Spanje

Swipe

Nationaal Park Doñana

Een soortgelijk park als dat van Tablas de Daimiel - maar dan vele malen groter - is het Nationaal Park Doñana. Het park ligt in het zuiden van Andalusië, niet ver van Sevilla, aan de Golf van Cadiz.

Doñana omvat een uitgestrekt wetland rond de delta van de Guadalquivir-rivier en is in zijn soort het grootste natuurgebied in Europa. Het is ook het belangrijkste vogelreservaat van het continent - voor veel Europese en Afrikaanse trekvogels als eenden, ganzen, lepelaars, ooievaars, reigers, bijeneters, steltlopers en futen, is het de laatste foerageerplaats voor de oversteek naar Afrika.

Vermaard onder vogelliefhebbers is de grote kolonie flamingo’s. Op initiatief van Prins Bernhard is de kolonie ooit door het Wereld Natuur Fonds geadopteerd.

In mei 1998 werd de benedenloop van de Guadalquivir die het park van zoet water voorziet, getroffen door een ernstige vervuiling als gevolg van een dambreuk in een afvalreservoir van de stroomopwaarts gelegen pyrietmijn bij Aznalcollar.

Er is nog altijd weinig bekend over de schade die het kwetsbare ecosysteem van het park daardoor heeft opgelopen. Wel is veel landbouwgrond langs de bovenloop van de rivier voor decennia onbruikbaar geworden.

Het Nationale Park Doñana beslaat een oppervlakte van 51.000 ha en bestaat naast uitgestrekte marismas (brakke moerassen), schorren en lagunes, uit stuifzandduinen, pijnboombossen, grassteppen, heidevelden en zoutpannen.

Water van de Atlantische Oceaan dringt tweemaal per etmaal diep de delta binnen en overspoelt de slikken en schorren. Bij eb vallen de gronden weer droog zoals wij dat in Nederland van de Wadden kennen en in de Westerschelde. In het voorjaar, als de Guadalquivir-rivier grote hoeveelheden smelt- en regenwater aanvoert, staat het noordelijke deel van de delta maandenlang een halve meter onder water. ‘s Zomers wringt de zon al het water uit het gebied en ontstaat een steppeland dat wordt afgewisseld door moerassen. Dit is ook de tijd dat er veel muggen zijn.

De hoger gelegen delen van het park bestaan uit vroeger drooggevallen platen. Nu bieden kromme kurkeiken schaduw aan mager gras waarop roodbruine koeien grazen, gehoed door de laatste Spaanse cowboys.

Het lage kreupelhout op de vlakten vormt het leefgebied van de Iberische lynx, de mangoes, het dam- en edelhert en het everzwijn. Dit is ook het jachtgebied van de keizersarend. In het verleden zijn er in Doñana apen (afkomstig uit Gibraltar) en dromedarissen (uit Marokko) uitgezet, maar beide diersoorten zijn daarna niet meer gesignaleerd. Behalve door de Engelse reisjournalist Penelope Casas. In haar in 1992 verschenen boek Discovering Spain beweert zij een jaar eerder nog een woestijnschip te hebben gezien.

De vrij toegankelijke kuststrook van het nationale park bestaat uit de vermaarde Afrikaanse stuifzandduinen of ‘wandelende duinen’. Onder invloed van de oceaanwind veranderen ze voortdurend van plaats en vorm - per jaar schuiven ze meer dan zes meter landinwaarts. Dat leidt tot een fascinerend verschijnsel dat corrales wordt genoemd: als de zandgrens groepjes pijnbomen bereikt, raken die geleidelijk onder het zand bedolven en sterven vervolgens af. U vindt hier mooie, brede stranden. De stranden zijn bereikbaar vanaf de A-494 die vlak achter de kust door een prachtig landschap loopt, richting Huelva. Komt u vanuiut Huelva, neem dan de N-442 en vervolgens de A-494, richting de badplaats Matalascanas.

Bezoek aan het park

Het Nationaal Park Doñana wordt gerund door een coöperatie, Cooperativa Marismas del Rocío. Staf en medewerkers en hun familie wonen als enigen op het park.

Doñana is het hele jaar toegankelijk en de vijf bezoekerscentra zijn het hele jaar geopend. Het meest centraal gelegen Centro de Visitantes is La Rocina in het toeristische dorp El Rocío. Vanuit El Rocío naar het westen ligt Palacío del Acebrón; naar het zuiden, langs de doorgaande A-483 naar de kust, ligt El Acebuche. Met El Rocío als uitgangspunt, vindt u in oostelijke richting bezoekerscentrum José Antonio Valverde. Tot slot is er op de grens van de provincies Huelva en Gádiz, bij het stadje Sanlúcar de Barramed, een bezoekers- en informatiecentrum: Fábrica de Híelo.

Parkwachters verzorgen vanuit La Rocina en El Acebuche excursies, onder andere per 4x4 busjes. De duur varieert van 3,5 tot 5 uur. Vertrektijden: 15 sept. t/m 30 april: 08:00 u. en 's middags (tijd optioneel). 1 mei t/m 14 sept: 08:00 u. en 's middags (tijd optioneel). Prijs varieert pp. van €28,00 ('Visita Clásica') tot €38,00 (Visita Especial') al naar gelang de groepsgrootte en duur van de excursie. Kinderen onder de 10 resp. €14,00 en €20,00. Betaling: uitsluitend contant. In voor- en najaar wordt doorgaans alleen vanuit La Rocina geopereerd. www.donanavisitas.es.

De excursie gaat deels over voor het publiek afgesloten zandwegen, en over smalle, maar openbare verharde wegen. Vanuit El Rocío gaat het in oostelijke richting naar het bezoekerscentrum José Antonio Valverde (open van 10:00 - 20:00 u, N37.074391 - W06.377480) met goede koffie, maar smerige toiletten. Verwacht van de excursies niet te veel als het om de beroemde Iberische Lynx gaat die u op billboards in de omgeving van El Rocío als lokkertje venijnig aankijkt; ze laten zich in werkelijkheid zelden zien. .

Vanuit het bezoekerscentrum in de meest zuidelijke punt van het park, Fábrica de Hielo bij Sanlúcar de Barrameda, worden de excursies per boot uitgevoerd. Voor een bezoek aan het vogelreservaat dat binnen de grenzen van het park ligt, moet vooraf een afspraak worden gemaakt. Tel: +34 959430432. De beste tijd voor een bezoek aan het park is september-oktober als de trekvogels vanuit Noord-Europa arriveren.

Vermijd Pinksteren. Dan vindt namelijk ter ere van Nuestra Señora del Rocío (Heilige Maagd van de Dauw) de beroemde en tevens beruchte bedevaart van El Rocío plaats. Tenzij u speciaal voor dit even ement naar Doñana komt. Dit ooit diep religieuze feest is volledig vercommercialiseerd. Het trekt jaarlijks meer dan één miljoen bezoekers uit alle delen van Spanje die het park voor een paar dagen onbereikbaar maken.

Wandelen

In Doñana kun je prachtig wandelen. Er zijn vanuit de bezoekerscentra verschillende routes uitgezet die o.a. langs vogelobservatieposten voeren en langs de kust met zijn spectaculaire 'wandelende' duinen.

Waar verblijven?

El Rocío telt één grote, geometrisch ingerichte en weinig schaduw biedende camping en verschillende hostals en hotels. Meer campings en hotels vindt u aan het eind van de A-483 die vanaf El Rocío naar het zuiden loopt, naar het aan de kust gelegen mini-Benidorm Matalascañas, of de zomers en in de weekenden niet minder drukke badplaats Torre de la Higuera.

10 prachtige bestemmingen in Spanje