Bariloche
‘Zwitserland en Oostenrijk’ in Argentinië
Bariloche is de belangrijkste en grootste stad van het merengebied, gelegen aan het Nahuel Huapi meer. ‘Dit is de poort naar een van de mooiste streken van de wereld’, zo wordt de stad in de brochures aangeprezen want het wordt omringd door het nationale park Nahuel Huapi, een van de mooiste parken van Argentinië.
Het is na Buenos Aires de meest bezochte stad van het land. Eigenlijk heet de stad San Carlos de Bariloche, maar iedereen heeft het over Bariloche. De stad telt ruim 100.000 inwoners en wordt ook wel ‘Klein-Zwitserland’ genoemd, vanwege zijn typische Zwitserse uitstraling. Ik zou bijna willen zeggen: welkom in het Zwitserland van Zuid-Amerika!
Bariloche is ruim 100 jaar oud. De eerste huizen werden in 1895 gebouwd. Eens woonden hier de Puelches-indianen. Zij waren vrij oorlogszuchtig en dat hebben de eerste blanken, de jezuïeten, wel gemerkt. Dezen waren via Chili over het Andesgebergte halverwege de 17de eeuw hier gekomen. Onder leiding van pater Mascardi werd er een missiepost gebouwd, maar al na enkele jaren werden zij verjaagd, gemarteld of gedood. Vanaf die tijd durfde geen blanke meer hier te komen. Tot 1876 kwam er sporadisch nog wel eens een expeditie, maar toen kwam Perito Francisco Moreno. Hij was door de regering gestuurd om deze streek in kaart te brengen, want generaal J. Roca had dit hele gebied veroverd op de indianen en ingelijfd bij de grootgrondbezitters (de regering). Hij kreeg voor zijn inspanningen een stuk land cadeau van de regering, dat het eerste nationale park zou gaan worden van Argentinië, Nauhel Huapi.
Zodoende kwamen de eerste Europeanen, voornamelijk Duitsers en Zwitsers, zich in dit gebied vestigen. Het was de Duitser Karl Wiederhold die vanuit Chili hier als eerste in 1895 kwam. Zijn huis stond aan de wat nu Av. Juan de Rosas heet, tussen hotel El Candil en Casa Tulzauer.
Karl Wiederhold had er een kruidenierszaakje dat ‘La Alemana’ heette. Bariloche komt van de Mapuche-taal: Variloche, dat betekent ‘mensen van de andere kant van de bergen’. Maar de stad werd pas officieel gesticht op 3 mei 1902.
Toen in 1934 Bariloche een treinverbinding kreeg met Buenos Aires ging de uitbreiding in een stroomversnelling. In 1947 telde de stad nog maar 6.000 inwoners en in 2007 kwamen al meer dan 800.000 toeristen Bariloche bezoeken! De beroemde Argentijnse architect A. Bustillo heeft met zijn Alpen-architectuur (de Argentijnen noemen het ‘estilo Andino’) een grote stempel gedrukt op de architectonische uitstraling van deze stad. Om nog meer een Alpen-gevoel te krijgen, zijn de Zwitsers en Noord-Italianen in Bariloche met een grote chocolade-industrie begonnen. Tientallen chocoladewinkels zie je in de stad met enorme etalages waar allerlei soorten en vormen van chocolade te zien zijn. De winkel van Turista is de grootste. Daar moet je zeker even naar binnen wandelen. Ook wat het eten betreft, zie je veel gerechten uit Zwitserland en Duitsland. Zuurkool met worst, kaasfondue, hertenvlees en wildzwijngerechten staan bij veel restaurants op de menukaart. Dan moet je ook nog de interieurs van deze restaurants zien. Allemaal Alpen-decors zoals plafonds met houten balken, Wilhelm-Tellachtige schilderijen omringd door geweien aan de muur, van die ‘vrolijke’ hoedjes met een veer en serveersters gekleed in wijde gebloemde rokken en witte schorten!
Het centrum van de stad ligt direct aan het Nahuel Huapimeer. Daar vind je ook alle grote hotels, restaurants, shoppingcentra en het uitgaansleven. Na een paar straten gaat de stad vrij snel omhoog en is het klimmen geblazen. Hier vind je de residenciales en hospedajes en waar ook inwoners van Bariloche wonen. Het is er goedkoper en rustiger, maar ondanks het feit dat je hoog zit heb je geen goed uitzicht over het meer, want de stad is voor je neus met (lelijke) hoge flats volgebouwd. Dus om die reden naar boven wandelen hoeft niet. Er loopt een grote boulevard, de Av. 12 de Octubre, langs het meer, vanwaar je wel een prachtig zicht hebt over het meer en de omgeving, die vooral uit bossen en besneeuwde bergtoppen bestaat.
De twee belangrijkste winkelstraten zijn Calle Bartolomé Mitre en parallel Calle Perito Moreno. Deze twee straten komen uit op Plaza Independencia, waar geheel in Alpen-stijl het Centro Cívico staat. Daar vind je o.a. het toeristenbureau.
Calle Perito Moreno en Av. J. de Rosas komen buiten het centrum tezamen, waar het dan Av. Bustillo heet en doorloopt naar Puerto Pañuelo: het vertrekpunt van de catamarans over de meren. Langs deze Avenida Bustillo liggen veel chalets, bungalows (cabañas), campings en openluchtrestaurants.
Te midden van dennenbomen, cipressen en op tientallen meters van je vandaan het meer Nahuel Huapi. Als je hier geen vakantiegevoel krijgt, dan zou ik verder dit hele hoofdstuk maar overslaan en een ander gebied gaan bezoeken. Ik raad je aan om in Bariloche zeker enkele dagen te blijven, vanwege de schitterende omgeving en goede excursies. Daarom zal ik wat uitgebreider de stad beschrijven en een overzicht geven van de belangrijkste excursies.
Wandelen langs chalets, chocoladewinkels, en ’s avonds (kaas)fondue eten
De start is bij Plaza Independencia, het centrale plein van de stad. Voor driekwart wordt het omringd door het Centro Cívico en aan de andere kant heb je een mooi gezicht over het meer. Centro Cívico bestaat uit een informatiecentrum, hoofdbureau van politie, een museum en het stadhuis. Elke dag om 12 uur speelt het carillon van het stadhuis en gaat in de toren een luik open waar houten beelden van een missionaris, een indiaan, een gaucho en een ridder te voorschijn komen. Je moet alleen maar gaan kijken als je toevallig om 12 uur in de buurt bent, want zo’n happening is het ook weer niet. Het museum is, als je geïnteresseert bent in de geschiedenis van de stad en indianen in deze streek, zeker interessant om te bezoeken. Er is een grote collectie handwerk en voorwerpen van de indianen, die hier meer dan honderden jaren geleden hebben gewoond. Met de foto’s, die er hangen krijg je een goede indruk van de eerste pioniers, die zich hier vestigden.
Open van di. t/m vr. van 10-12.30 en van 14-19 uur. Za. van 10-13 uur. Zondags gesloten.
Je ziet ook op het plein st.-bernardshonden rondlopen met houten tonnetjes om hun hals met namen erop als Mozart, Beethoven en Bach. Je kunt je laten fotograferen met een van die honden.
Midden op het plein staat het standbeeld, nu eens niet van generaal San Martín, maar van generaal Julio A. Roca.
De gebouwen van het Centro Cívico zijn een ontwerp van E. de Estrada, een Argentijnse architect en collega van A. Bustillo, die hiermee nationale faam heeft gekregen. Het Centro werd gebouwd in 1940 en de Estrada heeft zich laten inspireren door de stad Bern.
Deze gebouwen zijn een goed voorbeeld wat hier de estilo Andino wordt genoemd. Elke keer dat ik hier ben verwonder ik me erover, dat ergens in Zuid-Amerika een stad is, die helemaal geen rekening met koloniale tradities heeft gehouden. De wandeling gaat vervolgens door de twee poortjes naar Calle B. Mitre, de belangrijkste winkelstraat van Bariloche. Je kunt er heerlijk winkelen en, zoals de Argentijnen doen, flaneren.
Zo is er op nr. 131 de delicatessenwinkel van de Fam. Weiss (een begrip in deze stad). Je kunt hier de lekkerste gerechten en hapjes uit de regio kopen en géén imitatie uit Midden-Europa. Er is bijvoorbeeld ciervo ahumado en aceite (gerookt hertenvlees getrokken in olijfolie) en ahumadero ciervo en escabeche (gerookt en gemarineerd hert) of trucha en escabeche (gemarineerde forel). Ze hebben er ook heerlijke saucissons en patés. Ga even naar binnen en kijk eens rond naar al die aparte regionale gerechten. Krijg je trek, dan heeft deze winkel in Calle Palacios hoek O’Connor een groot (Alpen) restaurant, waar je prima kunt eten.
Op nr. 239 bevindt zich een van de grootste chocoladewinkels van de stad, Turista. Ga zeker naar binnen ook al ben je geen chocoladeliefhebber, want je ziet er enorme hoeveelheden chocolade, in allerlei soorten en vormen én alleen al die etalage!
Op de hoek van Rolando staat nog een grote chocoladewinkel van Fenoglio. Zij hebben de ‘gnomos’ (kabouters) van Rien Poortvliet als chocoladesymbool. Binnen in de winkel is het net een groot kabouterbos. Als Rien Poortvliet dit allemaal zou weten.
Bij het volgende blok is halverwege links de beste winkelgalerij van de stad, Galería del Sol. Het is hier gezellig winkelen en slenteren. Deze galerij bestaat grotendeels uit hout en heeft verschillende verdiepingen.
Een blok verder aan dezelfde kant na Palacios heb je Paseo de Catedral, een leuke passage met allemaal kleine boetiekjes. Hier kun je veel pullovers en truien kopen van het zuiverste scheerwol, want ook daar is Bariloche beroemd om. Benetton heeft niet voor niets in de regio een grote schapenfokkerij. Tot de volgende straat Beschtedt loopt het centrum. Dan sla je rechtsaf naar Calle Moreno, de andere drukke winkelstraat, maar tevens een drukke verkeersader, want via deze straat ga je richting het beroemde Hotel Llao Llao en het vertrekpunt van de catamarans.
Je ziet nu dat alle straten die parallel boven Moreno lopen alleen te voet bereikbaar zijn. Zo steil is het hier al. In Moreno staan nog redelijk wat authentieke huizen uit de beginperiode van de stad. Vrijwel op de hoek met Palacios staat Casa Marciani (nr. 385) en iets verder op nr. 365 Vivienda Speranza, allebei grotendeels gebouwd uit hout in het begin van de vorige eeuw , helaas is er niet veel meer van over.
Op de volgende hoek met Villegas is dagelijks een Mercado de los Artesanos met permanente exposities, zeker een bezoek waard. Aan de overkant op nr. 145 staat het oudste huis in het centrum, Vivienda Ardüser, gebouwd in 1908. Iets verder op de hoek van Morales en Elfein staat ook nog een houten huis van een van de eerste bewoners. Als je bij Moreno rechts Qualigia ingaat heb je rechts een grote open passage met winkeltjes, Via Firenze. Je zult wel merken tijdens deze wandeling dat het gezellig vertoeven is in Bariloche. Je kunt Moreno doorlopen en deze gaat na Centro Civico over in Av. San Martín. Hier zijn veel winkels en enkele dure hotels. Verder naar beneden kom je bij het meer Nahuel Huapi uit. Aan je linkerhand is een groot houten gebouw, Puerto de Bariloche. Vanuit dit haventje kun je een boottocht maken naar het eiland Isla Huemul, een aardig uitstapje van enkele uren. Als je je omdraait en omhoog loopt, kom je weer op Plaza Independencia en ben je terug bij ons vertrekpunt.
Een aardige korte wandeling is over de Av. 12 de Octubre langs het meer. Je hebt dan een prachtig zicht over het meer en de bossen. Deze avenida loopt door een mooi stukje groen van cipressen, araucaria- en dennenbomen. Al vrij snel zie je aan je rechterhand de kathedraal van Bariloche, een lelijk gebouw uit 1946. Je hoeft echt niet naar binnen te gaan, want er is niet veel te zien. Parallel loopt de Av. O ’Connor, als je hier wandelt heb je eerder een indruk dat het een boulevard is langs de Middellandse-Zeekust. Allemaal hoge flats en hotels met grote terrassen en balkons. Bij Beschtedt kun je naar boven lopen tot aan Elfein waar je wel bij een mooi (houten) kerkje komt, de oudste van Bariloche, Capilla la Inmaculada. Het is gebouwd in 1905 en goed onderhouden, kijk eens naar het mooie dak met zijn aparte vormen.
Het zuidelijk meren-gebied
Rondreizen-Hotel
Familiereis-Tweepersoonskamer
Rondreizen-Hotel