Ten noorden van Bratislava, aan de westkant van de Malé Karpaty, tussen Lozorno en Senica ligt het Chko Záhorie, het Záhorie laagland. Het is een gebied van zo'n 600 km2 dat bedekt is met dennenbossen. De bomen zijn in de 18e eeuw geplant in opdracht van de Habsburgse keizerin Maria Theresia. De bomen staan op schrale zandduinen. Het zand is in de ijstijd door snijdende winden vanuit het Tsjechische landsdeel Moravië naar het dal geblazen. Doel van het bos was om ervoor te zorgen dat het zand niet zou verstuiven en zo de dorpen en wegen in de omgeving zou beschadigen. Tegenwoordig is het een mooi wandelgebied met door bomen omringde meertjes, waarin door de Slowaken gezwommen wordt.