Dat nationale natuurmonument is 950 vierkante kilometer groot en bestaat vooral uit met dichte wouden bedekt hoogland met bergen, diepe ravijnen en steile kliffen. Er zijn 25 wandelroutes met lengtes tussen een halve en zestien kilometer. Op diverse plaatsen staan panelen met informatie over wat er is te zien. De 105 kilometer lange doorgaande weg door het park is onderdeel van de Cabot Trail. Het is een slingerweg over hoogvlaktes en door dalen. Er zijn veel parkeerplaatsen met uitzicht over valleien en zeeën. Enkele afslagen voeren naar vissersdorpen aan de kust (zie daarover de aparte pagina over het gebied ten noorden van de Cape Breton Highlands). Het park is het hele jaar open, de bezoekerscentra en dienstverlening alleen van half mei tot half oktober.

Campings

Door het park verspreid liggen acht campings. Reserveren daarvoor is niet mogelijk. Ze zijn wel het hele jaar open. Elektriciteit, stromend water en andere voorzieningen zijn echter alleen beschikbaar tussen eind mei en begin oktober. De balies zijn bemand tussen eind juni en begin september. Buiten die periode geldt het ‘honour system’: verwacht wordt dat iedere kampeerder zelf het verschuldigde kampgeld achterlaat.