Een stuk ongerepte jungle waar zich slechts één pad van ongeveer drie kilometer lengte doorheen slingert. Het is een nationaal park maar meestal niet meer opgenomen in het reguliere excursie-aanbod. Het loont de moeite om er een kijkje te gaan nemen en zéker natuurliefhebbers kunnen hier hun hart ophalen. De beschrijving ervan vindt u bij nationale parken. Bij elk hotel vindt u taxi’s die u er graag heenbrengen voor een vaste prijs. Bij de prijs is twee uur wachten inbegrepen, zodat u met dezelfde taxi weer terug kunt gaan. ’s Morgens vroeg is de kans op ontmoetingen met de dieren en vogels die het park bevolken het grootst. U kunt er vanaf 08.00 uur terecht.

Veemarkt

Als u op weg bent naar of terugkomt uit Abuko of Brikama, dan loont het de moeite om eens een kijkje te nemen op de grootste veemarkt van Gambia. Men noemt het een geitenmarkt, maar u zult er vooral schapen aantreffen (het verschil ziet u in één oogopslag als u op de staarten let, bij schapen hangen die, geiten steken hem triomfantelijk omhoog). Er wordt ook veel pluimvee aangevoerd en natuurlijk runderen. U vindt de markt aan de doorgaande weg tussen Serekunda en Abuko. Vraag de chauffeur even te stoppen en met u mee te lopen. U kunt er wondermooie plaatjes schieten. Vraag wel (via uw begeleider) om toestemming, soms zult u die pas krijgen na het afstaan van enkele dalasis.

Houtsnijmarkt in Brikama

Dit is eveneens een uitje van enkele uren en ook dit kunt u het beste op eigen gelegenheid ondernemen, eventueel in combinatie met Abuko. U neemt een taxi, laat u naar de markt in Brikama brengen en u vraagt de chauffeur u te begeleiden. De kosten voor de wachttijd worden ook vooraf en per uur bepaald. De markt is een eldorado voor degenen die iets speciaals op het gebied van houtsnijwerk mee naar huis willen nemen. Afdingen tot een derde of de helft!

N.B. Een bezoek aan bovengenoemde bezienswaardigheden laat zich gemakkelijk combineren. Vroeg opstaan, voor achtereenvolgens de veemarkt (neemt hooguit een kwartier in beslag), Abuko en Brikama.

Na uw bezoek aan Abuko kunt u even verpozen in het schitterend gelegen Lamin Lodge met een verfrissing, of nadat u Abuko Nature Reserve bezocht heeft, kunt u er de lunch gaan gebruiken.

Wel nadrukkelijk met uw begeleider afspraken maken over de prijs! Uitgangspunt is de prijs voor Brikama, verhoogd met in totaal ongeveer 3 uur wachttijd (exclusief entree voor Abuko).

Krokodillenvijver in Bakau

Vanuit uw hotel is Bakau dichtbij. U kunt zich met een taxi naar Katchikally laten brengen, een krokodillenvijver in Bakau. Dit is een van de heilige krokodillenvijvers die Gambia rijk is.

Nét zoals in Berending, op de noordelijke oever van de rivier Gambia en in Folonko bij Kartong, komen hier Gambiaanse vrouwen die nog geen kinderen hebben en zakenmensen die het succes lange tijd niet hebben mogen smaken, zich wassen met het water uit de vijver. De poel wordt ook bezocht door mensen met maagklachten, zij baden zich niet in het water, maar drinken het.

De entreeprijs bedraagt maar een paar dalasis en de oppasser loopt met u mee om uitleg te geven. Meestal zijn er jonge krokodillen te zien, soms piepkleine die op het blad van een waterlelie zitten, maar ook volwassen exemplaren zijn er in overvloed.

Als u geluk heeft ontmoet u Charley, een volwassen exemplaar dat door de krokodillengemeenschap verstoten is. Als u even wacht tot de oppasser hem heeft afgespoeld (hij mag graag in het riool verblijven) kunt u hem aaien.

Het verhaal over de witte krokodil is onzin. Nabij de vijver komen apen voor, die zich gemakkelijk laten zien en fotograferen of filmen. Een telelens is soms nodig.

Als u bent uitgekeken laat u zich weer terugbrengen naar het hotel, want ook hier wacht de chauffeur op u.

Baobab Island

Een uitstapje voor de ondernemende toerist. Als u via de Transgambia Highway landinwaarts rijdt, dan vindt u, op een 15-tal kilometers buiten Brikama de afslag Kulori (Kuloro). U moet even door dit dorp heen en u komt dan aan een uitloper van de rivier.

Op een eilandje, midden in de moerassen, ligt de Sitajo-Yen Lodge: Baobab Lodge. Omgeven door 35 indrukwekkende baobabs ligt een restaurant waar u de lunch kunt gebruiken.

Gaat u ‘s morgens vroeg dan kunt u er ontbijten, eventueel in combinatie met een boottocht.

Ook voor vogelliefhebbers is het een paradijsje, op het eilandje komen meer dan 100 vogelsoorten voor.

Het eiland is lange tijd slechts bezocht geweest door oestervissers. Zo’n 300 jaar geleden werd het verlaten door de laatste bewoners: de Bianuka’s, een stam van het Jolavolk. Op 15 oktober 2000 besloot men er een lodge te bouwen.

Tijdens sommige rondreizen wordt het eiland bezocht om er de lunch te gebruiken. Gaat u op eigen gelegenheid dan krijgt u toegang tot het eiland door vanaf de vaste wal te roepen. Met een bootje wordt u opgehaald.

Let op.

In januari 2013 was het niet mogelijk om het eiland te bezoeken, het was (tijdelijk?) militair terrein. De militairen waren daar gestationeerd in verband met drugsdoorvoer via het eiland. De eertijds fraaie lodge was al hoofdkwartier in gebruik genomen hetgeen de kwaliteit niet ten goede gekomen is. De tocht erheen blijft evenwel een belevenis en voert u door Gambia zoals dat vroeger was.

Met dank aan Jan Derckx.

Makasutu Culture Forest

Midden in de bush, maar eigenlijk vlakbij de kust ligt Makasutu (heilig woud), een oase van rust, aan een bolong waaraan de rivier zo rijk is. Een prachtig stuk natuur waar u een dag kunt verblijven.

Tegen een vaste toegangsprijs wordt u een boottrip aangeboden en een wandeling met gids door de prachtige natuur gemaakt met aandacht voor de vele vogels.

U kunt er van een lunch genieten en na afloop heeft u de mogelijkheid om te pottenbakken, hout te snijden of les te krijgen in het koken van traditionele gerechten, in lokale dansen of drummen.

Kerr Aldiana

Een andere plek dichtbij de kust, op slechts 10 minuten rijden van Yundum is Kerr Aldiana. Het is ook een toeristenkamp, dus u kunt er meerdere dagen verblijven. De onderkomens zijn klein maar schoon.

Het kamp wordt ‘The Mighty River’ genoemd, maar het ligt aan Mandina bolong, uiteraard met een prima verbinding naar de rivier Gambia, nabij het dorpje Kubuneh. Rust- en natuurliefhebbers vinden hier alles van hun gading, hengelsporters zijn er voorlopig nog niet uitgevist.

In het kamp bevindt zich een (uitstekend!) restaurant. Het kamp wordt in Nederland niet aangeboden maar het kan uiteraard wel geboekt worden.

Jimbana Park

Dit toeristenkamp (men spreekt zelf over: ‘het best bewaarde geheim van Gambia’) bevindt zich op de noordoever van de rivier Gambia, tussen Barra en Juffureh, direct aan een bolong.

Het kamp, dat nog volop in ontwikkeling is, wordt gebouwd met Nederlandse hulp door de bewoners van het dorp Bakalarr, waarmee het eigenlijk een uniek kamp is in Gambia. Het restaurant is bedrijfsklaar, men kan er ook picknicken op doorreis naar Juffureh.

Het enige oude huis in Jimbana Park was ooit een deel van de Tendato handelspost, belangrijk voor de overslag van pinda’s. De handelaar die vanuit dit huis werkte overleed in 1983. De rustzoekers en natuurliefhebbers vinden er alles van hun gading, maar moeten er rekening mee houden dat in de voorzieningen elke luxe ontbreekt.

Zolang er (voldoende) bungalows ontbreken, wordt overnachting aangeboden in tenten, maar een dagtrip vanuit een hotel aan de kust (indien gewenst geheel verzorgd) behoort eveneens tot de mogelijkheden.

Paradise Beach

Het mooiste strand van Gambia is voor de iets meer ervaren toerist (buiten het regenseizoen) gemakkelijk zelf te bereiken.

Met de bushtaxi gaat u naar Serekunda, waar u overstapt in de bushtaxi (bus) naar Gunjur. Vraag de ‘conducteur’ u af te zetten in Sanyang. Als u daar de wens te kennen geeft om naar Paradise Beach (of de Ospray Beach Bar) te gaan, brengt men u er graag.

U kunt ook via Serekunda en Brikama naar Sanyang reizen. Het duurt wat langer maar geeft hetzelfde resultaat. (Voor de faciliteiten wordt u verwezen naar de beschrijving bij de excursie Jungle- en strandsafari).