Buenos Aires en omstreken

Swipe

Wandeling 6: San Telmo

De geschiedkundigen zijn het er nog niet over eens, waar de Spaanse aristocraat Pedro de Mendoza in februari 1536 het eerst voet aan wal zette en officieel de stad Buenos Aires stichtte. De een zegt in de wijk San Telmo, de ander zegt de zuidelijker gelegen wijk La Boca. In ieder geval ben je in een van de oudste wijken van de stad.

De eerste straat in San Telmo, dat vroeger een pad was is nu Calle Defensa. Deze straat ging naar de haven waar timmerlui en dokwerkers zich hadden gevestigd. Door het handelsverkeer met het centrum werd dit een belangrijke straat en kreeg het de naam Alto de San Pedro (alto betekent een stop). Aan een plein werd zoals dat hoorde bij snelgroeiende wijken door de jezuïeten in 1714 een kerk gebouwd, Nuesta Señora de Belén, die nu nog te zien is op de hoek van Balcarce en Humberto I. Dit was een belangrijke zet, want met deze kerk en het klooster kreeg de wijk een onafhankelijke parochie én een officiële naam nl. San Telmo. Het dorpje groeide snel en weldra lag het centrum rond Plaza de la Residencia, dat we nu kennen als Plaza Dorrego.

De bewoners waren halverwege de 19de eeuw voornamelijk vissers, dokwerkers en zwarte slaven. Deze slaven vormden zelfs eenderde van de plaatselijke bevolking. Het eigenaardige is dat ze allen na de afschaffing van de slavernij zijn weggetrokken. Ook rijke kooplieden en landeigenaren woonden hier, en wel in prachtige herenhuizen. De arme bevolking leefde in eenvoudige huisjes en in lemen hutten. Begin 1800 kwam in San Telmo zelfs het eerste ziekenhuis van Buenos Aires met een medische faculteit. En paradoxaal genoeg brak hier in 1871 een grote epidemie uit van cholera en de gele koorts. Tienduizenden verloren het leven en na 200 jaar werd eindelijk de wijk eens grondig gereinigd, werden de straten geplaveid en werd een beter systeem aangelegd voor de aan- en afvoer van het water.

De rijken waren inmiddels vertrokken naar de wijk Recoleta en aan het eind van de 19de eeuw kwamen de nieuwe bewoners: Europeanen. Het waren voornamelijk Italianen uit Genua en Spanjaarden uit Baskenland. De grote herenhuizen verdeelden zij onder in kleine woningen de zgn. ’conventillos’, die nu nog bestaan. Vanaf de jaren zeventig van de vorige eeuw is San Telmo een beschermde historische wijk. Daardoor heeft het grote veranderingen ondergaan. Antiquairs, tangobars, art galeries en restaurants kwamen zich hier vestigen. Huizen werden gerenoveerd en vervallen 19e-eeuwse herenhuizen werden opgekocht door de gegoede middenklassers. San Telmo werd weer aantrekkelijk om te wonen en uit te gaan. Een wandeling door San Telmo is wandelen door de geschiedenis. Het is één groot geschiedkundig openluchtmuseum met als centrale punten Plaza Dorrego en de straat Defensa.

Maar de wandeltocht begint bij Plaza de Mayo en Defensa. Deze straat loopt helemaal tot Parque Lezama. Op de eerste hoek met Alsina staat een van de mooiste kerken van Buenos Aires, Basilica de San Francisco, gebouwd in 1730 in barrocostijl (een mengeling van Duitse barok en rococo). Het achterstuk is er later aangebouwd. Binnen is het hoofdaltaar helaas in de jaren vijftig verbrand en nu hangt er een enorm tapijt, maar de preekstoel is wel uit die tijd. Voor de bouw van deze kerk stond hier het eerste kapelletje van Buenos Aires uit 158. Aan de overkant heb je Farmacia de la Estrella met een prachtig interieur. Deze apotheek was de eerste in de stad en dateert uit 183 . Kijk eens naar al die houten kastjes en het plafond. Hier krijg je het gevoel dat zelfs het simpelste hoestdrankje je meteen beter maakt. Boven de apotheek is een museum, Museo de la Cuidad. De ingang is op Alsina 12 op de 1ste etage. Niet echt spectaculair dit museum. Open ma. t/m vr. van 11-19 uur. En zo. van 15-19 uur.

Je volgt Alsina tot aan het volgende blok met Bolivar. Daar staat op de hoek de oudste kerk van de stad, San Ignacio. Gebouwd in 1675, helemaal in barokstijl. Hier stond eens een complex van deze kerk met een universiteit, bibliotheek en een hogeschool, dat Manzana de las Luces (het blok van de ‘verlichting’) werd genoemd. Dit hele complex was opgezet vanaf 1616 door de jezuïeten en was het intellectuele hart van de stad, vandaar de bijnaam verlichting. Van hieruit werden de jezuïeten uit Europa bijgeschoold en onderwezen op het zware werk in het land. Veel is er helaas niet meer overgebleven van het complex. Aan de andere kant op Calle Perú 272 is de ingang waar elke dag een rondleiding is. Het interessantste zijn de ondergrondse tunnels van dit complex waarvan je een deel kunt bezoeken. Elke werkdag open van 10-16 uur en in het weekend van 1.30-18 uur. En elke middag om 15.30 uur zijn er rondleidingen door de tunnels.

Als je vanaf Alsina links Perú doorloopt kruis je Av. Belgrano. Op de hoek staat een imposant gebouw uit 1914, naar een ontwerp van de Deense architect, Ronnow, met op de tweede etage van die stoere Atlantis-figuren uit strakke, hoekige vormen, zo ook de condors onder de torens. Vooral de twee torens zijn imposant met daar bovenop een bronzen wimpel, die de windrichting aangeeft. Nu ga je naar links richting Defensa. Daar staat de volgende kerk: Basilica del Santisimo Rosario. Deze is niet echt interessant, een deel werd in 1751 gebouwd maar de façade dateert uit 1851. Op dit kruispunt werd de Engelse invasie in 1806 tegengehouden door generaal Liniers, wat je ook in afbeeldingen terugziet in deze kerk. Maar interessanter is de graftombe ervoor van generaal Belgrano, de ontwerper van de Argentijnse vlag en medebevrijder met generaal San Martín van Argentinië.

Op de hoek rechts met México zie je Casa de Moneda. Hier werden de eerste geldstukken geslagen van de Argentijnse republiek. Ook al ziet dit gebouw er koloniaal uit, toch was het pas in 1880 gereed. Want nu kom je meer en meer in het oude gedeelte van San Telmo en het hart van de tango. De meeste huizen in deze buurt zijn tussen 1870 en 1920 gebouwd met nog een hang naar het koloniale verleden (enorme hoge deuren en ramen en vaak niet meer dan één verdieping). Als je Defensa verder doorloopt naar Calle Chile en daar linksaf gaat, kom je bij alle grote tangotheaters.

Want ga je links Balcarce in dan vind je daar o.a. Casa Blanca, Michelangelo en La Ventana. Het zijn de beroemdste tangotheaters van de stad. Overdag is het er heerlijk rustig, maar ’s avonds laat hoor je uit alle hoeken muziek en applaus, dan proef je de sfeer van de melancholie en de passie. Maar Calle Chile is ook een aangename relaxte straat met terrassen en cafés, zoals Molière op de hoek van Balcarce. Waarom ga je daar niet op het terras zitten en genieten van dit dorpspleingevoel?

Als je Balcarce rechts vanaf Chile doorloopt richting Av. Independencia zie je daar op de hoek rechts een klein sympathiek neokoloniaal huis, El Viejo Almacén. Het is een van de bekendste tangotheaters van de stad, opgericht in 1968 door de beroemde Argentijnse tangozanger Edmundo Rivero. Schuin aan de overkant op Av. Colón staat nog een bombastisch beeldhouwwerk, el Canto al Trabajo (het lied van de werker). Ontworpen door een leerling van Rodin, Rogelio de Yrurtia, in 1907 als hommage aan de vrijheid van werk. 14 bronzen figuren trekken een grote granitosteen. Dan wandel je weer terug naar Pasaje San Lorenzo waar je links afslaat. Het is een pittoresk straatje, heerlijk rustig met antiquairs en een werkplaats voor ambachtslieden en schilders op nr. 317, maar wel erg commercieel! Hier vind je ook het smalste huisje van de stad, Casa Minima op nr. 380, ruim 2 meter breed.

Nu loop je door naar Defensa en steek je Av. Independencia over. Je komt in het mooiste en leukste gedeelte van San Telmo. Hier bevinden zich de meeste antiquairs en kunstgaleries, maar ook gezellige restaurants, trendy cafés en kleine theaters. Kijk eerst even naar rechts op nr. 829 naar een van de mooiste façades van de straat, helemaal in Franse stijl. Dan ga je naar links, Calle José Giuffra in. Dit leuke straatje heeft mooie gerestaureerde huizen die dateren uit de 19de eeuw, zoals op nr. 339 met een aparte gevel. Bekijk vooral links het venster met dat balkonnetje. En kijk eens naar de straatstenen, die de vorm hebben van een gebakken brood en van origine uit België komen. Je ziet ze overal in deze buurt. Nu loop je door naar Balcarce en kom je in een gezellige buurt met trendy restaurants en cafés. Bijvoorbeeld op de volgende hoek met Estados Unidos is Bar Sur.

Het is een heel mooi tangocafé en als het open is moet je even naar binnen gaan voor het nostalgische interieur. Daarna loop je naar boven richting Defensa, daar sla je linksaf en ga je door naar de volgende straat, Carlos Calvo. Op de hoek met Defensa staat het huis van Esteban de Luca. Deze man was dichter en schrijver van het eerste Argentijnse volkslied. Het huis is zeker 200 jaar oud. Carlos Calvo is ook een interessant straatje waar je naar links gaat. Halverwege op nr. 319 is Antiqua Casa de Cuchilleros (het oude huis van de messen). Thans is het een restaurant met een mooie binnenplaats en je kunt de geschiedenis binnen op oude foto’s aan de muur goed volgen. Vergelijk eens het huis er naast op nr. 311 qua bouwstijl. Naar beneden lopend zie je na Balcarce aan je linkerhand een eigenaardig kerkje, Iglesia Danesa (Deense kerk) uit 1931. Qua architectuur valt deze kerk totaal uit de toon in deze buurt. Aan de overkant op nr. 20 en 22 staan aardige gerenoveerde huisjes uit 1783. Als je naar de straatstenen kijkt zie je af en toe wat rails liggen, want eens reed in San Telmo een tram.

Nu loop je terug naar Balcarce alwaar je naar links gaat. Op nr. 1016 staat Casa de Castagnino. Deze Argentijnse schilder (1908-1972) woonde hier en het is nu een museum en kunstgalerie. Iets verder op nr. 1053 El Viejo Hotel, eens een Conventillo, nu een kunstenaarscentrum met een expositiehal, een bistro en een mooie patio. Daarna ga je bij Humberto I rechtsaf en dit stuk tot aan Defensa is verrassend. Want halverwege de straat staat de Iglesia de Nuestra Señora de Belén. Een grote opvallende kerk met zo’n bombastische barokke uitstraling die dateert uit 1750. Naast de kerk bevindt zich Museo Penitencario. Dit gebouw uit 1760 was eens een oudemannenrusthuis tot 1767, daarna was het tot 1978 een vrouwengevangenis, sinds die tijd is het een museum over het gevangeniswezen. Open van wo. t/m vr. van 1-18 uur. In het weekend van 15-19 uur.

De volgende stop is Plaza Dorrego recht voor je op de hoek met Defensa. In het weekend is dit een van de gezelligste pleinen van Buenos Aires, want elke zondag (10-17 uur) is er een grote antiek- en rommelmarkt (Feria de Antigüedades de San Telmo). Er staan een kleine 250 exposanten die antiek en tweedehandsspullen verkopen, maar ook kunst en (soms) kitsch. Er is altijd een uitstekende sfeer en op de hoek met Humberto I nodigt het echtpaar Pochi en Osvaldo Boó het publiek uit voor een tangodans. Zij zijn hét gezicht ‘s zondags van het plein en na al die jaren hebben ze er nog steeds plezier in. Je kunt rondom dit plein uren genieten en flaneren, maar ook wat drinken of eten in een van de gezellige cafés. Zoals op de hoek met Humberto I, daar heb je nog een echt porteño-café, Plaza Dorrego bar, met zo’n ouderwetse zinken bar. Geniet van het interieur waar nog een nostalgische sfeer hangt van affiches en foto’s uit een bewogen (tango)tijd! Want dit café heeft een rijke geschiedenis; het was de ontmoetingsplaats van bekende schrijvers en kunstenaars. Zo kwamen Jorge Borgés en Ernesto Sábato hier regelmatig koffie drinken.

Zaterdag in de namiddag en ‘s avonds is het plein één groot terras, er is muziek tot laat in de nacht en het lijkt net een sfeervol feest! Je bent in het kloppend hart van San Telmo en tot aan Carlos Calvo en links in die straat tot aan Bolivar zijn volop antiekwinkels, winkeltjes met tweedehandsspullen en pasajes die op rommelmarkten lijken. Zowel door de weeks als op zondag is het een genot om hier te flaneren. Maar de wandeling gaat door over Defensa richting Av. San Juan. Rechts op nr. 1179 staat een mooi gerenoveerd huizencomplex, Pasaje la Defensa. Het is gebouwd in 1880 voor een rijke familie en nu een kunstgalerie met drie grote patio’s (binnenplaatsen). Alles is gerenoveerd dus ga zeker even naar binnen. Dit huis is een goed voorbeeld van wat ze ‘Casa Chorizo’ noemen.

Want nadat de familie was vertrokken hebben hier tot 1982 32 families gewoond! Aan de overkant van Av. San Juan op nr. 350 heb je Museo de Arte Moderno. Het gebouw valt op door zijn rode stenen en vorm, want het was oorspronkelijk een tabaksfabriek. Naast de vaste collectie zijn er regelmatig experimentele exposities en videokunst te zien, die de moeite waard zijn. Open van di. t/m vr. van 10-18 uur. In het weekend van 11-20 uur. Nu wandel je via Defensa naar het park Lezama. Als je op de hoek van Av. Brasil bent zie je al meteen het enorme pompeuze standbeeld van Pedro de Mendoza, de stichter van de stad. Men denkt dat hij en de bemanning in 1536 zich hier hebben gevestigd. Begin 19de eeuw was dit nog een plein en in Engelse handen, die vooral hier zwarte slaven verhandelden. Tot 1857, toen kwam het in handen van een rijke salteño Lezama (inwoner uit Salta) die liet een prachtig huis neerzetten en kocht de grond eromheen op voor zijn tuin. Alles moest in Italiaanse stijl. Het huis is nog steeds te bewonderen, want het is nu Museo Histórico Nacional (Defensa 1600). Na zijn dood in 188 werd alles aan de gemeente geschonken en werd het een museum. De beroemde Franse tuinarchitect Carlos Thays toverde daarna zijn tuin om tot dit park.

Wil je meer weten over de (turbulente) geschiedenis van Argentinië tussen de 16de en 19de eeuw, dan is een bezoek aan dit museum aan te raden. Open van di. t/m zo. van 13-18 uur. Als je bij Brasil naar links in gaat, dan zie je tegenover het amfitheater van het park de Russisch-orthodoxe kerk. In 1898 gebouwd door een bekende architect uit Moskou in een typische 17e-eeuwse bouwstijl. Het is een mooie kerk met vijf koepels van mozaïek, waar de kruizen allemaal naar het oosten wijzen en binnen bevinden zich prachtige iconen. Maar kijk ook eens naar de afbeeldingen buiten op de muur. Om de wandeling af te sluiten kun je op de hoek van Defensa en Brasil in zo’n typisch porteño-café nog wat nagenieten, want Bar Británico heeft een roemrijk verleden. Begin 2006 wilde de nieuwe eigenaar de tent sluiten en na een enorm protest uit de buurt (20.000 handtekeningen werden verzameld!) heeft hij toch weer morrend de deuren geopend.

10 prachtige bestemmingen in Wandeling 6: San Telmo en Argentinië