. Boven de 3000 meter groeit weinig, daar ligt ongeveer de vorstgrens. Sinds eeuwen bewoont het Chagga volk de berghellingen. Hun plantages zijn betrekkelijk klein. Dat heeft alles met traditie te maken. Bij sterfte wordt het land namelijk onder de kinderen verdeeld en het gemiddelde kindertal bij de Chagga is groot.
Er wordt in hoofdzaak Arabica koffie geteeld van een uitstekende kwaliteit, maar ook diverse soorten bananen, maïs, gerst en bonen. Bovendien vormt veeteelt een belangrijk middel van bestaan.
De naam Kilimanjaro
Er zijn vele betekenissen te geven aan de naam Kilimanjaro, maar niemand weet precies waar de naam vandaan komt. Vaststaat dat het een verbastering is of een samenvoeging van twee woorden. De bewoners van de hellingen, leden van het Chagga volk, zullen de berg nooit bij zijn naam noemen, ze spreken over de afzonderlijke toppen: Kibo (eigenlijk Kipoo) en Mawenzi. Kibo betekent gevlekt, en ziet op de enige plaats waar nooit sneeuw ligt vanwege de steile rotsen. Mawenzi betekent berg met de gebroken top.
Het Swahili woord voor berg is ‘mlima’ terwijl ‘kilima’ heuvel betekent. Njaro betekent letterlijk witheid, zodat men ook suggereert dat de verbastering door bergbeklimmers van Europese afkomst plaatsvond en simpelweg vertaald moet worden als witte berg. Njaro is echter ook de naam van een kwade geest die de kou brengt. Door de Chagga wordt Njaro omschreven als de beschermer van de berg. Het is lange tijd onmogelijk geweest om de berg te beklimmen, pas in 1889 bereikten de eerste mensen de top. Gezien de vele ongevallen die in de loop van de eeuwen plaatsgevonden hebben bij de beklimming van de berg gaat men ervan uit dat deze vertaling de meest juiste is.
Praat eens met de Chagga en vraag naar hun verhalen over de berg, ze hebben er vele en er zijn schitterende traditionele en eeuwenoude verhalen bij. De Chagga hebben trouwens nóg een paar woorden die een verklaring voor de naam van de berg zouden kunnen geven. Kilelema betekent namelijk ook onmogelijk of verslagen. Jyaro is een woord voor een karavaan, zodat men ook kan veronderstellen dat het onmogelijk is voor karavanen (een ingeburgerde manier van reizen in vroeger dagen) om de berg over te trekken.
De beklimming
Het beklimmen van de Kilimanjaro is voor veel mensen een echte uitdaging, anderen beschouwen het als een wandeling die je, als het hoogteverschil niet zo groot was, op een zonnige achternamiddag zou kunnen maken. Alleen de eerstgenoemde catergorie komt op de top. Als er één beklimming onderschat wordt dat is het die naar de top van de Kilimanjaro. Zeker, iedereen met een goede gezondheid en een behoorlijke conditie kan de klim met succes volbrengen, maar zonder goede voorbereiding gaat het gegarandeerd mis. Dat ondervindt 50 tot 80% van de deelnemers die aan de klim beginnen.
Individueel boeken kan via het hoofdkantoor van Tanzania National Parks in Arusha, maar aanbevolen wordt om deel te nemen aan een door een touroperator georganiseerde klim. Er kan dan veel aan de expeditieleider worden overgelaten. Overnachtingen zijn geregeld, voedsel is ingeslagen en er is, heel belangrijk, voldoende te drinken in de bagage. Groepen maken gebruik van de diensten van dragers en het enige wat de beklimming in de war kan sturen is de gezondheidstoestand van de deelnemers. Het hoogteverschil speelt daarbij een belangrijke rol, maar daar is nauwelijks een voorbereiding voor mogelijk.
Goed schoeisel, beschermende kleding, eventueel in lagen over elkaar te dragen en een slaapzak die u bij zeer lage temperaturen tóch warm houdt zijn van essentieel belang. Als u niet gewend bent aan stevige wandelingen krijgt u het moeilijk. Als u gewend bent om te wandelen, zult u uw normale tempo sterk moeten verlagen. Geleidelijk aan het hoogteverschil overwinnen voorkomt hoofdpijn, misselijkheid of erger. Veel drinken, goed eten en uw suikergehalte op peil houden zijn zomaar een paar eenvoudige zaken die plotseling erg belangrijk zijn.
Er zijn verschillende routes naar de top, de meest gebruikelijke, de Maranguroute wordt onderstaand in het kort toegelicht. Behalve de Marangu-, kent men de Umbwe-, de Machame-, de Shira Plateau-, de Mweka- en de Loikitok-route.
Via welke weg u uw pad ook kiest, vergeet niet te genieten van de pracht om u heen. Tropisch bergwoud tot zo’n 2800 meter, de moorland- en heidezone tot 4000 meter met planten die uw tuin en vensterbank sieren, maar hier tot wel 10 meter hoog kunnen worden. Wat bijvoorbeeld te denken van een lobelia van 3,5 meter hoog of heide van meer dan 8 meter hoogte? Geleidelijk aan wordt het allemaal wat minder en boven de 4000 meter zijn het nog uitsluitend de mossen en korstmossen die uw aandacht vragen. Vanaf ongeveer 5000 meter kunt u sneeuw verwachten en zelfs hier treft u op onverwachte plaatsen kleine bloemen.
Er leven ook genoeg dieren op de hellingen van de berg en er zijn vele honderden vogelsoorten te bewonderen, vooral in de lager gelegen gebieden. Onverwacht kunt u een ontmoeting hebben met olifanten, leeuwen en jachtluipaarden, al is de waarneming van buffels, verschillende soorten antilopen en diverse aapsoorten aannemelijker. Maar: ze zijn er, en bij de olifanten spreekt men zelfs over een populatie van meer dan 1200.
De Maranguroute voert u op de eerste dag via tropisch regenwoud naar een hoogte van 2700 meter. Vaak wordt dit gedeelte in de namiddag en avond afgelegd. Het is behoorlijk pittig, tropisch regenwoud betekent modder en glibberigheid. Op de tweede dag bereikt u de Horombo lodge op een hoogte van ruim 3700 meter. De dag is lang, het pad vaak steil en u legt een afstand af van ongeveer 14 kilometer, opnieuw hoofdzakelijk door bosland, al kunnen we niet meer spreken van tropisch regenwoud.
Veelal wordt aangeraden om twee overnachtingen in de lodge te blijven. Enerzijds om uit te rusten, anderzijds om uw lichaam de gelegenheid te geven aan de hoogte te wennen. En, de Horombo lodge is nog behoorlijk comfortabel, goed voorzien en met stromend water. De derde (of vierde) dag brengt u tot de Kibo hut op een hoogte van 4700 meter. Het is hier een stuk minder comfortabel en vooral een stuk kouder. In de nacht kan de temperatuur tot -20 °C dalen, uw kleding en uw slaapzak zijn de enige attributen die uw comfort bepalen. Overdag is het op deze hoogte nog net even boven het vriespunt.
Veel mensen slaan nu een nachtrust over, want vroeg in de morgen (of eigenlijk midden in de nacht: 01.00 of 02.00 uur) wordt de tocht voortgezet en maakt u de zonsopgang, althans het tevoorschijn komen van de zon mee, te midden van sneeuw en ijs. Da’s een belevenis van de eerste orde! U moet weliswaar uw eigen spullen dragen (de dragers blijven bij de Kibo hut achter) en u heeft een tocht van ongeveer zeven uur in de benen alvorens u via Gilmann’s Point de top bereikt, maar wát een pracht.
Het zal u moeite kosten om dit schoons achter u te laten. Evengoed, dezelfde dag gaat u weer terug en bereikt u de Horombo lodge weer. De volgende dag maakt u het laatste gedeelte van de afdaling. Afhankelijk van de touroperator zijn kleine afwijkingen mogelijk, soms wordt vanuit de Kibo hut niet rechtstreeks naar de top geklommen, maar overnacht men in tenten onder de top en maakt men op de top de zonsopgang mee. Dat is echter niet altijd mogelijk en sterk afhankelijk van het jaargetijde en de weersomstandigheden.
Het minder prettige van de tocht is de financiële kant ervan. U bent voor de tocht in totaal al gauw zo’n USD 500 kwijt, dat is te calculeren en dat heb je er voor over of niet. Kleding en schoeisel zijn eveneens te huren, maar dit is nooit bij de prijs inbegrepen. Het vervelende (of zo u wilt: het venijn) zit in de staart. De gids, zijn assistent(en), de eventuele kok en de dragers verwachten een fooi voor hun diensten. Vaak willen ze hierover onderhandelen en wat ze als redelijk presenteren staat niet in verhouding tot hun prestaties en net zo min tot de inkomsten van degenen die topsalarissen verdienen. Er zijn verhalen bekend waarbij de gids USD 20 per dag, de assistent USD 15 per dag, de kok USD 12 en de dragers elk USD 10 per dag verlangden. Onzin!
Het is het verstandigst om vooraf te boeken bij een bergexpeditiekantoor. U krijgt een totaalprijs en u moet er rekening mee houden dat u aan fooien nog eens 10% extra van de totaalprijs kwijt bent als redelijk gemiddelde. Er worden tal van expedities aangeboden in tijd variërend van 6 tot 11 dagen. Laat u voorlichten dooreen touroperator met ervaring in het aanbieden van Kilimanjaro beklimmingen en vraag verschillende aanbieders om een offerte.Tal van websites brengen u op ideeën.
In principe mag u de berg zonder begeleiding beklimmen, maar het is de vraag of dat verstandig is. U bent, als u besluit de tocht zelfstandig te maken, verplicht dit te melden voordat u aan de klim begint en op te geven op welke manier en in hoeveel tijd u de tocht gaat ondernemen. Kinderen onder tien jaar mogen niet hoger klimmen dan 3000 meter.
Familiereizen
Tijdens deze familiereis naar Tanzania en Zanzibar beleef je hét safariland bij uitstek. Je reist met een stoere safaritruck waarmee we de...
Familiereizen
Tijdens deze familiereis door Kenia, Tanzania en Zanzibar reis je langs de mooiste en meest afwisselende landschappen van Afrika. Je gaat op...
Verre reizen
12-daagse Rondreis Wildparken van Tanzania