Marrakech en de Hoge Atlas

Swipe

Ten Oosten van Marrakech: naar de Cascades D’Ouzoud

Demnate

Vanuit Marrakech kun je via Sidi Rahhal, met een vrijdagmarkt en een belangrijke moussem tijdens Aïd el-Kebir (slachtfeest), in anderhalf uur naar Demnate rijden. Deze ommuurde stad heeft een kasba en een mellah (Joodse wijk); tot 1950 was de helft van de bevolking van joodse afkomst. In juli wordt een grote joodse moussem gevierd onder leiding van twee zawiyas (broederschappen). Heftige danssessies en bloederige reinigingsrituelen kunnen hier onderdeel van uitmaken. Er is een zondagmarkt ten zuiden van de stad.

Er komen hier relatief weinig toeristen. De Amazigh (Berber)cultuur in deze stad is heel levendig. Via hulporganisaties als de Association Attadamoun Pour les Handicapés, tel. 068-909801, [email protected], en de Complexe Association de l’Entreaide Demnate, tel. 068-131304, [email protected], kun je op theevisite bij een berberfamilie gaan of een concert bij het diner organiseren. Demnate heeft een culinaire traditie die te zien is in de vele restaurantjes langs de hoofdstraat.

De omgeving van Demnate is rijk aan olijfbomen, waarvan de beste olijfolie van het land geproduceerd wordt. Ook zijn er talrijke amandelbomen die in maart in bloei staan. Zes kilometer ten oosten van Demnate ligt Imi-n’Ifri (‘grotmond’ in het Berbers), een natuurlijke brug over een kloof die op een gapende mond lijkt. Deze is 1.8 miljoen jaar geleden ontstaan. Via een zigzagweg kun je naar de bodem van de kloof lopen waar de rivier doorheen stroomt.  

Vanaf de poort gaan grands taxi’s naar Azilal (45 dh) en Marrakech (55 dh). Vanaf het busstation buiten de poort vertrekken regelmatig bussen naar Marrakech (1½ uur, 25 dh). Vanaf Demnate is het nog zo’n tachtig kilometer naar de Cascades d’Ouzoud. Aan je rechterhand zie je de meestal besneeuwde toppen van de Hoge Atlas.

Cascades d’Ouzoud

Vanuit Marrakech zijn de Cascades d’Ouzoud zo’n 170 kilometer oostwaarts en velen maken er een dagexcursie van. Toch is het de moeite waard om te overnachten bij deze mooiste watervallen van Marokko. De imposante watervallen storten zich ruim honderd meter naar beneden. Achter de riad Cascades d’Ouzoud kun de afgrond zien waarlangs het water van de Oued Ouzoud valt. Er is een steil, in de rotswand uitgehakt pad dat naar beneden loopt. Links van het dorpsplein loopt een slingerend, wat makkelijker pad langs restaurantjes, winkeltjes en het Dar Essalam Hotel naar beneden. Je hebt hier geen gids nodig.

Er zijn grote stenen langs het pad van waaruit je de watervallen mooi kunt zien. ‘s Morgens liggen ze in de schaduw en pas halverwege de middag en tegen de avond valt het licht gunstig en is er ook vaak een regenboog te zien. Van maart tot midden juni hebben de watervallen het meeste water. Op kleine uitstekende rotsplateaus hebben vroeger molens gestaan. In de bomen zitten makaken (berberapen), die je beter niet kunt voeren. Helemaal beneden zijn meertjes waar je in kunt zwemmen. Naar het dorp Tanaghmelt en vice versa kun je een mooie wandeling (4 uur) maken.

Vanuit Marrakech kun je met een grand taxi naar Azilal en van daaruit naar Ouzoud (25 dh p.p., 250 dh voor de hele taxi retour). Reisbureaus in Marrakech organiseren dagexcursies naar de Cascades d’Ouzoud.

De Aït Bouguemez-vallei

Dit dal dat ook wel ‘la Vallée Heureux’ (het gelukkige dal) wordt genoemd, ligt aan de voet van de Djebl Ighil M’Goun (4068 m), de op één na hoogste berg van Marokko. De Aït Bouguemez-vallei is geliefd bij natuurliefhebbers en bergbeklimmers vanwege het landschap met vele schilderachtige, lemen bergdorpjes die tegen de kale bergen aangeplakt liggen tussen de omliggende hoge bergen.

Hier wonen de Aït Bouguemez, een Berberstam die hier al eeuwen lang leeft van kleinschalige landbouw en schapenteelt. Op de terrasvormige akkertjes wordt graan verbouwd en walnotenbomen geven de nodige schaduw. De huizen in de vallei zijn van pisé gemaakt, terwijl de hoger gelegen huizen in verband met kou en vocht van steen gemaakt worden. Soms worden de huizen in blokken gebouwd, waarbij het dak van het ene huis het terras voor het andere huis vormt. De gastenkamers hebben vaak prachtig beschilderde houten plafonds.

Het is een hard bestaan in dit geïsoleerde gebied maar de Berbers richten samenwerkingsverbanden op om meisjesscholen, biologische landbouw en ecotoerisme te stimuleren. Het is mogelijk om in dit gebied in gites d’étappe (eenvoudige pensions) bij boerenfamilies te logeren.

Je kunt het dal vanuit Azilal bereiken. Dit regionale centrum heeft een donderdagmarkt en er is een complexe artisanal met ambachtelijke producten uit de streek. Er zijn bussen die vanaf het busstation naar Marrakech (45 dh) vertrekken. Grands taxi’s vertrekken vanaf een plek achter het busstation naar Demnate (34 dh). Azilal is de laatste plaats waar je nog geld kunt wisselen en internetten. De Aït Bouguemez-vallei ligt tussen Agouti en Zaouïa Oulemsi en telt een dertigtal dorpen.

Vanaf Azilal rijd je via Aït Mohammed naar Agouti, het eerste dorp in de vallei, dat op 1800 meter hoogte ligt. Hier is een coöperatie van houtbewerkers die je aan het werk kunt zien en van wie je hun eigen producten kunt kopen. In dit dorp hebben de gastenkamers prachtige beschilderde plafonds met geometrische motieven. Verder is er de Coöperation Tikhiouine van jonge vrouwen die, gesteund door de Europese Gemeeenschap, allerlei producten als geitenkaas, honing en saffraan zelf maken en verkopen. Buiten het dorp staat de ruïne van een igherm, een versterkte graanopslagplaats, waar vroeger ook de bezittingen van de dorpsbewoners bewaard werden.  

In het centrum van het dal ligt Tabant, waar je gidsen kunt vinden voor lange wandelingen en trektochten. De Association Renaissance de Aït Bouguemez, tel. 061-497001, [email protected], organiseert diverse excursies waaronder die naar de Zawiya Sidi Moussa. Deze ligt op een heuvel bij het dorp Timit en bestaat uit het graf van de heilige en een graanopslagplaats. Op zondag is er een drukke markt.  

‘s Morgens gaan er zo nu en dan minibussen vanaf de moskee in Azilal naar Tabant (3 uur, 40 dh). Soms gaat er een grand taxi naartoe (60 dh p.p.). Aan het eind van het dorp Imelghas gaat een piste (onverharde weg) naar links naar Zaouiat Ahansal. Deze weg die over de Ti-zi-n-Tihirst-pas (2629 m) loopt, is gedeeltelijk verhard en zal in de toekomst geheel verhard worden. Over de brug in Zaouiat Ahansal zie je de ancient Douar (het oude versterkte dorp) waarin vroeger 300 mensen woonden. Links is het Atelier du Tissage de l’ Association du Zaouiat Ahansal, een weefcentrum voor vrouwen, die hier ook hun eigen producten verkopen.  

Er rijden regelmatig pick-ups tussen Zaouiat Ahansal en Aït Mohammed. De hoofdweg (R302) loopt vanaf Zaouiat Ahansal naar het noordwesten en passeert na 40 kilometer de La Cathédrale des Rocher, een imponerende hoge rotsformatie die ideaal is voor klauteraars. Dit is het gebeid van de Reserve Naturelle de Tamga, een reservaat dat uit acht parken bestaat. Een kleine botanische tuin bij de ingang van het park geeft een overzicht van de aanwezige plantensoorten. Het is ook een rijk vogelgebied met wel 107 soorten.

Als je de weg blijft volgen kom je bij het stuwmeer Bin el-Ouirgane dat de elektriciteit verschaft voor dit gebied. Het stuwmeer, de dam en het nabijliggende stadje hebben alledrie dezelfde naam.

Naar de bruidenmarkt in Imilchil

Vanaf de N8 ruim 20 kilometer voorbij Kasba Tadla loopt de R317 naar Imilchil, een route van 100 kilometer door een kaal, woestijnachtig vlak landschap omgeven door bergen. Imilchil ligt op 2100 meter hoogte en vanuit het noorden en oosten is het dorp nu over een geasfalteerde weg bereikbaar. De zuidelijke weg vanuit Tinerghir is nog niet helemaal geasfalteerd.

Het is een rustig, wat armoedig dorp dat eind augustus of in september heel druk bezocht wordt in verband met het Fête de Fiançailles, ‘Agdoud N’Oulmghenni’ in het Berbers (de bruidenmarkt). Het is hier het woongebied van de Amazigh (Berber)stam de Ait Haddidou, die hun dochters op die dag onder chaperonne van een zus of vriendin laten kennismaken met een mogelijke huwelijkskandidaat. Men fluistert dat deze huwelijken eigenlijk al gearrangeerd zijn. In een soort bureau worden de aktes vastgelegd. Daarna is er een optocht van paren en ’s avonds wordt er gedanst en gemusiceerd.

De bruidenmarkt heeft ook te maken met een legende over een verboden relatie tussen Hadda en Moha, die afkomstig waren van twee strijdende stammen. De Aït Haddidou-Amazighen (Berbers) hebben jarenlang gestreden over weidegronden met de Aït At-ta-stam. Door de tranen van de twee geliefden ontstonden twee meertjes: het Iseli (aanstaande echtgenoot) en het Tiselit-(aanstaande echtgenote) meer. Op de bruidenmarkt dragen de aanstaande bruiden diverse sieraden en mantels van geweven, gestreepte stof waaraan je kunt tot zien tot welke clan ze behoren. De djellaba’s van de mannen zijn spierwit. Behalve voor het vinden van een huwelijkskandidaat is de markt ook commercieel bedoeld; er worden verschillende producten aangeboden. Het feest heeft ook een religieus tintje. Omdat busladingen toeristen tijdens dit driedaagse feest aangevoerd worden, dreigt dit het authentieke karakter aan te tasten. Om alle bezoekers op te vangen wordt er in tenten gelogeerd. De prijzen van allerlei producten en voorzieningen stijgen enorm tijdens dit festival, ook voor het maken van foto’s moet vaak betaald worden.  

Vanuit Marrakech kun je met een paar bussen of grands taxi’s naar Kasna Tadla, van daaruit naar El Ksiba en ten slotte naar Aghbala. Tien kilometer voor deze plaats is er een afslag naar Imilchil en voert de weg 60 kilometer zuidwaarts. Tijdens de bruidenmarkt organiseren reisbureaus in Marrakech excursies naar Imilchil. Vanwege de hoogte kun je het beste warme kleding meenemen!

10 prachtige bestemmingen in Ten Oosten van Marrakech: naar de Cascades D’Ouzoud en Marokko