Zuid-Tirol

Swipe

Geschiedenis

Iedereen denkt bij het horen van de naam Tirol onmiddellijk aan Oostenrijk, Ten onrechte, de naam en de oorsprong van Tirol liggen in Italië. Vroeger werd Tirol geregeerd vanuit Schloss Tirol, een kasteel even buiten Dorf Tirol, ten noorden van Meran, dat u zeker moet bezoeken. Oostenrijks Tirol en Italiaans Tirol vormden ooit één groot rijk. In 1919 kwam Zuid-Tirol onder Italiaans bestuur.

Zuid-Tirol werd, mede als gevolg van klimatologische omstandigheden, betrekkelijk ‘laat’ bewoond in vergelijking tot de rest van Europa. De oudste sporen dateren uit het mesolithicum, de midden steentijd. Ongeveer 8000 jaar voor het begin van onze jaartelling trokken jagende en zwervende volkeren door het gebied van het huidige Pustertal en Seiser Alm. Uit opgravingen is gebleken dat rond 7000 jaar v.Chr. zich de eerste nederzettingen vormden. Wat later ontwikkelden zich ook nederzettingen ten noordwesten van Meran. De vondst van ‘Ötzi’, de ijsmummie die in 1991 in de Ötztaler Alpen werd gedaan, bevestigt dit. Uit zijn kleding en de gereedschappen die hij bij zich droeg kon worden opgemaakt dat hij afkomstig was uit het Schnalstal in Vinschgau. Bewoning van betekenis vond plaats in de 10 eeuwen voor de aanvang van onze jaartelling. Illiriërs en Liguriërs trokken het gebied binnen vanuit het zuiden en het oosten, later gevolgd door Kelten en Etrusken uit het zuiden en het westen.

Nadat de Romeinen onder aanvoering van Tiberius en Drusus het gebied in het jaar 15 v. Chr. veroverd hadden, kwamen er perma-nente nederzettingen. De mensen die er woonden werden door de Romeinen Raeti genoemd, inwoners van de Romeinse provincie Raetia. In Zuid-Tiroolse namen komt de uitgang ‘räter’ nog steeds voor. In de Romeinse tijd waren missionarissen actief in het gebied, ze kwamen uit Aquileia, een bloeiende handelsstad in Noordoost-Italië dat in 452 door Attila verwoest werd. De Romeinen werden vanaf de 4e eeuw teruggedrongen door Germaaanse volkeren, met name door de Langobarden. Dezen trokken het gebied binnen als gevolg van de grote volksverhuizing en stichtten in 570 de hertogdommen Trient en Belluno..

In 952 werden de troepen van het toenmalige graafschap Trient door Otto de Grote verslagen en kwam het gebied onder Duits be-stuur. Echter, de Tirolers waren niet van plan zich daarbij neer te leggen en dwongen de Duitse machthebbers in vaak bloedige oorlogen ertoe zowel de rechterlijke macht als de militaire bevoegdheden bij de graven van Tirol te leggen waardoor het land een tamelijk grote mate van zelfstandigheid verwierf. In 1142 werd de naam ‘Tirol’ officieel, genoemd naar de burcht van waaruit de graven hun macht uitoefenden. Meran werd de hoofdstad van Tirol. De feitelijke macht bleef in handen van de graven van Tirol tot 1363. Erfgravin Margaretha Maultasch had slechts één zoon die al op zeer jonge leeftijd stierf, waarmee de erfopvolging ten einde kwam. Ze plaatste Tirol officieel onder het bestuur van hertog Rudolf IV van Oostenrijk, een telg uit het Habsburgse geslacht.

In de 16e eeuw beleefde Tirol de grootste bloeitijd als gevolg van het zout, het zilver en het koper dat er gevonden werd. Onder keizer Maximiliaan?I (1459-1519) werd Tirol, met Innsbruck als hoofdstad, het economische en culturele centrum van Europa en van de Europese politiek. In Zuid-Tirol merkte men er niet zoveel van, het werd min of meer in de steek gelaten. Dat was mede het gevolg van het feit dat de Zuid-Tirolers geen militaire invloed konden doen gelden: reeds in 1511 waren de Tiroolse boeren door Maximiliaan I vrijgesteld van militaire dienst. Tijdens de Spaanse oorlog van 1701 tot 1714 waren de boeren dan ook genoodzaakt hun gebied zelf te verdedigen, een techniek die ze later tijdens de Frans-Beierse strubbelingen uitstekend van pas kwam. De Tiroler Landsturm ontstond, die echter op termijn niet kon voorkomen dat het gebied onder Beiers bestuur kwam. Dit nam harde maatregelen en ontnam onder andere de kerkelijke bestuurders hun bevoegdheden. Kloosters werden gesloten, priesters werden overgeplaatst, de nachtmissen werden verboden en de naam Tirol verdween uit de atlassen.

In 1805 werd de vrede van Pressburg (Bratislava) getekend en kwam Tirol opnieuw bij het keurvorstendom, later koninkrijk, Beieren. De stemming onder de Tiroolse bevolking laat zich raden en in 1809 kwam het tot een opstand tegen de Beierse (en Franse) over-heersers onder leiding van Andreas Hofer, pater Haspinger (door de Oost-Tiroolse schilder Egger-Lienz vele malen geschilderd, breng een bezoek aan Schloss Bruck nabij Lienz) en Josef Speckbacher. De opstand werd neergeslagen maar Andreas Hofer zette de strijd als guerrillaoorlog voort. In1810 werd hij verraden en gevangengenomen, een maand later doodgeschoten.

In de loop van de jaren die volgden ontstond er een drielandenverbond tussen Italië, Duitsland en Oostenrijk-Hongarije. Nadat Oostenrijk zich de Brennerpass en het achterliggende, Duitssprekende, land had toegeëigend, trad Italië in 1915 uit het verbond en verklaarde de oorlog aan de Habsburgse monarchie. Het werd een bittere loopgravenoorlog die zich vooral in de Dolomieten afspeelde. Geen der partijen gaf ook maar een duimbreed toe en men poogde het conflict door onderhandelingen te beslechten. Dat lukte weliswaar, maar lang niet tot ieders tevredenheid. Zo werd Zuid-Tirol, waarvan de bevolking voor meer dan 95% Duitstalig was, met de vrede van Saint-Germain-en-Laye aan Italië toegewezen. In dit land werd een fascistische regering gevormd die in 1922 aan het verzet een einde probeerde te maken door de Duitse taal te verbieden. Bovendien werd iedereen verplicht een Italiaanse naam aan te nemen. Van regeringswege werden zo’n 100.000 Italianen verplicht zich in het Duitstalige Zuid-Tirol te vestigen om de integratie te bevorderen. Hitler en Mussolini kwamen in 1939 overeen dat een volksraadpleging uit zou moeten maken hoe het verder moest. Ruim 86% van de bevolking sprak zich uit voor aansluiting bij Duitsland, hetgeen weer tot gevolg had dat 75.000 Italianen van origine zich uit het gebied terugtrokken. Na de Tweede Wereldoorlog werden de grenzen opnieuw vastgesteld en Zuid-Tirol bleef, nog steeds zeer tegen de zin van de Zuid-Tirolers, tot Italië behoren. Zowel aan de Oostenrijkse als aan de Italiaanse kant morden de mensen en bleef de onrust niet uit.

In 1960 bracht de Oostenrijkse regering het probleem voor de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties die Oostenrijk en Italië aan de onderhandelingstafel brachten. Dat kon echter niet verhinderen dat de onlusten steeds heviger werden. In juni 1961 escaleerde de zaak voor het eerst tijdens de zg. ‘Feuernacht’. De onlusten breidden zich daarna in hevigheid uit. Meer dan 300 aanslagen eisten 19 mensenlevens, gepakten werden streng gestraft. Pas op 28 april 1988 verklaarde de Italiaanse regering zich bereid om met een zekere vorm van autonomie voor Zuid-Tirol in te stemmen. Het statuut waarin dit geregeld wordt kwam in 1992 in de definitieve vorm tot stand. Pas daarna erkende Oostenrijk de aanspraken van Italië op Zuid-Tirol en werd de ruzie tussen de beide staten in de Verenigde Naties bijgelegd.

De politiek in Zuid-Tirol wordt sinds de Tweede Wereldoorlog vooral vormgegeven door de SVP, de Südtiroler Volkspartei die over het algemeen de Duitse en Ladinische inwoners vertegenwoordigt. Het heeft een absolute meerderheid in de Zuid-Tiroler provincieraad. In 2003 verwierf de partij 21 van de 35 zetels in deze raad, ook wel landdag genoemd. Elke vijf jaar wordt de raad gekozen. Het provinciebestuur wordt uit en door de landdag gekozen. Dit dagelijkse bestuur bestaat uit een landshoofd en 10 gedeputeerden. De hoofdstad van Zuid-Tirol, tevens de zetel van het provinciebestuur, is Bozen.

10 prachtige bestemmingen in Zuid-Tirol