Suriname

Swipe

Eten en drinken

Eten

De doorsnee Surinaamse gerechten bestaan uit rijst, rijst en nog eens rijst, gecombineerd met kip in alle mogelijke variaties. Kip is altijd veilig, want wie wegens geloof geen varken of rund eet, eet kip. Misschien krijgt u als bakra wel bakra-eten voorgeschoteld: biefstuk met doperwten. Maar de Surinaamse keuken kent tevens een keur aan exotische maaltijden. Op de markt liggen allerlei mysterieuze ingrediënten uitgestald. Gedroogde vis, zoals batjauw (bakkeljauw), grote bruine knollen en wortels, zout vlees (pekelvlees), meterslange bonen, groene bananen, onbekende vruchten en specerijen. En dan nog de bereidingswijze: vis moet geweekt worden, knollen moet je raspen, zout vlees wordt uitgekookt en bananen zijn om te bakken. In geen enkel gerecht ontbreekt het bouillonblokje, de vaste smaakmaker in de Surinaamse keuken.

Creolen, Javanen, Hindostanen, Chinezen, Europeanen: alle bevolkingsgroepen hebben hun eigen lekkernijen geïmporteerd. Haute cuisine zult u niet makkelijk tegenkomen. De meeste recepten zijn goedkoop en eenvoudig, bedoeld om veel monden te voeden.

Gerechten

Voorgerecht en toetje zijn net als lang tafelen niet gebruikelijk in Suriname. Soepen zijn een hoofdmaaltijd en worden met rijst of gekookte bananen gegeten. Erg geliefd is pindasoep, vloeibare pindakaas met kip en zout vlees. Overheerlijke gritibanasoep, gemaakt van kookbananen, cassave en geraspte kokosnoot, ligt wel wat zwaar op de maag. Licht verteerbaar is de Javaanse saoto, een groentebouillon met kip. Oer-Hollandse erwtensoep is erg populair, maar dan wel met varkenspoot en een madam Jeanet (verse peper).

Het nationale gerecht is B.B. met R., ofwel bruine bonen met rijst. Bami en nasi zijn geschikte eenpansgerechten voor feesten en partijen. Ook van moksi-alesi, gemengde rijst van vlees- en groenterestjes met peulvruchten, kan iedereen goedkoop mee-eten. De Hindostaanse roti, een met kip en aardappelen gevulde pannenkoek, is goed voor de lunch. Vegetariërs kunnen de kip achterwege laten, en een roti blanco is alleen de koek zonder ‘toespijs’.

Pom is een absolute must, al was het alleen maar omdat een creoolse verjaardag zonder pom geen echte ‘verjaring’ is. Het smeuïge ovengerecht wordt gemaakt van geraspte tayer, een dikke wortel, en kip en zout vlees. Heri heri, oorspronkelijk slavenvoedsel, bestaat uit aardvruchten met gezoute vis. Massala is een Indiaas kruid, waarmee vis en kip een kerrieachtige smaak krijgen. Zelfs de geschubde kwikwi (pantsermeerval) laat zich goed met massala combineren. De kunst is om met één beweging van de vork het visje van zijn harnas te ontdoen.

Groenten

Sommige groenten groeien als onkruid langs de kant van de weg. Dit zijn de minder geliefde soorten, zoals het spinazie-achtige klarun en dagublad. Surinamers geven de voorkeur aan kousenband, een uit zijn krachten gegroeide soort sperzieboon. Ook bittere groentesoorten vinden gretig aftrek. Bij de smaak van sopropo, een geribbelde komkommer, vallen Hollandse spruiten in het niet. Antruwa, wat eruitziet als een niet rijpe tomaat, heeft een zacht bittere smaak. Okra of oker is een slijmerige groente, met het uiterlijk van een vinger met een steeltje. De Surinaamse variant op het winterpeentje is pompoen. Deze oranje meloen is ook per schijf te koop. Boulanger is de bekende aubergine. Bladgroenten zijn er in allerlei soorten en maten, zoals tayerblad, bita-wiri, goma-wiri en het Chinese amsoi of paksoi. Koolsoorten doen het ook goed, vooral spitskool, maar ook de vertrouwde bloemkool smaakt in Suriname extra lekker met massala.

Fruit

Tropisch fruit groeit op ieder erf en is daarom voor veel Surinamers niets bijzonders. Tijdens oogsttijd zijn de stapels manya’s (mango’s) niet weg te eten. Pomerakbomen komen minder voor, waardoor de friszure appeltjes over het algemeen niet geplukt maar gekocht worden. Wat u een banaan noemt, heet ter plaatse een bakove. Surinaamse ‘bananen’ worden gekookt of gebakken. Ze zijn groter en de schil is veel taaier. Als het knepa-tijd is, liggen de straten bezaaid met de schilletjes van de druifachtige vruchtjes. De knaloranje awara eet men met suiker, maar pas op, het fruit laat taaie draden achter tussen de tanden.

De frisse smaak van markusa (passievrucht) leent zich om vruchtensap van te maken; zo ook de decoratieve fransman birami (stervrucht). Sapatia lijkt op een kruising tussen een aardappel en een kiwi en heeft een kleverige kaneelsmaak. Verder zijn er citrusvruchten, zoals sinaasappels, grapefruit, tangelo en de gigantische pompelmoes. De weeïge smaak van de papaja combineert goed met de bijtende smaak van een lemmetje (limoen).

Ondanks het grote lokale aanbod geldt: wat men van ver haalt is lekker. Prijzige Hollandse appels (‘ijsappels’) en peren gaan grif over de toonbank.

Snacks

Snacks worden overwegend met veel saus gegeten. Over een bakabana (gebakken banaan) gaat een flinke laag satésaus, ook pindasambal genoemd. Ook een pitjel (gemengde groenten) wordt eronder bedolven. Teloh (gebakken cassave à la patat friet) gaat gepaard met gedroogde en gebakken visjes of kip. Een stukje bloedworst is een favoriet tussendoortje, of fladder en bere gemaakt van orgaanvlees. Ieder moment van de dag is geschikt voor een belegd puntbroodje. Het beleg bestaat uit ei, kaas en gehakt, maar ook sardien (zo uitgesproken), kip met doperwten, kousenband met zout vlees, kippenlevertjes of pom. ‘Met peper en zuur (-goed)?’, is de standaardvraag na het plaatsen van uw bestelling.

Hindostanen hebben de bara meegenomen uit India, een hartige oliebol gegarneerd met vurige gemalen pepers of chutney. Phulauri, gebakken kikkererwten, doen het goed bij de borrel net als bananenchips, cassavechips (krau krau) en bron-bron, de gezouten en gebakken aanbaklaag van de rijstpan. Eleganter is het pasteitje: kip met doperwten en kappertjes in een deeglaag. Als uitsmijter op een feestje krijgt u soms een stuk boyo, een machtige cake van kokos en cassave, of viadu, kaneelcake met rozijnen, in een stukje foliepapier mee naar huis.

Drinken

Over drankjes kunnen we kort zijn. Er is hoofdzakelijk sap, stroop (limonadesiroop), soft-(drink), Parbobier en sopi (sterke drank). Vruchtensappen worden bij voorkeur gemaakt van markusa (passievrucht), rode Surinaamse kersen, pruimachtige mopé, tamarinde en de stekelige zuurzak. Combinaties hiervan maken een fruitpunch, eventueel op smaak gebracht met zout en suiker. Stroop is de Surinaamse ranja. Aangelengd met water is het een goedkope dorstlesser. Soft, een afkorting van softdrink, is de verzamelnaam voor koolzuurhoudende dranken. Bestelt u een soft om mee te nemen, dan dient u aan te geven of u een blikje wilt of een petfles.

Het lokale Parbobier wordt geserveerd in djogo’s (literflessen) of de handzamere mini-djogo's. Whisky, de favoriet onder de borrels, wordt ingevoerd. Whisky-drinkers geven de voorkeur aan Black Label van Johnnie Walker; voor minder haalt men de neus op. Van Surinaamse bodem is de zoete, bruine Borgoe-rum. Fijnproevers drinken liever doorzichtige rum, zoals Black Cat of Palm. Van het drinken van Palm krijgt men haar op de borst. Dit vuurwater heeft een alcoholpercentage van bijna 100.

Gemberbier is een non-alcoholisch goedje, dat door de hoeveelheid toegevoegde gember en kruidnagels kriebelt in de keel. Dawet is een zachtroze kokosdrank waarin merkwaardige balletjes van maïzena drijven. Orgeade wordt aangelengd met water of melk en smaakt naar vloeibare marsepein.

Filterkoffie wordt weinig geschonken, maar oploskoffie is overal verkrijgbaar. Het beste voor de dorst is uiteraard water, dat u in Suriname gewoon uit de kraan kunt drinken.

10 prachtige bestemmingen in Suriname