Eeuwenlang was Malakka een centraal gelegen havenplaats, gelegen aan de gelijknamige zeestraat. De glorie van deze tijden is reeds lang voorbij, maar de historische overblijfselen zijn er nog steeds. Als u de plaats bezoekt, verwacht dan vooral geen verstilde stad. Integendeel. Vóór de oude stad heeft men aan landwinning gedaan. Dat hele gebied is volgebouwd met winkelcentra, appartementen en restaurants. Gelukkig is het oude centrum bewaard gebleven. Als u een goed algemeen overzicht wilt krijgen van de plaats, kunt u een beca (fietstaxi) pakken. Deze mannen spreken allemaal redelijk Engels en hebben een vaste prijs per uur. De hoogte van die prijs wordt jaarlijks vastgesteld in overleg met de Malaysian Tourist Association. Zij brengen u op hun toer naar een groot aantal bezienswaardigheden in de stad, onder andere Kampung Melayu, een Maleis dorp midden in de stad, waaraan niet getornd mag worden. In de stad Malakka zijn zeer veel dingen te zien en te beleven. Bij deze een selectie.

Stadhuys

Een mooie wandeling zou kunnen beginnen op het centrale plein voor het Stadhuys. Het werd door de VOC gebouwd en werd voltooid in 1660. Het is in de jaren negentig van de vorige eeuw in samenwerking met de Nederlandse gemeente Enkhuizen geheel gerestaureerd. Ooit waren hier de kantoren van de VOC gevestigd en ook de Britten gebruikten het als kantoorgebouw. Het is opgetrokken in Hollandse baksteen. Dit materiaal was in overvloed aanwezig, aangezien het gebruikt werd als ballast voor de VOC schepen. Vandaag de dag functioneert het gebouw als museum.

Christ Church

Naast het Stadhuys staat de Christ Church, ooit een gereformeerde kerk, gebouwd in 1753. De balken die het plafond ondersteunen zijn gemaakt van het hout van één boom. De kerkbanken zijn meer dan 200 jaar oud. Nadat zij Malakka van de Nederlanders hadden overgenomen in 1824, gebruikten de Britten het kerkgebouw voor hun anglicaanse erediensten.

A’ Famosa (Porta de Santiago)

Als we het centrale plein in oostelijke richting verlaten, komen we terecht op de Jalan Kota / Jalan Parameswara aan de voet van de Saint Paul’s Hill. Het eerste wat ons opvalt is A’ Famosa (Porta de Santiago). Het is een van de weinige Portugese bouwwerken die nog zijn overgebleven in de stad. Volgens de overlevering was men bezig met het slopen van de oude stadswallen, toen Sir Thomas Raffles voorbijkwam. Hij gaf opdracht deze poort te laten staan als herinnering aan de Portugese tijd.

Cultuur-historisch museum Malakka

Iets voorbij en achter de Porta de Santiago bevindt zich een replica van het paleis van de sultan van Malakka. Het dient als cultuur-historisch museum.

Chevrolet

Als we hier zijn uitgekeken kunnen we ietsje verderop de Chevrolet bewonderen die ooit gebruikt werd door de eerste premier van het onafhankelijke Maleisië, Tunku Abdul Rahman.

Museum proclamatie van de onafhankelijkheid

Dit voertuig staat naast een oude koloniale villa die eens diende als The Malacca Club en die uitsluitend toegankelijk was voor leden van de Britse elite. Nu is het een museum dat aan de proclamatie van de onafhankelijkheid moet herinneren.

Saint Paul’s Church

We kunnen een stukje teruglopen en de betonnen trap beklimmen die vanaf Porta de Santiago omhoog leidt naar de top van Saint Paul’s Hill. Hier treffen we een tweede overblijfsel aan van de Portugese tijd: de Saint Paul’s Church. Het was de bedoeling van de katholieke Portugezen dat dit de voornaamste kerk van Malakka zou worden. Sint Franciscus Xavier, de man die het katholieke geloof in de regio bracht, werd hier begraven. Zijn lichaam werd later echter opgegraven en overgebracht naar Goa in India. Na zijn zaligverklaring werd zijn rechterarm uit het graf gehaald en naar Rome gezonden. Nu staat er een beeld van deze heilige naast de resten van het kerkje op de heuvel. Op een dag brak er een zwaar onweer los. Een zware tak viel uit een van de bomen. De tak viel op het beeld en de rechterarm brak af...

De Nederlanders veroverden de stad Malakka op de Portugezen. Zij gebruikten het gebedshuis op de heuvel aanvankelijk voor hun erediensten, maar toen de kerk naast het stadhuis klaar was, werd het gebouw op de heuvel niet meer gebruikt en verviel. De Nederlanders gebruikten het kerkje op de heuvel en het omliggende terrein om hun doden te begraven. Menige grafsteen uit die tijd is bewaard gebleven en sommige teksten zijn zeer goed leesbaar.

Chinatown

Als we alles bekeken hebben dalen we de heuvel af en gaan opnieuw naar het plein voor het stadhuis. Nu steken we de brug naast het mini-windmolentje over en komen in Chinatown terecht. Hier hadden de straten tot voor kort namen als Heerenstraat en Jonkerstraat, maar wijze bestuurders hebben gemeend dat deze namen na vele eeuwen dringend aan vernieuwing toe waren. Chinatown is leuk om te winkelen. Er zijn talloze curiosa en antiekwinkeltjes en u kunt er natuurlijk ook lekker eten.

Jalan Tun Tan Cheng Lock

In de Jalan Tun Tan Cheng Lock staan twee opvallende gebouwen. Het Puri hotel, een prachtig oud, geheel gerestaureerd, patriciërshuis. Tegen een redelijke prijs kunt u er overnachten.

Rumah Belanda (het Hollandse Huis)

Aan de overzijde staat het Rumah Belanda (het Hollandse Huis), ooit de residentie van de Nederlandse gouverneur van Malakka.

Baba Nyonya Heritage Museum

In dezelfde straat bevindt zich het Baba Nyonya Heritage Museum.

Kampung Kling Moskee

Ook nog in de Chinese wijk treffen we de Kampung Kling Moskee aan. Deze is gebouwd in een speciale stijl. Het dak bestaat uit drie lagen en de minaret lijkt nog het meest op een vuurtoren. Kenners beweren dat het gebouw zowel Javaanse als Sumatraanse kenmerken vertoont.

Bukit Cina (de Chinese Heuvel)

Ten noorden van het centrum, aan de Jalan Puteri Hang Li Po, bevindt zich Bukit Cina (de Chinese Heuvel). In de 15e eeuw stuurde de Chinese Mingkeizer een van zijn dochters, Hang Li Po, als bruid naar sultan Mansor Shah van Malakka. Dat was in die tijd de gewoonte om op die manier de banden tussen twee naties aan te halen. De heuvel was een geschenk van de sultan aan zijn Chinese bruid. Haar dienaressen, 500 in getal, groeven aan de voet van de heuvel een put, zodat hun meesteres nooit zonder fris en zuiver water zou zitten. Naar verluidt viel deze put zelfs bij de grootste droogte niet droog. Naast Hang li Po’s Well staat de San Po Kong-Tempel, gewijd aan de beroemde Chinese admiraal Cheng Ho. Op Bukit Cina en de omringende heuvels is een enorme Chinese begraafplaats. Sommige graven zijn honderden jaren oud. Interessant aan Chinese graven is, dat ze de gestileerde vorm van een moederschoot hebben.

Portuguese Square

Ten oosten van de stadskern, als u aan het einde van de Jalan Parameswara de Jalan Ujong Pasir oprijdt ziet u na ongeveer 3 km aan de rechterzijde van de weg het bordje Portuguese Square. Hier heeft men in de jaren tachtig van de vorige eeuw een Portugese mercado nagebouwd. Bijna alle mensen die hier werken zijn van Portugese afkomst. U kunt hier visspecialiteiten eten en soms zijn er optredens van traditionele dansgroepen.