Zestig procent van de archipel is bedekt met tropisch bos en de bewoners leven voor een deel van artesanía; het lichte en zachte balsahout is makkelijk bewerkbaar. Maar dit hout heeft meer belangrijke functies. Men maakt er kleine boten van, het is ideaal voor herbebossing vanwege de snelle groei en het voorziet kleine vogels en insecten van voeding. Artesanía van balsahout zorgt samen met primitieve schilderkunst voor achttien procent van de inkomsten. De ambachtslieden werken voornamelijk op Mancarrón en San Fernando. Hiernaast zijn visserij en de productie van bonen en maïs (La Venada) belangrijke bronnen.

Op de eilanden zijn geen restaurants; pensions en hotels zorgen voor maaltijden en drinkwater. Water is er 24 uur per dag en stroom onttrekt men aan zonnepanelen.