Nepal

Swipe

De beste tijd voor een trektocht

De moesson (juni tot en met september)

De maanden juni, juli, augustus en september worden beheerst door de moesson. Door de regen die dan valt, zijn de trails gevaarlijk glad en eigenlijk geheel onge-schikt voor een trektocht. Gedurende de moesson rukken ook de bloedzuigers op; op de trails wordt men dan belaagd door honderden van die beestjes die een mens het leven behoorlijk zuur kunnen maken. In de moessonperiode is de lucht heel vochtig en wordt het zicht bemoeilijkt door nevel, mist en laaghangende bewolking. Overal stuit men op ondoorwaadbare rivieren en men loopt voortdurend gevaar door een grondverschuiving te worden bedolven. Het is dus heel onverstandig om tijdens de moesson een trektocht te gaan maken. Er is één mogelijkheid om ook tijdens de zomer, dus de moessonmaanden, een trektocht te maken. De hooggelegen valleien ten noorden van de Himalayaketen blijven ook dan droog, omdat ze onbereikbaar zijn voor de moessonregens. Daar kan men prachtige tochten maken door bloemrijke valleien. Deze streken zijn dan echter alleen per vliegtuig te bereiken. Zo’n trektocht kan het beste worden geregeld via een van de genoemde trekking-agentschappen. Een goede mogelijkheid is een (dure) trektocht in het nationale park Shey Phoksundo (Dolpo-trektocht).

Oktober en november

Een trektocht door Nepal kan het beste worden gepland tussen begin oktober en eind mei. De allerbeste tijd voor een trektocht in Nepal valt in de maanden oktober en november. De moesson is voorbij, de lucht is opgeklaard, de hemel prachtig blauw en onbewolkt, waardoor men een fantastisch mooi uitzicht heeft op de hoog-ste bergtoppen ter wereld. De moesson eindigt niet precies op 1 oktober en dus moet u ook de eerste twee weken van oktober rekening houden met wisselvallig weer.

December, januari en februari

In december, januari en februari kan het, vooral ’s nachts, behoorlijk koud worden. Pas na circa tien uur in de ochtend wordt het warmer en dan kan de temperatuur tot circa 25 ºC in Kathmandu en circa 30 ºC in Pokhara stijgen. Op grotere hoogte, boven de 3000 meter, kan het behoorlijk vriezen (-15 ºC). Soms sneeuwt het. In januari pakt Nepal soms wat van de wintermoesson mee en dan kan het wel eens regenen. Op zulke regenachtige dagen zijn de trails wat minder gemakke-lijk begaanbaar en dan moet men in elk geval zorgen voor een regencape met ‘rugzakbult’ of een regenjas en een waterdichte beschermhoes voor de rugzak. Maar in dit deel van het jaar kan de lucht, vooral in de vroege ochtenduren, ongelooflijk helder worden en op sommige punten zal de Himalaya zich dan over een afstand van ruim 400 km voor de toeschouwer ontvouwen. Men heeft dan een onvergetelijk uitzicht, dat reikt van de Annapurna tot de Mount Everest. Deze maanden zijn dus ook goed geschikt voor het maken van trektochten, vooral wanneer men zich beperkt tot gebieden die wat minder hoog (tot ongeveer 3000 m) liggen. Bovendien is het in deze maanden aanzienlijk rustiger op de bergpaden in vergelijkbaar met de maanden oktober en november.

Eind februari en maart

Eind februari of begin maart begint in Nepal de lente. In maart zijn de heuvelruggen bedekt met exotische wilde bloemen en boven de 1800 meter staat de nationale struik van Nepal, de rododendron, in volle glorie te bloeien. Voor natuurliefhebbers is dit een goede maand voor een tocht. Het zicht is nog goed, hoewel het eind maart al iets neveliger wordt. Op grote hoogte valt er in maart vaak veel sneeuw. April en mei In april en mei is het meestal behoorlijk warm in Nepal en in de lagergelegen gebieden (lager dan 1200 m) is het eigenlijk al te warm om te trekken. (Bedenk echter dat Kathmandu op een hoogte van circa 1300 m ligt). De bergtoppen zijn vaak verborgen achter wolkenmassa’s. Maar dit is wel de periode waarin expedities naar de hoge Himalayapieken worden uitgevoerd, want het is de beste tijd om te klimmen. In de boven de 2500 m gelegen gebieden is het zicht op de bergtoppen uitstekend en de temperatuur blijft ’s nachts zeer behaaglijk.

10 prachtige bestemmingen in Nepal