De Romeinse consul Caius Norbanus stichtte in 35 voor Chr. de legerplaats Norba Caesarina die in de 9e eeuw in handen viel van de Moren. Die moesten op hun beurt in de 13e eeuw wijken voor de overmacht van de christelijke legers. Kooplieden die in de koloniën schatrijk waren geworden (de ‘nieuwe rijken’ van de Middeleeuwen), drukten daarna hun stempel op de stad.

Binnen de antieke Romaanse stadswallen vloeien dan ook uiteenlopende bouwstijlen in elkaar over. Die maken een tocht door de Ciudad Vieja, de oude binnentad, tot een ware ontdekkingsreis. Je dwaalt er door schaars verlichte en met keien geplaveide straten. Schijnbaar doodlopende steegjes zijn via nog nauwere gangetjes verbonden met verborgen patio’s. Het geurt er het naar zeep en bloemen.

Een planologie van straatjes en steegjes was in de Middeleeuwen gebruikelijk als verdedigingswapen tegen indringers. De middeleeuwse sfeer van de oude binnenstad van Cáceres wordt na het vallen van de duisternis nog versterkt door het flakkerende licht van de schaarse straatlantaarns; ze geven de oude koopmanshuizen nog meer reliëf.

De benedenstad echter is modern en heeft een eigen centrum waar zich de belangrijkste openbare gebouwen en de winkelcentra bevinden. Het contrast met de oude stad is groot. De stedenbouwkundige opzet is betrekkelijk fantasieloos en nodigt nauwelijks uit tot een bezoek.

Bezienswaardigheden

Buiten de ommuurde binnenstad zijn enkele interessante kerken, kapellen en paleizen te vinden - zoals de gotische Santiago-kerk (Iglesia Santiago), het 16e-eeuwse Godoy-paleis (Palacio Godoy), en de San Juan-kerk (Iglesia San Juan) die in 15e eeuw werd gebouwd. Toch vinden veel mensen een ontspannen wandeling door het antieke stadshart van Cáceres een beter idee - zeker bij avond.

Behoort u tot die mensen, begin dan bij het begin. Dat wil zeggen op de Plaza Mayor. Aan dit opvallend langwerpige plein dat wordt omsloten door schaduw biedende arcadewoningen, staat in de westelijke hoek het gemeentehuis. Aan de zuidzijde van het plein biedt de imposante Sterrentoren (Arco de la Estrella) toegang tot de ommuurde binnenstad. Links ervan bevindt zich het VVV.

Sla na het passeren van de poort linksaf. Wanneer u de muur blijft volgen komt u uit bij het statige, in renaissancestijl opgetrokken Toleda-Moctezuma-paleis (Casa de Toleda-Moctezuma). In de Spaanse Gouden Eeuw was dit het onderkomen van de gelijknamige adellijke familie. Nu is er een van de mooiste paradors van Spanje in gevestigd.

Wanneer u de straat schuin tegenover de parador inloopt, komt u uit op de ovale Plaza Santa María, het hart van de antieke stad. Hier staat het 16e-eeuwse Bisschoppelijk paleis (Palacio Episcopal). Er tegenover het eveneens uit die tijd daterende Mayoralgo-paleis (Palacio Mayoralgo). Aan het plein vindt u ook de 16e-eeuwse gotische Santa María la Mayor-kerk (Iglesia Santa María la Mayor).

Een van de mooiste façade van het plein (en de stad) is ongetwijfeld die van het Golfines de Abajoz-paleis (Palacio de los Golfines de Abajoz). De stijl is gotisch-Moors met platereske stijlvarianten. Het gebouw is nu in gebruik als provinciehuis.

Vanaf de Plaza Santa María loopt de Calle Guesta Aldana naar de San Francisco-kerk (Iglesia San Francisco) en de collegiale kerk Luisa Carvajal (Collegio de Luisa Carvajal). Rechtdoor lopend passeert u het weinig interessante provinciaal museum en komt u uit op de Plaza San Mateo met de gelijknamige 15e-eeuwse gotische kathedraal. Aan dit plein staat ook het opvallende Windwijzer-huis (Casas de las Veletas) dat in de 12e eeuw deel uitmaakte van een Moors paleis en nu museum is.

Vlakbij de kathedraal staat het imposante Golfines de Arriba-paleis (Palacio de los Golfines de Arriba). De erachter gelegen poort, de Arco de Santa Ana, komt uit op de Plaza Hurtado. De weg die vanaf dit plein parallel aan de muur naar het noordoosten (richting stad) loopt, komt weer uit op de Plaza del General Mola, het startpunt van deze stadswandeling.

Evenementen

Jaarlijks op 2 februari vieren de Cacérianen het Fiesta de Canderlaria waar traditiegetrouw grote hoeveelheden coquillos (kokkels) worden verorberd. Fraaie folkloristische beelden leveren ook de processies op die jaarlijks van 24 tot 26 augustus in het oude stadsdeel worden gehouden.