Aragón, Catalonië en de Spaanse oostkust

Swipe

Valencia

Valencia is in grootte de derde stad van Spanje en speelt met zijn maakindustrie en overslag- en ferryhaven een belangrijke economische rol. Een grote werkgever is General Motors dat recent de productiecapaciteit heeft uitgebreid door de Fordfabriek in Gent in België te sluiten en over te brengen naar Valencia vanwege de lagere loonkosten.

De stad ligt op de rand van de vruchtbare laagvlakte die door de Río Turia van water wordt voorzien. De rivier bereikt de kust al lang niet meer dankzij de stroomopwaarts gelegen stuwdam; ook het ooit gegraven kanaal is deels drooggelegd en fungeert nog slechts als overloop.

In het milde en constante klimaat van de Costa del Azahar gedijen niet alleen de sinaasappels, maar ook van oorsprong tropische gewassen als rijst, tabak en dadels. Valencia is aangesloten op het Spaanse hogesnelheidsnet waardoor Madrid en Barcelona goed (en vooral ook snel) bereikbaar zijn.

Aan een snelle treinverbinding met Alicante wordt gewerkt. Een autoferry onderhoudt de verbinding met de Ibiza en de andere eilanden van de Balearen.

De stad was al bekend ten tijde van de Grieken en Romeinen, maar wordt toch het meest verbonden met de Middeleeuwen. En dan voornamelijk met de edelman Don Rodriqo Diaz de Vivar, in de geschiedenis beter bekend als El Cid. El Cid (‘de heer’) stond aan het hoofd van een huurlingenleger en vocht zowel vóór als tegen de Moren. Hij stierf in 1099, enkele jaren na de verovering van Valencia door de christelijke legers.

Het verhaal wil dat El Cid na zijn dood nog eenmaal tegen de Moren ten strijde trok. Zijn gebalsemde lijk werd in volle wapenuitrusting op zijn trouwe viervoeter Babieca gehezen en met het restant van zijn leger op de Moren afgestuurd. Die sloegen na deze ‘herrijzenis' definitief op de vlucht.

De economische en culturele macht van Valencia nam in de loop van de 13e eeuw toe. De stad kreeg een eigen universiteit en in 1474 werd er een van de eerste drukpersen van Spanje in bedrijf gesteld. Valencia raakte zijn voorsprong echter kwijt toen tijdens de inquisitie Moren en Joden werden verdreven en er een tekort ontstond van bekwame handwerkslieden en bankiers.

Gedurende de gehele Spaanse Burgeroorlog zetelde de democratische Volksregering in Valencia, waar ze vier maanden na de staatsgreep naartoe was verhuisd. De stad viel als laatste in handen van Franco, op 30 maart 1939.

Valencia is sinds de jaren vijftig van de vorige eeuw snel gegroeid en telt nu ca. 1.1 miljoen inwoners. In tegenstelling tot veel andere grote Spaanse steden is het karakter van de oude stad nauwelijks aangetast en kenmerkt zich door een ontspannen mediterrane sfeer. Het centrum ligt tussen de Plaza de la Virgen waaraan de kathedraal staat, en de ten zuiden daarvan gelegen Plaza del Mercado.

Aan dit laatste plein ligt de Mercado Central, de grote gezellige overdekte markt. In de nauwe en drukke straten eromheen beconcurreren officiële, doorgaans blinde ONCE-lotenverkopers elkaar. Ze hebben een vaste standplaats, meestal dicht in de buurt van hun favoriete tapasbar.

Zomers verplaatst het sociale leven zich (inclusief openlucht disco's) naar de boulevard die toegang geeft tot het strand. Op de brede Calle los Naranjos die vanuit de stad naar de boulevard loopt, gaan de sinaasappelbomen bijna schuil achter dikke rijen auto’s. De beste stranden liggen ten noorden van de haven.

In de Barrio del Carmen met als middelpunt de Plaza del Pais Valenciano, zijn de betere winkels, restaurants en hotels te vinden. Achter glimmende façades verschansen zich banken, multinationals en ministeries. Aan de overzijde van de rivier strekken zich de nieuwere stadswijken uit en ligt ook het grote stadspark Jardines del Real.

Valencia heeft toeristen met fietsambities meer te bieden van de meeste Spaanse steden waar fietsers er vaak maar bekaaid afkomen. Vooral langs de deels drooggelegde delta van de Ríu Turia kun je vanaf de boulevard prachtige tochten maken richting het binnenland.

Bezienswaardigheden

De kathedraal van Valencia heeft een lange geschiedenis. De fundamenten dateren nog uit de Romeinse tijd. Het gebouw kreeg zijn huidige vorm rond het einde van de 15e eeuw. Opvallend is de gotische zogenoemde Miguelete-toren die tussen 1381 en 1424 is opgetrokken.

In het kapittelhuis is een klein museum ingericht. Boven het altaar van de Capilla de Santo Cáliz staat sinds de 15e eeuw een met goud en edelstenen versierde kelk. De mythe wil dat het de Heilige Graal is, de beker die Christus bij het laatste avondmaal gebruikte.

Voor de Puerta de los Apostolos, de gotische deur die uitkomt op het kathedraalsplein, houdt al sinds de 10e eeuw iedere donderdag om 12 uur het Watertribunaal (Tribunal de las Aguas) zitting. Het is een leken- of volksrechtbank die snelrecht toepast tegen boeren die op de een of andere manier misbruik hebben gemaakt van de irrigatiewerken in de provincie.

Het tribunaal handelt alles mondeling af en er worden ook geen beslissingen vastgelegd. Als er geen zaken te behandelen zijn, zijn de leden van het tribunaal doorgaans even snel vertrokken als ze gekomen zijn. Maar soms is men uren aan het discussiëren.

Tegenover de kathedraal staat de ingetogen 17e-eeuwse Basiliek van Onze Lieve Vrouwe der Hulpelozen (Capilla Basílica de Virgen de los Desamparados), de beschermvrouwe van Valencia. In deze kleine en intieme kapel zijn vooral de 18e-eeuwse fresco's een bezichtiging waard.

Neem ook een kijkje in het Nationaal Keramiek Museum (Museo Nacional de Cerámica), ondergebracht in het voormalige in Rococostijl opgetrokken Palacio del Marqués de dos Aquas. Het indrukwekkende barokke portaal dat is uitgevoerd in glanzend albast, geeft toegang tot de bovenste verdiepingen waar een grote collectie porselein en keramiek is tentoongesteld. Nauwelijks mooi te noemen maar wel curieus, is de volledig met keramiek ingerichte keuken.

De voormalige zijdebeurs van de stad (Lonja de la Seda), heeft onderdak gevonden in een imposant 15e-eeuws gebouw. Het heeft een prachtige binnenplaats en zalen met gevlochten pilaren en kunstig ingelegde houten plafonds.

Een museum dat terecht veel bezoekers trekt is het Provinciaal Museum voor Schone Kunsten (Museo Provincial de Bellas Artes). De collectie bestaat uit prachtige altaarstukken en doeken van onder andere Ribera, Van Dijck, Goya en Jeroen Bosch. Van Velásquez hangt er een zelfportret. Op de tweede en derde verdieping van het museum is werk te zien van moderne Spaanse schilders.

Aardig is tot slot een bezoek aan de twee nog resterende 14e-eeuwse stadstorens van Valencia, de Serranos-torens (Torres de Serranos). In een van de torens is een klein maritiem museum gevestigd.

Evenementen

Het Las Fallas festival is een van de meest meeslepende lentefeesten van Spanje met 20 maart (begin van de lente) als hoogtepunt. Dan worden metershoge carnavaleske poppen van papier-maché in brand gestoken. Elke wijk maakt zijn eigen ninots, praalstukken, waarmee veelal de spot wordt gedreven met lokale politieke of maatschappelijke kwesties. Gedurende de week voorafgaande aan deze apotheose zijn er verschillende andere festiviteiten, van bloedige stierengevechten en uitbundig vuurwerk tot devote processies, lokale straatfeesten, parades, openluchtconcerten en paella-kookwedstrijden.

Gedurende het festival worden de bewoners in de wijken om 8.00 in de ochtend gewekt met vuurwerk. Daarbij paraderen muziekbands door de straten en lijkt elke vorm van geluidsoverlast geoorloofd. s ’Middags vindt in de wijken een soort generale repetitie plaats voor het grote feest dat op de eerste dag van de lente op het stadhuisplein wordt gehouden, de Plaza de L’Ajuntamient. Hier vindt ook de jaarlijkse competitie plaats van de mooiste vuurwerkshow. www.fallas.com.

10 prachtige bestemmingen in Valencia en Spanje