Noord-Noorwegen

Swipe

Austvågøya

Austvågoya is de toegangspoort naar de Lofoten voor wie met de auto over de E10 rijdt. Het eiland is in landschappelijk opzicht zonder meer prachtig, maar niet het meest spectaculaire eiland van de Lofoten. De meeste kunstenaars op de Lofoten bevinden zich op dit eiland, hoofdzakelijk vanwege de aanwezigheid van voldoende huisvesting, een kunstacademie en een kunstenaarscentrum. Er zijn op Austvågøya onder andere mogelijkheden om te wandelen, te fietsen en bergen te beklimmen.

Vanaf Austvågøya vindt walvisvangst plaats. De omstreden jacht gebeurt in het voorjaar en de zomer. De vissers krijgen een beperkt quotum toegewezen. Biologen of veeartsen houden toezicht op de juiste uitvoering van de jachtprocedures. De walvissen worden in Noorwegen verwerkt. Op het eiland staan ook fabrieken die walvissen verwerken. Walvisjacht en -verwerking is na de visserij en zalmkweek de derde belangrijke zeegebonden economische activiteit. Op het eiland zijn twaalf viskwekerijen aanwezig, waar hoofdzakelijk zalm wordt gekweekt.

Laukvik ligt wat verder afgelegen van de doorgaande route over de E10. Het dorpje is vooral interessant voor degenen die de toeristische centra, zoals Svolvær, willen mijden. Rust, een weids oceaanuitzicht en wandelmogelijkheden. Wat wil een mens nog meer?

Vågar was een van de eerste grote nederzettingen in Noord-Noorwegen, ruim duizend jaar geleden. Tijdens de Vikingperiode (vanaf de 9e eeuw) vestigden zich hier immigranten die de goede visgronden en landbouwmogelijkheden herkenden. Vågar is de oorspronkelijke nederzetting die de basis vormde voor de dorpen Svolvær, Kabelvåg en Storvågan. De naam van de gemeente Vågan, waarvan Austvågoya deel uitmaakt, is ontleend aan de naam van de oude nederzetting. De productie en export van stokvis was de voornaamste economische activiteit voor de inwoners van Vågar.

De plaats speelde een sleutelrol in de handelsbetrekkingen tussen Noord-Noorwegen en de Europese exportgebieden. Koningen en kerkleiders bezochten Vågar omdat ze geïnteresseerd waren in de economische macht. Ook vonden er ‘tings’ in de middeleeuwen plaats, vergaderingen van vrije mannen die bestuurlijke en juridische besluiten namen voor delen van Noord-Noorwegen die grote gevolgen konden hebben. Zo sprak men recht over halsmisdrijven en werd de macht bevestigd van vertegenwoordigers van de koning. Tot heden is er slechts weinig overgebleven van Vågar tijdens zijn hoogtijdagen.

Archeologische opgravingen, ongeveer 1 km ten westen van Kabelvåg in Storvågan, tonen een en ander van het verleden. Sinds 1975 wordt hier gegraven. Er zijn bewoningsresten, keramische en textielvondsten die een tip van de historische sluier oplichten. Waar nu grasland is en boerderijen staan, niet ver van het Lofotmuseet, stonden eens houten opslaghuizen, visserswoningen, schuren, en een schoenmakerswerkplaats. In de 19e eeuw is de bewoning hier verdwenen. Verderop bij Vassosen zijn ook archeologische vondsten gedaan, het is niet duidelijk of het hier gaat om resten van Noorse vissers of Sami. In de toekomst zal er meer archeologisch onderzoek volgen. De opgravingen zijn in de zomer meestal toegankelijk voor het publiek.

De officieuze hoofdstad: Svolvær

Met meer dan 4000 inwoners is Svolvær min of meer de officieuze hoofdstad van de Lofoten. Hier zetelen onder andere de visse-rij-inspectie en een aantal bestuurlijke instellingen voor de Lofoten. Bovendien heeft de plaats een grote vissershaven. De vissersvloot heeft een omvang van circa 250 schepen. De schepen van de Hurtigrute doen het havenstadje ook aan. Op enkele scheepswerven worden vissers- en kleine passagiersschepen gebouwd. Meer dan 60% van de handel op de Lofoten vindt plaats in Svolvær.

Opvallend natuurbeeld in het stadje Svolvær is de eigenaardige berg Svolværgeita (Geit van Svolvær). Deze 590 m hoge berg heeft twee pieken die vlak naast elkaar torenen. De Svolværgeita werd in 1910 voor het eerst beklommen. Sommige waaghalzen springen van de ene piek naar de andere. De afgrond is meer dan 300 m diep!

Svolvær ligt verspreid over verschillende eilandjes. Het barst er van de verbindingsdammetjes en kleine bruggen. Koffie drinken op een terras is er een zaligheid, vooral vlak bij de haven met zijn zeilboten en jachten. De achtergrond wordt opgesierd door bergen en vaak mooie wolkenpartijen.

In Svolvær zijn enkele kunstgaleries die de moeite waard zijn om te bekijken.
Galleri Gunnar Berg heeft de grootste collectie schilderijen van de eerste bekende Lofotense schilder Gunnar Berg (1863-1893), waaronder het pronkstuk ‘De Slag van de Trollfjord’. Berg wordt beschouwd als een van de eerste impressionisten van Noorwegen.
• Het Nordnorsk Kunstnersentrum is het Noord-Noorse centrum voor kunstenaars. Hier zetelt ook de belangvereniging van Noord-Noorse kunstenaars. Er is een kunstgalerie en een kunstwinkel. Net als Galleri Gunnar Berg bevindt het centrum zich op het eilandje Svinøya.
• Op het eilandje Svinøya werd Gunnar Berg in 1863 geboren. Zijn atelier staat er nog, een rood huis met een torentje. Svinøya is het oudste gedeelte van Svolvær, het oudste handelsgebouw in de Krambua dateert van 1828. Op het eilandje bevinden zich ook het Kunstnerhuset (kunstenaarshuis) en rorbuer. Aan het einde van de keerdam staat het nationale monument voor de vissersvrouw, gemaakt door Per Ung, een vrouw die richting zee kijkt en haar hand omhoog houdt.
Galleri Dagfinn Bakke is een particulier kunstatelier.
• Echte kunstdiehards zullen wellicht ook de Lofoten Kunst & Antikk willen bezoeken, een verkooptentoonstelling van kunstvoorwerpen, toegepaste kunst en antieke gebruiksvoorwerpen van Noord-Noorse herkomst.

• Magic Ice is meer dan een ijsgalerie. IJssculpturen en blauw licht geven een magische sfeer in een koude omgeving. Magic Ice ligt niet ver van de scheepswerven in de haven.

Net als elders in Noorwegen hebben ook de Lofoten hun onontkoombaar verzets- en oorlogsmuseum: het Krigsminnemuseum in Svolvær. Voor de liefhebber zullen we maar zeggen.

Vanuit Svolvær kan men per boot een bezoek brengen aan Digermulen, een gehucht aan de zuidzijde van het eiland Hinnøya. Digermulen is ook per auto bereikbaar, het ligt 19 km van de E10. Het gehucht ligt in een prachtige omgeving aan de monding van de nauwe zeestraat Raftsundet. Vanuit de omgeving van het iets zuidelijker gelegen Arstein heeft men één van de mooiste zee-uitzichten van Noord-Noorwegen. Deze zee-engte Raftsundet scheidt de eilanden Austvågøya en Hinnøya.

De Trollfjorden, die uitkomt in de Raftsundet, is zeer de moeite waard. Deze nauwe indrukwekkende fjord met aan weerszijden stevige bergen en op de achtergrond de met sneeuw bedekte Higravtinden behoort tot de meestbezochte plekken van de Lofoten. In maart 1890 vond hier een treffen plaats tussen de gefortuneerde vissers met hun stoomschepen en boze keutervissers. De dramatische strijd is vastgelegd door schilder Gunnar Berg.

Kabelvåg

Kabelvåg (2000 inwoners), de buurplaats en voormalig havenconcurrent van Svolvær, wordt in 1352 voor de eerste keer genoemd in een aartsbisschoppelijke brief. Oorspronkelijk lagen de haven en het handelscentrum in Storvågan, maar dit werd de geestelijken die hier regelmatig vergaderden in de middeleeuwen te druk. Ze vonden onderdak even verderop in Kabelvåg waar ook een belangrijke kerk stond. In de 19e eeuw konden de grote schepen de haven van Storvågan niet meer bereiken, Kabelvåg’s haven won het pleit. Deze plaats groeide verder uit, Storvågan liep langzaam leeg.

In Kabelvåg staan dan ook nog aardig wat mooie 19e-eeuwse gebouwen. Tijdens de opkomst van de stoomschepen verloor ook de haven van Kabelvåg zijn betekenis en groeide Svolvær uit tot de economische kern, de belangrijkste haven en het bestuurlijk centrum.

De eenvoudige houten Vågan kirke in Kabelvåg staat ook wel bekend als de kathedraal van de Lofoten. Ze werd gebouwd in 1898 (ingewijd op 9 oktober van dat jaar), biedt plaats aan 1200 kerkgangers en is daarmee de grootste houten kerk van Noord-Noorwegen. Deze kruiskerk is ontworpen door architect Carl. J. Bergstrøm. Het altaarstuk, voorstellend een drietal gebeurtenissen in Gethsemane, werd gemaakt door voorganger en kunstenaar Fredrik Nicolai Jensen in 1870. Vlak bij de kerk ligt de Trollensteen waarin een vermoedelijk 11e-eeuws kruis is gehakt. Waarschijnlijk is de steen gebruikt als offerplaats door voorchristelijke Sami en plaatsten de Noren een kerk bij deze offerplaats. Helemaal duidelijk is de herkomst van de steen en het kruis niet. De eerste kerk stond hier rond 1120, vermoedelijk in de buurt waar nu het kerkhof is.

In Kabelvåg bevindt zich sinds 1983 een kunstacademie. Dat past in de traditie van deze plaats, want hier was rond 1800 Stine Colban Aas werkzaam, een amateurschilderes die zich verdienstelijk maakte met het schilderen van gebouwen met waterverf. Veel van deze panden zijn inmiddels verdwenen.

Vanaf de Breidablikk, een hoogte bij Kabelvåg, blikt een stenen beeld van de Noordse koning Øystein Magnusson uit over Kabelvåg. Het is een schepping van Arthur Gustavson uit 1935. De koning heeft zich in enkele sagen zelf een klopje op zijn schouder gegeven omdat hij de eerste kerk en onderkomens voor vissers in Vågar liet bouwen.

Storvågan

Storvågan, even ten westen van Kabelvåg, heeft een aantal prima culturele attracties. Het Lofoten Aquarium (Lofotakvariet) in Storvågan geeft een aardig beeld van het zeeleven langs de Noord-Noorse kust. Het aquarium heeft meer dan twintig bassins waarin vissen en andere zeedieren worden gehouden. Er zijn ook otters en zeehonden te zien. De attractie werd geopend in 1989, maar daarvoor was er al een aquarium sinds 1931. Dat moest midden jaren tachtig zijn deuren sluiten vanwege de veiligheid.

Het Lofotmuseet (Museum Nord), eveneens in Storvågan, bevindt zich in en rondom de boerderij, het woonhuis en visserijstation van een patriciërsfamilie. Het waren de families Rønning, Lorch en Wolff die hier de vishandel dreven en de rorbuer en visgereedschappen verhuurden aan kleine vissers. De boerderij dateert uit 1815. In 1901 werd Vågan Savingsbank eigenaar van het visserijstation, in 1909 kreeg de gemeente het in handen om het te gebruiken als bejaardentehuis. Het museum biedt sinds 1976 rorbuer, een boothuis, boten, historische foto’s en historische voorwerpen vanaf de prehistorie. De exposities geven een indruk van het dagelijkse leven van de hardwerkende vissers en de patriciërs die het economisch leven domineerden.

Zeer de moeite waard is Galleri Espolin in Storvågan. Kaare Espolin Johnson (1907-1994) behoort tot de meest gevierde moderne Noorse schilders. Zijn Noord-Noorse taferelen zijn aangrijpend, uit het vissersleven gegrepen, hard en naakt, vaak somber met een vleugje hoop. De galeriefolder verwoordt het als volgt: “Hij portretteert het leven van de kustbewoners in boten op de open zee in tijden van oorlog en vrede, hij speelt met licht en duisternis, vreugde afgewisseld met verdriet.” Indringend is het schilderij ‘Lysbroen’ (De brug van licht) dat herinnert aan de vissers die het leven op zee lieten. Het thema van zijn schilderij ‘Kvinnen, barnet og havet’ (De vrouw, het kind en de zee) is een klassieker: de vrouw zit op de rotsen met haar kind en wacht op de terugkomst van haar visserman tegen een grijze en donkere achtergrond.

Henningsvær, Venetië van het Noorden

Henningsvær ligt aan de uiterste zuidwestkant van Austvågøya. De weg ernaartoe, nr. 816, is een zijweg van de E10 en leidt door een prachtig decor. De weg voert langs de kust en een aantal indrukwekkende rotsen (Sorfjellet, Festvågtinden) die tot 540 meter hoog reiken. Het laatste deel van de route naar Henningsvær voert over en langs eilandjes. Het plaatsje zelf, ook wel vleiend het Venetië van het Noorden genoemd, ligt op verschillende eilandjes. Vanaf weg nr. 816 is er een prachtig uitzicht over de Henningsværstraumen, vooral het licht en de wolkenpartijen kunnen hier fenomenaal zijn.

De vissersplaats Henningsvær is bekoorlijk en sfeervol. Geen wonder dat kunstenaars dit dorp wisten te vinden. In Galleri Lofotens Hus is een tentoonstelling ingericht van de schilder Karl Erik Harr en andere kunstenaars die rond 1900 op de Lofoten schilderden. Bekend zijn onder andere Gunnar Berg’s ‘De haven van Svolvær’ en Even Ulving’s ‘Middernachtzon, Tildrum’. Het betreft hoofdzakelijk Noord-Noorse romantische en nationalistische schilderkunst. Ook de diavoorstelling van Frank A. Jenssen over de visserij en de natuur op de Lofoten is de moeite waard.

Verder is er Engelskmannsbrygga, een voormalig dok, waar enkele kunstenaars in huizen.

10 prachtige bestemmingen in Austvågøya en Noorwegen