Galicië en de Cantabrische kust

Swipe

Valladolid

Valladolid rijst met zijn moderne buitenwijken weinig uitnodigend op uit de kale hoogvlakte. Je bent geneigd op de vlak langs de stad lopende Autovia de Castilla te blijven rijden en haar links te laten liggen. 

Maar wandelend door de gezellige winkelstraatjes rond de Plaza o Redondo, of zittend in de welkome schaduw van de mooie overwelfde Plaza Mayor, stelt de stad zeker niet teleur.

Het oude stadsdeel wordt in het westen van de soms nadrukkelijk aanwezige industrie gescheiden door de Río Pisuerga. Deze vloeit in de noordelijke buitenwijken samen met de Río Esquera en het Canal de Castilla.

De stad ligt midden in wat wel de 'graanschuur van Spanje' wordt genoemd, de Terra de Campos. 

Na de stad op de Moren te hebben veroverd, liet koning Alfons Vl van Spanje in 1074 de puinhopen van Valladolid aan graaf Pedro Ansurez. Zijn nazaten bouwden de stad in de Middeleeuwen uit tot een van de machtigste aristocratische bolwerken van het Spaanse koninkrijk Castilië.

Een positie die extra gewicht kreeg door het huwelijk tussen Ferdinand en Isabella dat eind 15e eeuw in de stad werd gesloten. In het begin van de 17e eeuw werd Valladolid door Filips lll zelfs korte tijd tot hoofdstad van Spanje gebombardeerd.

Tijdens de historische veldslag om de stad in juni 1808 tussen Napoleontische troepen en de vanuit het westen oprukkende Engelsen, werden desastreuze gaten geschoten in de tot dan toe schilderachtige antieke binnenstad. De open plekken in deze op Madrid na grootste stad van het Spaanse Hoogland, zijn opgevuld met 19e- en 20e-eeuwse architectuur die zelden met het oude stadsbeeld harmonieert. Hierdoor staat de nog resterende monumentale erfenis er wat verloren bij en komt soms zelfs ernstig in de verdrukking.

Valladolid telt ca. 312 duizend inwoners en is na Madrid het belangrijkste economische centrum van de hoogvlakte. Het 207 km lange Canal de Castilla zorgde in de 18e en 19e eeuw voor een economische impuls totdat de spoorweg die taak over nam. Van levensbelang is de auto-industrie met fabrieken van Renault, IVECO en Michelin. Doordat de loonkosten in Spanje ten opzichte van Frankrijk en Italië tientallen procenten lager liggen, kan deze industrietak zich in Spanje redelijk handhaven.

Bezienswaardigheden

Aan de Plaza de la Universidad die enkele straten ten oosten van de Plaza Mayor ligt, staat de nimmer voltooide kathedraal. In 1585 is bouwmeester Juan de Herrera in opdracht van Filips ll met de constructie begonnen op de plaats van een 13e-eeuwse kerk; de fundamenten van de kathedraal dateren dan ook uit die tijd.

Na de dood van de koning in 1598 is de bouw stilgelegd. Alberto Churriguera voltooide de kathedraal in de loop van de 17e eeuw in barokstijl. Ook in de 18e eeuw is er nog aan gewerkt, maar het is nooit geworden wat Herrera er zich op papier van had voorgesteld. Het ingetogen en sobere interieur sloot meer aan bij zijn oorspronkelijke ideeën. Mooi is het altaarstuk dat Juan de Juni in 1572 voor de kerk maakte.

Achter de kathedraal staat de voor sommigen mooiere, maar in ieder geval elegantere Santa María la Antigua-kerk (Iglesia Santa María la Antigua). De kerk is in een Romaans-gotische stijl opgetrokken in het begin van de 14e eeuw. Ook hier is het altaarstuk van de meesterhand van Juan de Juni.

Aan de oostzijde van de Plaza de la Universidad, tegenover de kathedraal, staat het gebouw van de universiteit (universidad). Het is een schepping van de leerlingen van Churriguera, de gebroeders Tomé. Het gebouw dateert uit het begin van de 18e eeuw en werd na te zijn beschadigd tijdens de Spaanse Burgeroorlog (1936-39) volledig gerestaureerd.

Niet ver van de universiteit, aan de Calle Colón, staat het huis van Columbus. De van oorsprong Italiaanse ontdekkingsreiziger stierf hier in 1506 op 55 jarige leeftijd onder zeer behoeftige omstandigheden. Er is nu een klein museum in gevestigd.

Ten noorden van de kathedraal, in het hart van een spinnenweb van straten en steegjes, staat de Collegiale kerk van San Gregorio (Colegio de San Gregorio). De kerk is laat-gotisch (eind 15e eeuw) en heeft een opmerkelijke façade. Belangrijker dan de buitenkant is het erin ondergebrachte Nationaal Museum voor Religieuze Cultuur (Museo Nacional de Escultura Religiosa). Het is een in Europa toonaangevend museum op het gebied van religieuze kunst uit vooral de 13e tot 15e eeuw.

Alleen al aan de 16e-eeuwse Spaanse schilder Alonso Berruguete zijn hier drie zalen gewijd. Maar er zijn ook schitterende relikwieën te zien uit de prehistorie, de tijd van de Visogoten, de Romeinen en de Moren. Regelmatig worden ook de pasos getoond, de kostbare religieuze beelden die tijdens de Heilige Week worden rondgedragen.

Tot slot is er een aardig museum gewijd aan de legendarische Spaanse schrijver Cervantes (1547-1616) die enige tijd in Valladolid heeft gewoond en gewerkt. Cervantes schreef de wereldberoemde roman ‘De vernuftige edelman Don Quichot van La Mancha’. Het eerste deel verscheen in 1605, het tweede in tien jaar later.

Het boek wordt beschouwd als een van de eerste geschreven romans in een moderne Europese taal. Het vertelt de opmerkelijke en soms hilarische avonturen van een oude edelman die vergezeld van zijn dienaar Sancho Panza als dolende ridder over het Spaanse platte land trekt en vooral vecht tegen windmolens. De Casa de Cervantes staat in de buurt van het schaduwrijke stadspark Campo Grande waar Columbus vanaf zijn sokkel gedachteloos voor zich uitstaart.

Evenementen

Indrukwekkende zijn de jaarlijkse processies op Goede Vrijdag. Ze worden voorafgegaan door langdurig en monotoon tromgeroffel. Jaarlijks in april wordt er in Valladolid een Internationaal filmfestival gehouden. Valladolid heeft bij dierenrechtenorganisaties een slechte naam. Evenals in het nabijgelegen Tordesillas, vindt in Vallodalid op feestdagen de omstreden Toro de la Vega plaats, waarbij het stierenvechten uitmondt in een complete slachtpartij.

10 prachtige bestemmingen in Valladolid en Spanje