Iedere donderdagochtend vanaf 6.00 uur verhandelen de bedoeïenen hun produkten op de kleurrijke bedoeïenenmarkt. De handelswaar bestaat onder andere uit kamelen, ezels, schapen, geiten, aardewerk, koperwerk, kleden en meubilair. De bedoeïenenmarkt wordt in de Oude Stad gehouden, gelegen ten zuidwesten van het busstation en het toeristeninformatiekantoor. Dit stadsdeel werd oorspronkelijk door de Turken gebouwd. Nog steeds staan er een aantal Turkse gebouwen, waaronder de bron van Abraham die direct ten zuiden van de markt ligt, aan de oever van de wadi Beersheva. Volgens de overlevering is dit de ‘bron van de eed’. Natuurlijk is het mogelijk dat dit de bron van Abraham is, het gerestaureerde gebouw werd echter in de Turkse tijd opgetrokken. In de Oude Stad kunt u in een voormalige moskee het stadsmuseum bezoeken. In het museum (Negevmuseum; geopend: zondag en maandag van 8.00 tot 14.00 uur, dinsdag van 8.00 tot 13.00 uur, woensdag en donderdag van 8.00 tot 17.00 uur, vrijdag van 8.00 tot 13.00 uur, zaterdag van 10.00 tot 13.00 uur) liggen bodemvondsten uit de regio tentoongesteld. Opmerkelijk zijn 6000 jaar oude voorwerpen die men in grotten langs de wadi Beersheva heeft gevonden. Uit de vondsten blijkt dat hier toen al mensen woonden die in de omgeving hun geiten en schapen lieten grazen. Vanaf de minaret heeft u een goed zicht op de stad en haar omgeving. In de kunstenaarswijk van de Oude Stad kunt u kunstgaleries bezichtigen.

De Nieuwe Stad

Het noordelijk deel van de stad staat bekend als de Nieuwe Stad. Dit deel van de stad is voor het grootste deel na de onafhankelijkheid gebouwd. Hier werd in 1957 de universiteit Ben-Gurion gebouwd en het daarmee verbonden onderzoeksinstituut voor irrigatie en ontzilting van zeewater. Het natuurkundig laboratorium houdt zich bezig met het bestuderen en ontwikkelen van systemen op het gebied van de winning van energie uit zonnewarmte. Tegenover het universiteitsterrein ligt het Soroka Medical Centre, een modern regionaal ziekenhuis (600 bedden). Op een heuvel ten noordoosten van het treinstation (langs de weg naar Hebron) staat het Monument voor de gevallenen van de Negev Brigade (Andartat Khativat Hanegev) van de bekende in Tel Aviv geboren beeldhouwer Dani Karavan. Dit legeronderdeel veroverde in 1948 tijdens de operatie ‘de tien plagen’ de stad op het Egyptische leger.

Tel Beersheva

Op een afstand van 6 km ten oosten van de stad ligt de ruïneheuvel Tel Beersheva. Hier heeft men de resten van het voormalige Beersheva gevonden. Opgravingen in 1969 brachten overblijfselen van huizen, versterkingen en een waterleidingsysteem aan het licht.

Het nationale park Eshkol

Op een afstand van 28 km ten noordwesten van Beersheva ligt het nationale park Eshkol (Eshel Na Hasi). Hier kunt u het opgravingsterrein bezichtigen of een duik nemen in het natuurlijke zwembad.

De kibboets Lahav

Ca. 21 km ten noorden van Beersheva, op de grens met de westelijke Jordaanoever, ligt de kibboets Lahav temidden van de gelijknamige bossen en heuvels. In de nederzetting staat het Bedoeïenenmuseum Joe Allon (The Museum of Bedouin Culture; geopend: zaterdag t/m donderdag van 9.00 tot 16.00 uur, vrijdag van 9.00 tot 14.00 uur; informatie tel. 07-9918597). In dit bezienswaardige museum kunt u kennismaken met alle aspecten van het leven van de bedoeïenen. Nomaden uit de Negev- en de Sinaïwoestijn hebben gebruiks- en kunstvoorwerpen aan het museum geschonken. Het museum geeft een goed en volledig overzicht van het leven van dit zwervende herdersvolk; in een traditionele bedoeïenentent kunt u koffie of thee drinken. In een kleine botanische tuin worden planten en kruiden gekweekt ten behoeve van medicijnen en parfums. Het museum is vernoemd naar Joe Alon, een man die veel voor dit gebied en zijn bewoners gedaan heeft. Tijdens zijn werk als luchtmachtattaché in Washington werd hij vermoord door terroristen.

Vanaf het dak van het museum heeft u een goed zicht op de beboste Lahav-heuvels in de omgeving. Meer informatie over de bedoeïenen kunt u vinden in het hoofdstuk ‘Bevolking’.

Beer Shema

Ongeveer 30 km ten westen van Beersheva, langs de weg die Ofaqim met Tseelim (Zeelim) verbindt, liggen de resten van de stad Beer Shema (Birsama). Tijdens het ploegen stuitten boeren uit dit gebied op onregelmatigheden in de bodem. Nader onderzoek wees uit dat het de overblijfselen van een klooster waren. Tijdens de opgravingen legden de archeologen de fundamenten van een kerk bloot. In deze kerk bleek een schitterende mozaïekvloer te liggen. Het mozaïek meet 5 bij 9 meter en is bijna ongeschonden onder het zand vandaan gekomen. De stijl van het mozaïek is typerend voor de 6e en 7e eeuw n. Chr. Bijzonder zijn de kleine stenen die de kunstenaar heeft gebruikt. Ieder steentje meet 0,3 tot 1 cm, dat wil zeggen dat hij 10.000 tot 30.000 gekleurde steentjes per vierkante meter gebruikte. Het mozaïektapijt bestaat uit vijfenvijftig medaillons die door wijnranken met elkaar verbonden zijn. In de medaillons verschijnen figuren van mensen, dieren en voorwerpen.