Oost-Tirol

Swipe

Flora

Het is nauwelijks te bevatten hoe het mogelijk is dat de flora zo uitbundig is. Een bloeiende alpenweide doet vanwege de vele kleuren of het harde geel bijna pijn aan de ogen. Ongeacht in welk jaargetijde u Oost-Tirol bezoekt: er bloeien bloemen tot op zeer grote hoogte, waar mossen de op het oog kale bergen rood, oranje en geel kleuren. Edelweiss en alpenrozen, bekend uit vele Oostenrijkse schlagers zijn niet in de eerste plaats de bloemen die gezocht worden. Alpenrozen vindt men volop tegen de berghellingen, met edelweiss ligt dat wat moeilijker, de bloem wordt zeldzamer en zeldzamer en u moet al veel geluk hebben wilt u de karakteristieke bloem op een bergwandeling opmerken. Misschien is hij wel weer op de terugreis naar zijn oorspronkelijke gebied: het 10.000 kilometer verderop gelegen Himalaya gebergte. Dikwijls vindt u de bloem dan weer wel op uw hotelkamer, maar ja, er is wilde en tamme edelweiss.

De meeste bloemen zijn beschermd, u mag ze dus niet plukken en als u de verleiding toch niet kunt weerstaan is de teleurstelling vaak groot. Voordat de wandeling beëindigd is, is de bloem die normaal gesproken nog weken in bloei zou hebben gestaan als u er afgebleven was, al verdord. Bovendien moet u wel weten wat u plukt. Er komen giftige bloemen voor in de bergen, sommige zijn zelfs zeer giftig. Het loont de moeite om bij de lokale toeristenorganisatie een boekje of vouwblad te halen waarin de bloemen, bomen en dieren die u op uw wandeling kunt tegenkomen beschreven zijn. De informatie is vaak zeer uitgebreid, er zijn afbeeldingen en het geeft u de mogelijkheid om ten volle te genieten van de natuur. Van de hoog opgaande hardgele boterbloem op de alpenweiden tot de hemelsblauwe stengelloze gentiaan hoog in de bergen, ze zijn allemaal interessant als u zich er een klein beetje in wilt verdiepen.

Op zekere hoogte houden de bomen op te bestaan. We noemen dat de boomgrens en u vindt deze op een hoogte van 1.600 tot 2.000 meter. De boomgrens vormt geen kaarsrechte lijn maar is vaak zeer grillig, afhankelijk van de plaats waar de bomen groeien. Staan ze op een beschutte plaats dan groeien ze hogerop dan wanneer ze vol in de wind op een open plek staan. Bovendien houdt de bomengroei niet abrupt op, de bomen worden struiken, de struiken gaan uiteindelijk over in grassen en mossen, maar dan bent u aardig omhoog gegaan. Elke vegetatiezone heeft z'n eigen aardig- en eigenaardigheden. De belangstelling ervoor hoeft niet eens diepgaand te zijn om er een boeiend tijdverdrijf aan over te houden. In de dalen treft u op sommige plaatsen geweldige eiken- en beukenbossen met alle planten en dieren die daarin thuishoren, wat hogerop gaat de begroeiing over in beuken- en sparrenbomen. Boven de 1.000 meter vindt u nog uitsluitend sparren, nog hoger groeit de lariks, de alpenpijnboom vormt ongeveer de top van het bomenbestand.

10 prachtige bestemmingen in Oost-Tirol