Nieuw-Zeeland

Swipe

Eerste Europeanen

De ontdekking van dit nieuwe land door Abel Tasman en James Cook had geen grote gevolgen. Groot-Brittannië en Nederland bleven de voorkeur houden voor respectievelijk India en Nederlands-Indië. In hun ogen had Nieuw-Zeeland als kolonie weinig te bieden.

In het begin van de negentiende eeuw kwamen de eerste walvisvaarders naar Nieuw-Zeeland. Zeehonden, pelsrobben en walvissen kwamen hier namelijk in groten getale voor. De walvisvaarders waren afkomstig uit Hobart op Tasmanië en Port Jackson (Sydney). Zij vestigden zich voornamelijk in de Bay of Islands, het noordelijkste deel van het Noordereiland. De zee was daar kalm, de natuurlijke havens lagen goed beschermd en er was voldoende kauri-hout aanwezig voor het bouwen en repareren van schepen.

Missionarissen noemden dit gebied de ‘hel van de Stille Oceaan’. Zij troffen er overmatig alcoholgebruik, prostitutie en geslachtsziekten aan. De verstandhouding tussen de Maori en Europeanen was, op een paar incidenten na, redelijk te noemen. Ze dreven zelfs enige handel met elkaar. Groot-Brittannië zond dan wel missionarissen, maar had nog steeds geen trek in dit verre land. Dat veranderde toen bleek dat de Fransen wel interesse hadden. In 1840 werd daarom met de Maori het Verdrag van Waitangi gesloten, waardoor het land een Britse kolonie werd. Een Franse kolonisatie van Nieuw-Zeeland was hiermee voorkomen.