Niet lang daarna werd bij het klooster een nederzetting gesticht. Deze werd Teplice genoemd, naar het warme water (teply), dat een temperatuur van rond de 40 °C had. Het klooster werd in 1426 door de hussieten verwoest. Ruim een eeuw later werd op de ruïnes van het klooster een slot neergezet. De stad nam als kuuroord een steeds belangrijkere plaats in. In 1879 droogden de bronnen plotseling, zonder aanwijsbare reden op. De bronnen werden pas na enige tijd met veel moeite weer teruggevonden.

Diverse bekende en hooggeplaatste personen zochten te Teplice rust en genezing. Ook politieke gebeurtenissen vonden hier plaats. Vanaf 1813 diende Teplice als hoofdkwartier voor de Heilige Alliantie, een politiek bondgenootschap tegen Napoleon. De alliantie was ondertekend door tsaar Alexander I van Rusland, keizer Franz I van Oostenrijk en koning Friedrich Wilhelm III van Pruisen.

Tsaar Alexander woonde in dat jaar enige tijd in de stad, in het huis ‘bij de oude post’, aan het plein Zámecká Námestí. In de stad is ook de in veel plaatsen aanwezige pestzuil present. De beroemde beeldhouwer Matthias Braun heeft deze drievuldigheidszuil in 1718 gemaakt. Vlak bij het slot staat de Decanaatskerk uit de twaalde eeuw. Het godshuis werd in de achttiende eeuw in de barokstijl verbouwd.

Teplice ligt in het noordwesten van Bohemen, tegen de grens met de voormalige DDR. De stad heeft nogal te lijden gehad van de milieuvervuiling door de zware industrie in de omgeving. U merkt dit al als u door de voorsteden van Teplice komt, veel mensen hebben de stad vanwege de ongezonde lucht verlaten.