Het park heeft 3 ingangen. De Ura ingang ligt het dichtst bij Meru, maar het verst vanaf de lodge en het hoofdkwartier van het park. Voor deze voorzieningen kunt u gebruikmaken van de noordwestelijke Murera ingang of van de noordoostelijk gelegen Bisanadi ingang. De laatstgenoemden zijn ook bereikbaar vanuit Kangeta en Kina. Vanuit Nairobi is het park gemakkelijk bereikbaar. U kunt gebruikmaken van de hoofdweg (A2) in de richting van Isiolo die u dan iets voorbij Timau verlaat in de richting van Meru, of u verlaat de A2 al bij Sagana waarna u rechts via de B6 de richting van Embu kiest. Na het passeren hiervan blijft u op de B6 waarna u via Chuka en Igoji Meru bereikt. De afstand van Nairobi tot het Meru N.P. bedraagt bijna 350 kilometer.

Algemene informatie

Het is vreemd dat zo weinig mensen dit park bezoeken. Het behoort zonder twijfel tot de meest veelzijdige parken die Kenia rijk is. Veel meer mensen dan die het bezochten hebben het overigens gezien. Het park dient als achtergrond bij het beroemde boek van Joy Adamson ‘Born free’, het verhaal over het leven van Adamson en haar echtgenoot tijdens de periode dat ze in het park een ‘weeshuis’ exploiteerde voor leeuwen en jachtluipaarden en onderzoek verrichtte naar het gedrag van deze dieren. Een van de leeuwinnen, Elsa, waaraan het boek werd opgedragen, verwierf wereldfaam. Joy Adamson ligt in het park begraven in de nabijheid van het naar haar genoemde kamp. George en Joy Adamson besteedden een groot deel van hun leven aan onderzoek naar wilde dieren. Joy werd in 1980 in het Shaba N.R. gedood door stropers. Haar man onderging hetzelfde lot in 1989 in het Kora N.R. waar hij samen met twee helpers eveneens door stropers om het leven werd gebracht.

Stropers hebben altijd een geweldige bedreiging gevormd voor de wilde dieren. De dieren werden (en worden) om economische redenen omgebracht. Het Meru N.P. mag zich in de bijzondere belangstelling van stropers verheugen. Het terrein leent zich er bij uitstek voor, er zijn tal van plaatsen waar stropers en buit op een eenvoudige wijze uit het zicht van jachtopzieners gehouden kunnen worden. Hoewel de strooptochten aanzienlijk zijn afgenomen in vergelijking tot het ‘topjaar’ 1986, zijn de stropers zeker nog niet uitgeroeid. Ze gaan uiterst bruut te werk. Ooit liep in het park de enige kudde witte neushoorns rond, daarheen overgebracht uit het Umfolozo Game Reserve in Zuid-Afrika. De kudde werd 24 uur per dag bewaakt. Stropers zagen echter toch kans om de gehele kudde te doden. De bewakers van de kudde hadden geen schijn van kans tegen de zwaarbewapende bandieten en ook zij werden omgebracht.

Nog steeds zijn stropers actief en het is dan ook niet verstandig om op eigen gelegenheid het park in te gaan. Dat geldt, zo dat al is toegestaan, trouwens voor de meeste parken en reservaten waar olifanten, (jacht)luipaarden, neushoorns en ander wild, dat soms grote waarde vertegenwoordigt op de internationale illegale markten, rondlopen. Het Meru N.P. wordt gerekend tot de meest onbedorven gebieden van Kenia. Vanuit diverse delen van het park heeft u een schitterend uitzicht op Mount Kenya (vooropgesteld dat deze zich niet ‘verstopt’ heeft).

Flora en fauna

Over het afwisselende landschap, het park ligt op een hoogte die varieert tussen 365 en 915 meter, en de aanwezigheid van vele rivieren werd al het een en ander opgemerkt. Die omstandigheden maken het park zeer aantrekkelijk voor de meest uiteenlopende vormen van vegetatie. Er zijn droge vlaktes met de doornige acacia’s, maar er bevinden zich ook moerassen in het park en alles wat daar tussen zit. De aanwezigheid van het vele klein wild maakt het weer een interessante verblijfplaats voor groot wild en hoewel veel van dat grote wild werd uitgeroeid door stropers herstellen de populaties zich bijzonder snel. De grootste kudde buffels in Kenia vindt u in dit park, maar ook de kleinere antilopensoorten zoals de kleine koedoe en de dikdik behoren tot de vaste bewoners. Verder treft u er leeuwen, olifanten, zebra’s, zwarte neushoorns en (jacht)luipaarden. In en langs het water ontbreken de nijlpaarden en de vele krokodillen uiteraard niet. In de buurt van de rivieren is het ook aangenaam toeven voor de meer dan 300 soorten (water)vogels.

Accommodatie

In de buurt van de noordelijke ingangen tot het park bevindt zich een tamelijk luxe lodge, de Meru Mulika Lodge. Verder zijn er enkele zelfverzorgingslodges en er zijn de nodige tentenkampen en kampeerterreinen. Het is slim om zelf uw eten en drinken mee te brengen, tenzij u in de Meru Mulika Lodge verblijft.